World Servants heeft 25 nieuwe, internationale vrijwilligersprojecten in landen als Bangladesh, Malawi, Rwanda en Ecuador. Met deze stap wil World Servants meer jongeren aanmoedigen hun handen uit de mouwen te steken in ontwikkelingslanden. Dat kan pas in 2022.
Door de coronasituatie heeft de organisatie uit Wolvega twee jaar niet aan die ambitie kunnen werken. Ze wil 800 jongeren (16-24 jaar) uit heel Nederland de kans geven om in de zomer van 2022 daadwerkelijk te ervaren wat dienstbaarheid aan minder kansrijke mensen inhoudt.
Jongeren die dan meegaan, kunnen voor het eerst een World Servantsproject meemaken bij nieuwe partnerorganisaties in Nepal, Ethiopië, Brazilië en Panama. In die landen is World Servants sinds 2020 actief, maar ook pas volgend jaar kunnen voor voor het eerst vrijwilligers daar naar toe worden uitgezonden. Andere landen die voor dat jaar reisdoelen hebben, zijn Bangladesh, Bolivia en Zambia.
In reactie op het toegenomen maatschappelijke bewustzijn rond CO2-uitstoot van vliegtuigen daagt World Servants vanaf dit jaar deelnemers uit om de uitstoot van hun vlucht te compenseren. In samenwerking met Climate Stewards worden deelnemers in staat gesteld om met investeringen in duurzame projecten hun uitstoot binnen tien jaar volledig te compenseren.
Nederland
Deze zomer gaan zo’n 500 jongeren die nu niet naar het buitenland kunnen reizen, tien dagen aan de slag in eigen land. Ze steken hun handen praktisch uit de mouwen voor groepen mensen die in Nederland hulp kunnen gebruiken. Zo ontdekken ze dat ze ook dicht bij huis veel voor een ander kunnen betekenen. Jaarlijks bouwen circa 800 jongeren via World Servants mee aan een vaak lang gewenst gebouw. Zo dragen ze bij aan concrete ontwikkeling in Afrika, Azië of Latijns-Amerika.
De projecten voor 2022 zijn vanaf vanmiddag (21 mei) te vinden op www.worldservants.nl/werkvakanties.