Het transgender-dilemma

0
248
Eind juli 2017 kondigden zowel de NS als de gemeente Amsterdam aan dat zij vanaf eind december niet meer spreken over ‘Dames en heren’, maar overstappen naar zgn. genderneutraal (of sekseneutraal) taalgebruik: ‘Beste reizigers’ of ‘Beste bewoners, aanwezigen, etc.. Dat past volgens hen in een maatschappelijke trend die al langer gaande is. Daarmee zou respect getoond worden voor mensen die zich man noch vrouw voelen (19,30).

Door Drs. Piet Guijt
Stichting Promise

1. Inleiding
De Hema liet weten dat zij vanaf eind 2017 genderneutrale kinderkleding gaat verkopen. En in Amerika woedt al een tijdje de discussie over de zgn. genderneutrale toiletten en doucheruimten. Moet wel of niet worden toegestaan dat mannen en vrouwen elkaars wc’s en douches gebruiken? Moet toestemming gebaseerd zijn op de geboorteacte of op grond van of iemand zich man of vrouw voelt? De een vindt toestaan een schending van privacy en veiligheid, en ondermijning van goed burgerschap en normaal fatsoen, de ander noemt het niet-toestaan discriminatie van homo’s en transgenders (65).

Het COC deed in augustus 2017 de oproep om een einde te maken aan de geslachtsregistratie in paspoort en identiteitskaart, of dat naast M en V ook X als mogelijkheid wordt toegestaan. Het in oktober aangetreden kabinet Rutte III wil de geslachtsregistratie gaan beperken. Het zal niet verbazen dat het de wens van D66 betrof. Geslachtsregistratie zou overbodig en achterhaald zijn, want de overheid behandelt mannen en vrouwen toch gelijk? (5).

Gert-Jan Segers van de ChristenUnie vindt het wel “curieus dat [men] een heel systeem op de schop wil nemen, terwijl het overgrote deel van de bevolking zich duidelijk man of vrouw voelt” (5). Bovendien kunnen er diverse praktische redenen zijn om het geslacht te registeren, bijv. het oproepen voor bepaalde bevolkingsonderzoeken. In een commentaar liet het Reformatorisch Dagblad ( 9 aug. 2017) weten  dat ons land wordt getroffen door ‘genderhysterie’. HP/De Tijd (29 juli 2017) spreekt van ‘een doorgeslagen politieke correctheid’! Opmerkelijk  is dat in diezelfde tijd SIRE kwam met haar campagne waarin ze pleit voor meer mannelijk gedrag bij jongetjes (19).

2. Maatschappelijke ontwikkelingen
Voordat we ingaan op het concrete fenomeen van transgenderdysforie, zullen we kijken naar de variëteit aan visies over het thema genderneutraliteit, want dit kan van invloed zijn op het transgender-‘vraagstuk’. Aan de ene kant de visie die zich baseert op Gods scheppingsorde. God schiep man en vrouw en Hij stelde het huwelijk tussen een man en een vrouw in als beeld van Christus en Zijn gemeente (Ef. 5:25-33). Als gevolg van de zondeval is er een gebrokenheid van de schepping ontstaan waardoor afwijkingen t.o.v. het door God oorspronkelijk bedoelde zijn ontstaan. Uiteraard moet men dat alles niet ontkennen, maar trachten er een oplossing voor te zoeken. Maar dat betekent niet dat men de scheppingsorde moet ontkennen.

Instanties zoals het COC grijpen die afwijkingen echter aan om af te rekenen met de door God gegeven scheppingsorde, waarbij man en vrouw worden onderscheiden met daarbij een seksuele gerichtheid op het andere geslacht. Het bijzondere wil men gewoon maken en het gebruiken om het door God bepaalde normale af te schaffen. De Amerikaanse filosofe Judith Butler vindt een indeling op basis van geslacht beperkend, en zij pleit daarom voor genderneutraal taalgebruik, waarin alle verwijzingen naar man of vrouw verdwenen zijn (40). Ook in de gnostiek wil men een gelijkheidsideologie en het vervagen van het onderscheid tussen man en vrouw (androgynie) (15). Iemand zou kunnen zeggen: “Maar wanneer een christen gedoopt wordt en met Christus wordt bekleed, dan is er toch geen verschil tussen man en vrouw?” (Gal. 3:27,28). Echter dit betekent niet dat er op het sociale en natuurlijke vlak geen verschillen meer zijn tussen man en vrouw. Dit heft de scheppingsorde niet op (15).

