‘Mensen vermoorden is ons werk’

0
194
Geld om zijn opleiding te betalen had hij niet. Brian* woont in een sloppenwijk van de Keniaanse hoofdstad Nairobi als hij een aanlokkelijk aanbod krijgt waardoor hij snel rijk kan worden. Hij gaat erop in en voordat hij het weet, zit hij in het web van de Somalische terreurgroep Al-Shabaab. “Regelmatig hoorde ik dat er burgers waren omgekomen bij de ontploffing van een autobom en ik wist: Daar heb ik aan meegewerkt.”
 
Schichtig en met een nerveuze blik, kijkt hij om zich heen. Brian is een jongeman van begin twintig. Hij draagt een capuchontrui en ondanks de warmte houdt hij de capuchon strak om zijn hoofd. Hij voelt zich duidelijk niet op zijn gemak. De afspraak is in een hamburgerrestaurant in Nairobi. Achter het restaurant ligt een moskee en de gelovigen wandelen net naar buiten na afloop van het vrijdagmiddaggebed. Brian staat erop om het gesprek op een andere plek te vervolgen. “Als ze me vinden, weet ik wat er met me gebeurt.”
 
Verliefd
Het gesprek gaat verder op een afgelegen plek, zonder pottenkijkers. Brian is zichtbaar meer op zijn gemak en vertelt openhartig hoe hij in Al-Shabaab verzeild is geraakt. “Ik kreeg verkering met een moslimmeisje. Ze wilde alleen met me verder als ik me tot de islam bekeerde en dat heb ik gedaan. Toen ik mijn middelbare schoolopleiding niet meer kon betalen, wilden de ouders van mijn vriendin me helpen. Ze zeiden: ‘Je moet er wel wat voor doen, maar dan kun je zoveel geld verdienen als je maar wilt.’ Hoewel ik niet wist wat ze bedoelden, nam ik het aanbod aan, want ik had geld nodig. Ik kreeg een prachtig huis met tapijt op de vloer en een televisie. Allemaal dingen die ik nog nooit had gehad. Ook mijn opleiding werd betaald. Ik vond het wel opmerkelijk dat ze alles van me wilden weten.
 
Ik moest met ze naar het platteland waar mijn familie woonde, omdat ze wilden checken of ze echt in het dorp woonden waarover ik had verteld. Toen we in het dorp aankwamen, dacht ik dat er een ontmoeting zou plaatsvinden met mijn familie, maar dat gebeurde niet. Ze stapten niet eens uit de auto. Ze zeiden: ‘We wilden alleen maar weten of ze er echt wonen.’ We reden weer terug naar Nairobi. Er werd me op het hart gebonden dat ik niemand in huis mocht uitnodigen.”
“Regelmatig hoorde ik dat er burgers waren omgekomen bij de ontploffing van een autobom en ik wist: Daar heb ik aan meegewerkt”
 
Geheimzinnig
Kort nadat Brian in zijn nieuwe huis woont, komen er dertien mannen ongevraagd bij Brian wonen. “Overdag ging ik naar school en ik had geen idee wat ze in mijn huis deden. ’s Avonds keken ze films over zelfmoordaanslagen en zendelingen die werden ontvoerd. De kidnappers werden geprezen.” Als Brian zich een keer niet lekker voelt, besluit hij eerder naar huis te gaan dan gebruikelijk. Als hij thuis komt, gelooft hij zijn ogen niet. “In de woonkamer lagen geweren, explosieven en granaten. Ik wilde meteen naar buiten gaan, maar dat mocht niet. Ze zeiden: ‘Je hebt het nu gezien, dus er is geen weg meer terug. Er zijn twee opties: Of je doet mee, of dit is het einde van je leven.’ Ik besloot mee te doen, want ik had geen keus. Ze gaven me vijfhonderd euro, waarmee ze wilden laten zien: Zo goed zijn wij.”
 
Bivakmuts
Langzaam maar zeker wordt Brian de terreurorganisatie in gezogen. Op een dag wordt hij meegenomen naar de stad Mombasa. De auto wordt geparkeerd, maar Brian moet achter blijven. Uit nieuwsgierigheid besluit hij de mannen achterna te gaan. “Ik ging het huis binnen waar ze zaten, maar zag niemand. Iemand zei tegen me: ‘Er is een geheime deur achter die stoel.’ Ik liep naar binnen en belandde in een donkere ruimte. De vrienden die bij mij in huis woonden, waren verbaasd toen ze me zagen. Ik zei: ‘Als jullie willen dat ik erbij ga horen, moet je me ook de kans geven om dingen te leren.’ Een grote groep mannen zat video’s te kijken waarin werd uitgelegd hoe je iemand kunt vermoorden. Ook werd ingegaan op de vraag wat je moet doen nadat je een moord hebt gepleegd. Voor in de zaal stond een man met een bivakmuts op. Hij legde uit hoe granaten werken. ‘Bij sommige granaten moet je meteen wegrennen, bij andere typen kun je meer tijd nemen’, zo werd me verteld.” ‘Voor christenen, Joden en andere niet-islamitische religies is er geen genade. Je moet hen neerschieten,’ zo werd ons verteld
 
