Het ‘goede nieuwe verhaal’ in de rondzendbrief van Dirk van Genderen gaat deze week over de Nigeriaanse predikant Oscar Amaechina, die nooit de dag zal vergeten dat hij dacht te sterven.
“We waren actief op een bepaald zendingsveld, waar mensen op ons af kwamen om ons te vermoorden. Terwijl ik en mijn medezendelingen dachten dat dit ons einde op aarde zou betekenen, besloten we een daad aan vriendelijkheid te verrichten. We gaven hun rijst, spaghetti, room en soep. Ze pakten het aan en vertrokken weer.”, aldus Amaechina, die voorzitter is van Afri-Mission and Evangelism Network in Abuja.
Hij vervolgt: “Later kwamen ze terug en een van hun leiders zei: ‘We waren hier gekomen om jullie te vermoorden. Omdat we arm zijn heeft nooit iemand ons geschenken gegeven. Maar omdat jullie dat wel hebben gedaan, willen we net als jullie ook christenen worden’.”
“Sinds die dag”, aldus Amaechina, “betonen we altijd vriendelijkheid, naar iedereen toe. Er is kracht in vriendelijkheid en liefde. We realiseren ons dat het niet alleen gaat om het prediken van het evangelie. Als we zien dat kinderen uitgehongerd zijn, dat het drinkwater giftig is, dat vrouwen nauwelijks kleding hebben, dat er geen ziekenhuis is, dan betonen we hun ook liefde door in hun basisnoden te voorzien.”
Amaechina vertelt verder dat het voor zendelingen gevaarlijker wordt in Nigeria. Hij wijst op de extremistische islamitische groeperingen en de radicale Fulani-herders. “De oogst is groot in Nigeria, maar ook wij hebben te weinig arbeiders.” Hij schat dat veel bevolkingsgroepen in het land, met samen zo’n 65 miljoen mensen, nog nooit het evangelie gehoord hebben. “Veel zendelingen zijn bang om naar de gevaarlijke en arme gebieden in ons land te reizen.” En hij legt de vinger op nog andere ‘pijnpunten’.
Van Genderen baseert zich op een bericht uit The Christian Post. Op de site van dat medium publiceert Oscar Amaechina overigens zelf ook diverse bijdragen.
Foto: straatbeeld in Ekiti. Pixabay/Lekan Oyekanmi