De  Duitse christen-sociologe Gabriele Kuby waarschuwt in haar boek (82) voor het oprukken van de gelijkheidsideologie en genderideologie waarbij verondersteld wordt dat iedere seksuele gerichtheid gelijkwaardig is en door de maatschappij moet worden aanvaard.” . “Het doel is ‘de opgelegde heteroseksualiteit’ te boven te komen en een nieuwe mens te scheppen die de vrijheid heeft zijn seksuele identiteit onafhankelijk van zijn biologische geslacht te kiezen en te beleven. Het verschil tussen man en vrouw wordt als een politieke en sociale constructie beschouwd, als een uitvinding van het ‘onderdrukkend heteroseksuele patriarchaat’ (15,64,79,80). In Canada is een wet (Bill C-16) aangenomen, die een impliciete aanval op de biologie en het idee van een objectieve werkelijkheid inhoudt. Identiteit zou niets meer zijn dan subjectiviteit. “Dus iemand kan de ene dag man zijn en de andere dag vrouw” (79,80). In diepste wezen gaat het om een strijd tegen de christelijke normen en waarden die niet meer geduld worden” (15).

Dit laatste wordt bevestigd door berichten over bijvoorbeeld een hoge boete die een bakker moest betalen omdat hij weigerde een taart met een bepaald opschrift voor een homostel te maken (78). Het Amerikaanse Ministerie van Justitie gaf North Carolina een maand de tijd om een wet in te trekken, die transgenders verbiedt naar een toilet of kleedkamer van hun gekozen geslacht te gaan. North Carolina zou zich schuldig maken aan ‘een patroon van door de staat gesteunde discriminatie tegen transseksuele mensen’ (66). Madrid heeft een stadsbus van straat gehaald die slogans tegen geslachtsverandering voerde. De bus lokte woedende protesten uit van linkse activisten, vakbonden en het gemeentebestuur. De organisatie kreeg honderden dreigementen (67).

De meeste christenen hebben moeite met genderneutraal taalgebruik. Ook al zijn er door de zondeval allerlei afwijkingen ten opzichte van de scheppingsorde, “we moeten de uitzondering niet tot regel of norm gaan verheffen en het onderscheid man-vrouw gewoon handhaven. De problemen van transgenders, homoseksuelen, feministen, pedofielen of wat dan ook, los je niet op door het taalgebruik aan te passen aan de beleving van elke groep” (42). Terecht schrijft bisschop Punt: “Wat mij stoort, is dat enkele individuele levensdrama’s worden gebruikt om een ideologie aan de hele samenleving op te leggen (75). Het genderneutrale taalgebruik houdt geen rekening met de opvattingen van de transgender zelf. Sommige transgenders willen juist aangesproken worden als man of vrouw. “Het biologische feit blijft dat we of man zijn of vrouw, ook diegenen die zich anders voelen” (21).

Zeer afwijzend over genderneutraliteit is de site Xander. “Terwijl 95% van de bevolking heteroseksueel is, krijgen kinderen te horen dat seksualiteit een keuze is, waarbij heteroseksualiteit doorgaans helemaal onderaan het lijstje staat”. “Het ‘biologische subjectivisme’ is in het Westen vast verankerd in het [links-liberale] politiek-correcte denken. Slechts een zeer kleine fractie van de bevolking lijdt van nature aan de psychische waanvoorstelling die bij hen tot een psychologische loskoppeling van hun biologische realiteit leidt, waardoor ze zich ‘man in een vrouwenlichaam’ of omgekeerd voelen. Desondanks moet volgens die ideologie een dergelijke stoornis normaal worden gevonden, als een normale keuze worden beschouwd. Sterker nog: het wordt gepromoot” (32).

Echter: ”Twee [Nederlandse] predikanten die zelf een geslachtsverandering hebben ondergaan, zijn van mening dat de gebrokenheid zit in de onverdraagzaamheid jegens alles wat afwijkt. Het is hoog tijd dat een transgendertheologie mensen voorziet van een nieuwe bril om de boodschap van de Bijbel anders te interpreteren”, aldus deze transgenders (14).

Tenslotte nog een geheel andere invalshoek. Sommigen bepleiten genderneutraal taalgebruik met het oog op de arbeidsmarkt. Het kan traditionele beelden over rollen van mannen en vrouwen doorbreken, en hiermee een bijdrage leveren aan gelijke kansen voor iedereen. Traditioneel taalgebruik om beroepen te beschrijven, kan een drempel vormen voor de toegang van vrouwen (63).

