‘Geest antichrist doet (computer) werk goed’

0
207
Het niet meer kunnen kopen of verkopen zonder merkteken, een Bijbels vooruitzicht van de laatste eindtijd, komt door de zich steeds sneller ontwikkelende computertechnologie wel heel dichtbij. Maken christenen dan toch nog mee dat zij, voordat de Gemeente wordt opgenomen, een chip krijgen zonder welke zij niet kunnen betalen? Dat vraagt iemand in Het Zoeklicht. Volgens ds. Theo Niemeijer, die de vraag beantwoordt, kan het best zijn dat gelovigen de inleidingen ervan nog meemaken, maar wordt voor de uiteindelijke heerschappij van de antichrist de Gemeente bewaard.

‘De computer moet eigenlijk als God worden: alomtegenwoordig, maar onzichtbaar’, zei IBM-topman twee decennia geleden al. “Het is sneller gegaan dan toen werd aangekondigd”, constateert Niemeijer nu. “In de financiële dienstverlening gaat men er serieus van uit dat over tien jaar al het betalingsverkeer elektronisch wordt geregeld. Loketten en automaten waar kan worden gepind worden minder, de smartcard kan tot het formaat van een rijstkorrel terug worden gebracht en iedereen kan alle informatie bij zich hebben die in een chip onderhuids is te implanteren, constateert Niemeijer. Dieren worden al gechipt en dat kan straks ook bij mensen. Daarmee komt Openbaring 13:16 en 17 wel heel dichtbij, waar staat dat eens niemand meer kan kopen of verkopen, tenzij hij het teken van het beest op het voorhoofd draagt. “De geest van de antichrist, waardoor het denken van de mensen wordt beïnvloed, heeft de komst van de antichrist helemaal voorbereid. Het wachten is alleen nog maar op de werkelijke verschijning van de wereldleider. Door hem worden wereldpolitiek, wereldreligie en wereldeconomie, deze drie grote machtsblokken, samengevoegd tot één persoon. En de huidige wereldbevolking is hier helemaal klaar voor, ja de geest van de antichrist heeft zijn werk goed gedaan”, schrijft Niemeijer. Maar de Bijbel leert, laat hij weten, dat de antichrist zelf pas verschijnt als de Gemeente weg is. Al maakt zij mogelijk de inleiding tot zijn komst nog mee.