Na het bezoek aan Mombasa krijgt Brian steeds meer vertrouwen. Er wordt voor hem een ontmoeting geregeld met één van de leiders van Al-Shabaab. “Met de auto werd ik naar een onbekende plek gereden. Ik werd geblinddoekt, omdat ik niet mocht weten waar de ontmoeting plaatsvond. De man tegenover me vroeg naar mijn ervaring met geweren en ik vertelde dat ik nooit een geweer in mijn handen had gehouden. Toen hij vroeg of ik een geweer durfde te gebruiken, antwoordde ik: ‘Alleen als het me geleerd wordt’. Aan het einde van het gesprek liet de man me een lijst zien waarop alle bedragen stonden die ik tot dat moment had ontvangen. ‘Dit zijn jouw schulden als je niet doet wat wij zeggen’, zo klonk het beslist.”
 
Trainingskamp
Kort na de ontmoeting met de Al-Shabaab leider, krijgt Brian te horen dat het tijd is voor een speciale training buiten Kenia. “Ik werd opgehaald door een busje waarin zo’n dertig mensen zaten. Ik kreeg een gesloten envelop mee die ik niet mocht open maken. Langzaam maar zeker werd duidelijk dat we naar Somalië reden. Bij de grens aangekomen, moesten we de envelop afgeven. Waarschijnlijk zat er geld in om de douaniers om te kopen. We moesten even wachten en konden toen verder rijden. Het was nacht en pikkedonker. Toen de bus tot stilstand kwam, werd ons verteld: ‘Dit is jullie trainingskamp.’
Er waren muren, touwen en ondergrondse tunnels in het zand, waar we oefeningen deden. We leerden kruipen, onszelf verstoppen, maar ook hoe je zo lang mogelijk je adem kunt inhouden. We sliepen buiten met een geweer in de hand, zodat je altijd paraat was om te kunnen schieten. ‘Voor christenen, Joden en andere niet-islamitische religies is er geen genade. Je moet hen neerschieten’, zo werd ons verteld.”
“,Vrede heb ik niet, altijd moet ik op mijn hoede zijn want overal kan ik ze weer tegen komen”
 
Nachtmerries
Na een week training in Somalië begint voor Brian het serieuzere werk. “Ik moest tassen wegbrengen waarvan ik wist dat er wapens en granaten inzaten. Ik bracht het spul naar iemand die de tassen naar de aanslagplek bracht. Kort nadat ik iets had afgeleverd, hoorde ik regelmatig dat er in die buurt een auto was ontploft met burgers erin. Dan werd ik gefeliciteerd en kreeg te horen: ‘Missie geslaagd’. Daar schrok ik van. Als ik dat liet merken werd er gezegd: ‘Daar moet je niet van schrikken, want het is ons werk om mensen te vermoorden.’ Ik voelde me er schuldig over. Ook ging ik slechter slapen en kreeg nachtmerries. Steeds vaker werd er in het nieuws gesproken over aanslagen waarvan ik wist dat ik er aan had meegewerkt.” Als Brian na enige tijd wordt gepromoveerd tot degene die zelf de explosieven naar de plek van de aanslag mag brengen, wordt het hem te veel. “Ik realiseerde me dat ik dan degene was die de moord pleegde en dat wilde ik niet. Ten diepste heb ik een zachte persoonlijkheid en houd ik niet van geweldsfilms en het zien van bloed.”
 
Schuld
Brian besluit te vluchten. “Ik ben onmiddellijk naar mijn familie gegaan en heb ze op het hart gedrukt te zeggen dat ze mij niet kennen, mochten de ouders van mijn vriendin langskomen. Dat konden ze zeggen, omdat ze destijds niet uit de taxi waren gestapt toen ze het dorp bezochten. Ik ben snel doorgereisd, ver van de plaats waar mijn familie woonde. Ik wilde hen niet in gevaar brengen. Later hoorde ik dat ze inderdaad bij mijn familie zijn langs zijn geweest, maar gelukkig hebben ze mijn instructie opgevolgd en is er niks gebeurd.” Van zijn vriendin heeft Brian nooit meer iets gehoord. “Ik weet niet of ze echt van me gehouden heeft. Het gebeurt vaak dat meisjes gebruikt worden om jongens te rekruteren voor Al-Shabaab. Toch geef ik haar niet de schuld. Ik heb me mee laten lokken door het geld en daar kan ik alleen mezelf de schuld van geven.”
 
Hoewel Brian een schat aan informatie heeft die kan helpen om Al-Shabaabstrijders op te pakken en de organisatie te bestrijden, gaat hij niet met zijn verhaal naar de politie. “Ik heb zelf gezien dat Al-Shabaab samenwerkt met de politie. Vaak werd er met geld geschoven, waardoor ze gewoon hun gang konden gaan.” Op dit moment werkt Brian als bouwvakker en woont weer in een sloppenwijk in Nairobi. Hij is geen moslim meer. “Ik wil graag weer christen worden, maar weet niet zo goed waar ik moet beginnen.” Het liefste zou Brian naar het buitenland vluchten, maar daar heeft hij geen middelen voor. “Vrede heb ik niet, altijd moet ik op mijn hoede zijn want overal kan ik ze weer tegen komen.”

Met toestemming overgenomen van EA Vlaanderen