3. Genderdysforie
Het is van belang om ‘gender’ en ‘sekse’ te onderscheiden. Sekse betreft de chromosomen, de geslachtsorganen en -kenmerken, en de hormoonproductie. Gender (geslacht) is een breder begrip, dat niet alleen betrekking heeft op de biologische aspecten van het man of vrouw zijn, maar ook verwijst naar iemands psychologische, sociale en juridische status (71).

Genderdysforie is een ‘stoornis’ waardoor men onvrede (gevoelens van onbehagen) heeft met het eigen geslacht en de daaraan gekoppelde (geslachts)rol (71). Transgenders zijn mensen die deze genderdysforie ervaren, namelijk een tegenstrijdigheid tussen hun genderidentiteit (man of vrouw) en hun lichaam, ofwel: ze hebben een vrouwenlichaam maar voelen zich man, of: ze hebben een mannenlichaam maar voelen zich vrouw (37). Zij voelen zich anders dat hun biologische lichaam aangeeft.  Als men aan een transgender vraagt wat zijn/haar belangrijkste probleem is, dan zal hij/zij zeggen: “Ik voel me niet thuis in mijn eigen lichaam”, “Ik zit in het verkeerde lichaam” is. Hij/zij heeft een afkeer van het eigen lichaam, met name van de geslachtsorganen, die hij/zij niet als de eigen organen kan aanvaarden (17), en verlangt naar het lichaam van de andere sekse en het daarbij behorende gedragspatroon.  

In biologisch, genetisch of medisch opzicht zijn er echter geen problemen. Sommigen concluderen dat dus sprake is van een psychisch probleem. Veelvuldig horen we dat geest en lichaam niet bij elkaar passen. Anderen ontkennen dit en wijzen erop dat transgenders, afgezien van hun genderdysforie, geestelijk gezond kunnen zijn (7). Het gaat om een geslachtsidentiteitsprobleem. Daarmee is overigens nog niets gezegd over de seksuele geríchtheid. Transgenders kunnen homo of hetero zijn; hun eventuele transitie van man naar vrouw of omgekeerd (via hormoonbehandeling en operatie) verandert daar niets aan (37).

De categorie transgenders maakt deel uit van een begrip, dat tegenwoordig vaak gebezigd wordt, namelijk de LHBT (LGBT) -groep. Het betreft lesbische vrouwen (L), homoseksuele mannen (H of G [gay]), biseksuelen (B), die zich tot beide seksen voelen aangetrokken, en transgenders (T). Daarnaast worden nog wel andere indelingen gehanteerd zoals bijv. LGBTQIA (queer/questioning [twijfelend], intersex, asexual) waarbij elke variant een categorie is.

Tenslotte moeten we de genoemde categorieën goed onderscheiden van de zgn. hermafrodieten. Dat zijn mensen die geboren zijn met zowel mannelijke als vrouwelijke voortplantingsorganen (testes + ovaria). Bij de geboorte van het kind zal er een keuze (meestal voor meisje) gemaakt moeten worden m.b.t het geslacht van de baby. Hermafrodieten zijn geheel anders dan transgenders, want zij voelen zich gewoon man of vrouw. Het merendeel van deze mensen beschouwt de aandoening als een lichamelijk kenmerk, en niet als een identiteitsprobleem (22).

4. Aantal transgenders
Mede omdat er nog een taboe rust op transgenderiteit, is het onmogelijk om exact te zeggen hoeveel personen transgender zijn. Dat komt mede omdat de groep zo divers is (de mate waarin het zich voordoet, kan variëren en niet voor iedereen hoeft het een probleem te zijn), en omdat niet alle transgenders een medische en juridische geslachtsverandering doormaken waardoor ze geregistreerd kunnen worden (58). Men moet zich steeds afvragen waarop gegevens betrekking hebben, bijv. alleen gevoelens of feitelijke transities door operatieve ingrepen. Er zijn dus grote verschillen tussen diverse schattingen. We noemen enkele indicaties als orde van grootte.

Dr. Louis Gooren (VU) schatte in 1988 dat 1 op de 50.000 vrouwen en 1 op de 20.000 mannen transgender is (1). Een studie in 2012 gaf aan dat 1.1% van de mannen en 0.8% van de vrouwen aangaf transgender te zijn. Een kleinere groep (0,4 tot 0,8% van de mannen en 0,1 tot 0,3% van de vrouwen) zegt ook ontevreden te zijn met dat mannen- of vrouwenlichaam, en wil hormonen en/of een operatie. Hieruit blijkt dat niet iedereen die zich niet honderd procent man/vrouw voelt, ook een hekel heeft aan zijn/haar lichaam of dat lichaam wil aanpassen (3,31,33,34,35). Van de complete Nederlandse bevolking in de leeftijd tussen 15-70 jaar wordt geschat dat 0,6% mannen en 0,2% vrouwen transgender zijn. Het zou in 2016 om zo’n 48.000 mensen gaan (73).

Uit onderzoek naar genderidentiteit in België zou 0,7% van de mannen en 0,6% van de vrouwen zich méér het andere dan het eigen geboortegeslacht voelen (incongruente genderidentiteit). Toegepast op de Belgische bevolking komt men dan uit op ca. 30.000 transgenders (58). Per 2007 zou het aantal man-naar-vrouw transities 1 op 12.900, en aantal vrouw-naar-man transities 1 per 33.800 bedragen (58).

In de periode 1995 t/m 2009 waren er in Nederland 900 (waarvan 62% transvrouw [iemand die van man een ‘vrouw’ is geworden] en 38% transman) personen, die via de rechtbank hun geslachtswijziging (door operatief ingrijpen) hebben vastgelegd (77). Dat was ca. 60 per jaar. In de periode 2010-2015 was het aantal gestegen tot ca. 100 per jaar. Op 1 juli 2014 werd de transgenderwet ingevoerd, waardoor mensen die van geslacht willen veranderen niet langer moeten voldoen aan bepaalde medische eisen (zoals een geslacht-veranderende operatie) en niet meer langs de rechter moeten. Een verklaring van een deskundige en een gang naar het bevolkingsregister zijn genoeg. In 2015 hebben 770 mensen officieel hun geslacht laten veranderen (al of niet met operatieve ingrepen). Dat is bijna tien keer zoveel als in de jaren daarvoor (44). Het grote aantal heeft mede te maken met een zekere inhaalslag (40). Al met al zijn er per medio 2017 1960 mensen die met een ander geslacht ge­registreerd staan dan in hun geboorteakte stond (44).

Ondanks de onzekerheidsmarge blijkt het te gaan om relatief kleine aantallen. Het is dan toch wel merkwaardig om genderneutrale taal te gaan bezigen, terwijl het voor de meeste transgenders niet nodig is en de overgrote meerderheid van de mensen ‘normaal’ is.

5. Verhalen van transgenders
In diverse christelijke bladen (bijv. Visie [54,55,56], Nederlands Dagblad [11,24,25,33,68], Trouw [36], De Oogst, april 2005 [74]) en in de EO-televisieserie ‘Love me gender’ (81) zijn (christen-)transgenders aan het woord die vertellen over hun leven, over hun worsteling met het gegeven dat zij in een ander lichaam leven dan hun gevoel aangeeft. Er is sprake van een grote nood (bijv. afwijzing, schaamte, eenzaamheid). Het gaat bij hen niet om een zich bewust afzetten tegen Gods Woord en Zijn scheppingsorde, maar om de vraag hoe die nood op te lossen. Daarbij is de kernvraag wat (ten diepste) hun nood is en wat de oorzaak is.

We geven enkele citaten weer. Een transman zegt: “Van jongsaf vond ik het vreselijk om een meisje te zijn. Ik ging menstrueren en kreeg borsten. Verschrikkelijk. Toen begon ook de eerste depressie. Door de operatie is een diepe onvrede weg. Je hoeft niet meer met een masker te leven” (68). De transvrouw Joke, 18 jaar, zegt: “Ik was erg jong, op 7 jaar had ik al door dat er iets mis was met mij. …. Ik heb dat nu nog als ik naar die documentaires kijk, dat ik soms zit te huilen omdat het echt is zoals ik me voel. Zo kwam ik tot de erge conclusie dat ik transgender ben. .. En ik heb het nog steeds moeilijk om het te accepteren, maar ik weet nu dat ik het niet kan onderdrukken of verbergen, dat het steeds terugkomt … Ik heb eigenlijk geen keuze” (39). Vaak wordt er gedacht aan zelfmoord (11,62). In andere gevallen is de dysforie minder ernstig en kan men een en ander relativeren en ermee leven (27).

Christen-transgenders vragen zich af hoe God hen bedoeld heeft en of de Bijbel ruimte biedt om van sekse te veranderen. Immers het verlangen om in transitie te gaan (d.w.z. zich te laten ‘ombouwen’) geeft al een worsteling op zich. Mag ik mijn lichaam de transformatie tot man of vrouw wel of niet aandoen? (11). En daar komen geloofsvragen bij: hoe heeft God me dan bedoeld, hoe ben ik geschapen, welke reacties komen er vanuit de kerk, kan ik mijn verhaal kwijt en word ik begrepen? (25,62). Iemand zei: “Als ik aan mijn verlangen om vrouw te zijn toegaf, zou God me naar de hel sturen, dacht ik. Aan de andere kant: als ik mij niet zou laten transformeren in een vrouw, zou het ook niet goed met me aflopen. Dan zou ik zelfmoord plegen” (25, 62).

6. Wanneer is het ontdekt?
Wanneer iemand als kind genderdysfore gevoelens ervaart, zal er al heel vroeg een spanning ontstaan tussen de maatschappelijke verwachtingen op basis van de naar buiten beleefde genderrol en de eigen, genderdysfore, emoties. Deze spanning ontstaat al ruim voor de puberteit, maar veel genderdysfore kinderen komen pas uit voor de gevoelens rondom de puberteit zelf (64).

De meeste transgenders weten al rond hun vierde of vijfde levensjaar dat zij zich anders voelen dan het geslacht dat ze bij hun geboorte hebben meegekregen. “In mijn jeugd wist ik al: er klopt iets niet” (11, 62). Dat is dus voordat hun seksualiteit is ontwikkeld (24,33). Veelal ontdekt men (sommigen zijn zelfs al getrouwd en hebben kinderen) pas later, bijv. door het zien van een tv-uitzending of via internet, of door het lezen van een brochure, wat er aan de hand is (11,25,68). Omdat er nu meer openheid over het probleem is en het taboe minder wordt, durft men eerder ervoor uit te komen.

7. Wat zijn mogelijke oorzaken?
Er bestaat nog steeds onduidelijkheid over de (mogelijke) oorzaken van genderdysforie. Volgens sommige onderzoekers is er tot op heden geen ondubbelzinnige oorzaak voor de vaststelling van atypische geslachtsontwikkeling gevonden. Wel is er consensus over de multicausaliteit van de thematiek. Genoemd worden factoren zoals gezinsverhoudingen (o.a. gebroken gezinnen) en opvoeding (ouderlijk gezag); gebrek aan liefde, aandacht en bevestiging door de ouders, traumatische gebeurtenissen zoals bijv. verkrachting; diepe verwerping waardoor men hoopt in een ander geslacht meer succes te hebben; psychoseksuele stoornissen; niet gericht of aangemoedigd in typisch geslachts-gedrag, ontwikkelingspsychologische factoren (8,43,62,72). In sommige gevallen kan een verschil tussen ervaren en gewenste zelfbeeld geweten worden aan psychische stoornissen: niet hun lichaam (daar mankeert niets aan), maar hun zelfbeeld is het probleem (7). Het kan ook een uit de hand gelopen ‘grap’ betreffen, zoals in de film ‘The Danish girl’. Anderen zijn van mening dat iemand zich bij genderdysforie op een tragische en zelfdestructieve wijze voor de gek houdt (8) of dat sprake is van inbeelding (46). Ook zou sprake kunnen zijn van een vloek vanuit het voorgeslacht. Denk bijv. aan families waar (bijna) iedereen reuma heeft.

Anderen (bijv. neurologen) wijzen op een biologische oorzaak, namelijk een verstoorde hormoonhuishouding tijdens kritische fasen in de ontwikkeling van een foetus in de baarmoeder (27,64,72). Genetisch gezien klopt het lichaam met het geslacht, maar het gevoel zegt iets anders. Dit wordt veroorzaakt in de hypothalamus en de hypofyse. De hypofyse is een klier waar onze hormonen worden gevormd. Deze worden afgegeven aan de hypothalamus en hierdoor wordt bepaald hoe een persoon zich voelt (man of vrouw) en zich gedraagt. De 6e tot 8e week van de foetale ontwikkeling in een zwangerschap is voor de hypothalamus een erg gevoelige periode. Wanneer deze alleen in aanraking komt met de bedoelde hormonen, vormt deze zich tot de hypothalamus zoals die bij de ‘normale’ mensen van dat geslacht voorkomt. Maar het kan voorkomen dat een vrouwelijke foetus om een bepaalde reden in aanraking komt met testosteron, het mannelijke hormoon. Andersom is dit ook mogelijk: is het testosteron ontoereikend voor de foetus, dan zal er zich een vrouwelijke hypothalamus ontwikkelen. Hierdoor kan het zo zijn dat de hersenen zich ontwikkelen tot een meer vrouwelijk brein terwijl het geslacht van de foetus mannelijk wordt. Hersenen en geslachtsorganen ontwikkelen zich op een ander moment in de zwangerschap (39,64). Van bepaalde medicijnen is inmiddels bekend dat deze de testosteronhuishouding in een foetus ernstig kunnen verstoren. Wanneer de moeder deze tijdens de zwangerschap slikt, kan dat dus genderdysforie bij het kind veroorzaken (57,64).

Wat ook de oorzaak is (ontstaan tijdens de zwangerschap of tijdens de ontwikkeling), een en ander is een gevolg van de gebrokenheid van de schepping na de zondeval (37), en is er sprake van een kwestie die zowel door betrokkenen als door experts als echt, ingrijpend en nijpend wordt gezien (8). Daarbij moet opgemerkt worden dat lang niet iedereen een even sterke vorm van genderdysforie heeft. Soms kan het afnemen en ook is het mogelijk dat iemand ermee leert leven. Daar komt bij dat op het terrein van seksuele- en genderidentiteit tot en met de puberteit alles in beweging is (8).

8. Mogelijke oplossingen
Dat er sprake is van een (soms tragisch) probleem, daar lijkt iedereen het over eens te zijn. Ook lijkt er een consensus te bestaan dat geen van de oplossingen voor dit probleem echt bevredigend is. Er zijn immers geen wondermiddelen tegen genderdysforie gevonden en de oplossingen die er wel zijn (verandering of acceptatie) zijn onvolledig of omstreden (7). Zowel aan het blijven leven met genderdysforie als aan het laten verrichten van een geslacht-veranderende operatie kleven bezwaren. Het is dus belangrijk om te bedenken dat alle meningen over transgenderdysforie het karakter hebben van een zoektocht naar een probleemoplossing (7).

De grote vraag is hoe het probleem van de transgender kan worden opgelost. Daarbij is kennis van de concrete oorzaak noodzakelijk. Immers elk ‘geval’ is anders. Bij het zoeken van oplossingen kan men in twee richtingen denken. De aanpassing kan aan het lichaam geschieden óf aan het innerlijk, de geest. Dat is het grote dilemma! Er bestaan grote verschillen in visie over de mogelijk te bieden oplossingen (of evt. schijnoplossingen). Theoloog Douma wijst aanpassing aan het lichaam niet af, ook al noemt hij het een verminking in het kwadraat. Overigens zien sommige transgenders dat niet zo. Ze zien lichamelijke aanpassing als het wegnemen van een kankergezwel (1). Ethicus Jochemsen wijst operatief ingrijpen wel af en vindt dat het accent moet liggen op begeleiding, pastoraat en psychotherapie (56). We zullen eerst de oplossingsrichting van aanpassing van het lichaam beschrijven, en vervolgens die van een aanpassing van het innerlijk.

9. Aanpassing van het lichaam
Voor veel mensen met genderdysforie is een zgn. geslacht-veranderende operatie hun enige hoop: 67% van de transgenders die erom vragen, komt voor een operatie in aanmerking. Voor velen van hen is hoop op een gelukkig leven identiek met de aanpassing van hun lichaam. Zij kunnen zich niet indenken ooit gelukkig te kunnen zijn in een niet-veranderd lichaam. Daarmee worden bij voorbaat wegen afgesloten die wellicht hoopvol zouden kunnen zijn, aldus ethicus Boer (7).

Prof. J. Douma stelt dat men alleen tot een lichamelijke ‘reparatie’, dus hormoonbehandeling en operatie (hoe gebrekkig die altijd ook zal zijn) kan overgaan, als men te maken heeft met a) een grote nood bij de transgender, b) het een psychiatrisch niet te verhelpen stoornis is en c) een operatieve ‘geslacht-’wisseling baat brengt (17), dus een afzwakking en verlichting van de genderdysforie bewerkt. Ds. C. van der Leest vergelijkt de ingreep met plastische chirurgie die wordt toegepast als iemand lijdt onder een esthetisch gebrek, bijvoorbeeld flaporen of een raar-gevormde kaak. In die situatie wordt er ook in een gezond, goed functionerend lichaam gesneden, maar met als doel iemands psychisch lijden te verlichten en levensvreugde te vergroten. Zo mag naar zijn overtuiging ook geopereerd worden om het lichaam meer te laten passen bij iemands genderidentiteit (37).

In de praktijk gaat men (bijv. het genderteam aan de VU) niet over één nacht ijs. In de diagnose-fase wordt in kaart gebracht of er bij een persoon sprake is van een genderidentiteitsstoornis of van een psychiatrische stoornis, waarbij waanbeelden over genderidentiteit een rol spelen (64). “Niet alleen is er een lang en diepgravend psychologisch onderzoek (is iemand autistisch of schizofreen? etc.), ook worden patiënten onderworpen aan testen en een hersenscan om onderzoek te doen naar de zgn. seksueel dismorfe kern van de hersenen” (57). Daarnaast wordt onderzocht of er sprake is van andere problemen, en worden medische contra-indicaties besproken, zoals roken en overgewicht. De diagnose wordt besproken en er wordt advies gegeven over een eventuele medische dan wel psychologische behandeling. Er zal alleen een geslacht-aanpassende behandeling plaatsvinden als er sprake is van een genderidentiteitsstoornis en het hele genderteam ermee instemt dat de persoon de behandeling aankan en hierbij gebaat zou zijn (64). Overigens bestaan er verschillende technieken van operatieve aanpassing zoals bijv. de metaidoioplastiek en falloplastiek (81).

In de zgn. ‘real-life test’ fase wordt van de persoon in kwestie verwacht om, als dat niet al het geval is, te gaan leven in de ‘rol’ van het gewenste geslacht, en wordt aan een hormoonkuur begonnen (64). En men moet in deze fase ‘het’ vertellen aan familie, vrienden en collega’s. Soms zien mensen al in deze fase af van verdere behandeling als er te veel problemen gemaakt worden door de omgeving. Soms kiest men voor een leven als iemand van het gewenste geslacht, maar zonder een geslacht-aanpassende operatie te ondergaan (64).Tenslotte volgt de fase met de operatieve ingrepen bij de geslachtsorganen (te zien op een animatievideo [61]) en de secundaire geslachtskenmerken (borstamputatie of -vergroting). Het gaat om meerdere operaties. Een volledige geslacht-aanpassende behandeling duurt ongeveer vier tot vijf jaar (64).

10. Kanttekeningen bij operatief ingrijpen
Het snijden in een gezond lichaam (bijv. besnijdenis, zie elders in dit nummer) is nooit onomstreden geweest, ook niet onder liberale denkers (68). Bedacht moet worden dat door een zgn. geslacht-veranderende operatie het biologisch geslacht niet gewijzigd wordt. Immers het menselijk genoom en de hormoonproductie worden niet veranderd (7). Slechts de uiterlijke kenmerken van het niet-gewenste geslacht worden weggenomen. Dat kan voor sommige transgenders een voldoende oplossing vormen omdat zij in de gewenste geslachtsrol (met het daarbij behorende gedragspatroon) kunnen gaan leven.

Operatief ingrijpen neemt de problemen rondom sekse en identiteit niet altijd zomaar weg. Het is soms een weg vol voetangels en klemmen met evt. medische complicaties en levenslange zorgen (moeite om maatschappelijk geaccepteerd te worden; moeite met het verkrijgen van een baan (44) of een relatie; verlies van familie, vrienden; echtscheiding; eenzaamheid, etc.)(59). Een transgender: “Ik vraag me altijd af: zit mijn geluk erin? Maar ik heb leren leven met het lijf dat ik heb” (27). Ook moet men niet de illusie koesteren dat hij/zij in zijn verdere leven niet meer gehandicapt zou zijn (17). Ook moet rekening gehouden worden met diverse pragmatische aspecten. Denk aan de stem die niet altijd kan worden aangepast, of dat de grootte van de handen, de lichaamsbouw, de manier van lopen en de beharing niet passen bij het aangenomen geslacht (25,27).

Van sommige mensen die een operatie hebben ondergaan, horen we goede berichten, van anderen minder goede. Evenzo horen we getuigenissen van mensen die langs pastorale weg met hun genderdysforie hebben leren leven, en in een enkel geval van mensen bij wie het probleem in het geheel lijkt te zijn opgelost (7) of dat achteraf bleek dat een verkeerde diagnose was gesteld (57).

Vandaar de aanbeveling: “Opereer niet te snel. Je kunt niet terug. Het kan een tijdelijke stoornis zijn” (8). En “Bedacht moet worden dat een operatie psychisch wel verlichting kan geven, maar fysiek een lapmiddel is: een gewoon seksueel leven en kinderen krijgen wordt er onmogelijk door” (7). Dikwijls blijft het lichaam strijden tegen de ingrepen en blijft iemand levenslang van extra hormonen afhankelijk. Bovendien zal de optie van een geslacht-aanpassende therapie en de vele verhalen hierover, sommigen een fuik binnenjagen: ‘Wellicht zit ook jij in een verkeerd lichaam, laat je opereren’, of dat jongeren gaan twijfelen over het eigen geslacht. Denk ook aan de hierboven genoemde maatschappelijke ontwikkelingen. “Vanuit de christelijke zienswijze zou ik zeggen: wachten, geduld uitoefenen, kijken naar de alternatieven, geen vroegtijdige operatie, en vooral: dit alles biddend doen en de patiënt door dik en dun trouw blijven. Zoek naar een massieve inzet om door middel van psychotherapie resultaten te bereiken. Mocht iemand er uiteindelijk voor kiezen om de transitie te maken, dan komt er een moment waarop de tegenstemmen moeten zwijgen. Alles beter dan verstoting, waartoe ook christenen helaas maar al te vaak zijn overgegaan”, aldus ethicus Boer (8).

11. Transitie zonder operatief ingrijpen
Men kan ervoor kiezen van geslacht te veranderen zonder operatief ingrijpen bij de genitaliën, bijv. vanwege de medische risico’s. Het enige is dat men zich in het bevolkingsregister als (trans)man of (trans)vrouw laat registeren en dat men zich gaat kleden en gedragen als ‘man’ of ‘vrouw’. Eventueel kan men wel secundaire geslachtskenmerken laten aanpassen, bijv. als een transman grote borsten heeft. Men zal uiteraard rekening moeten houden met bepaalde beperkingen bij het zwemmen en sporten etc.. En ook gelden de hierboven genoemde pragmatische aspecten zoals stem, beharing, etc…

12. Aanpassingen in de geest?
Ook al zijn er christenen die van mening zijn dat transgenders vanwege hun moeilijke situatie uiteraard medeleven en compassie verdienen en een lichamelijke aanpassing zoals hierboven geschreven geoorloofd vinden (“hoe jij je van binnen voelt, is het belangrijkste en daar mag jij je lijf op aanpassen” [39]), andere christenen vinden het snijden in een gezond lichaam niet acceptabel (69). Zo namen afgevaardigden op een congres van Baptisten in de VS met overweldigende meerderheid een resolutie aan waarin zij zich keren tegen zgn. geslacht-veranderende operaties en hormoonbehandelingen. Volgens hen wordt de seksuele identiteit van ieder persoon bepaald door zijn/haar geslacht en niet door zijn/haar zelfperceptie. God heeft twee onderscheiden en elkaar aanvullende seksen geschapen (51).

Anderen vinden dat je moet proberen ‘de strijd aan te gaan’ of ‘je kruis te dragen’ en dat je je dus niet moet laten opereren. Transgenders zouden ook rekening moeten houden met evt. partner en kinderen, en zich ‘bekeren’ van hun verlangen naar een ander lichaam en zich verzetten tegen hun genderdysfore gedachten en leren hun lichaam te accepteren (37). Van der Leest noemt deze opstelling levensgevaarlijk omdat het probleem veel dieper zit dan een subjectief gevoel (37). Maar bedacht moet worden dat ook een gehandicapt iemand of degene die ermee getrouwd is, een zwaar kruis te dragen heeft (59).

Omdat zowel aan het blijven leven met genderdysforie als aan het laten verrichten van een geslacht-veranderende operatie bezwaren (kunnen) kleven, dringt zich de vraag op of vanuit het christelijk geloof een alternatief kan worden aangeboden naast wat de psychologie en de medische techniek reeds aanbiedt (7). De vraag is daarbij niet of een medische ingreep niet zou mogen worden overwogen (zelfs al zou die fout zijn en in onwetendheid genomen, want God vergeeft onze fouten als we ze inzien en belijden), maar of er niet een betere oplossing is, namelijk een geestelijke oplossing die dieper gaat dan een psychologische benadering.

Immers er kan ook sprake zijn van een geestelijke oorzaak. In de door de zondeval gebroken werkelijkheid kunnen zich zeer vreemde dingen voordoen, die (kunnen) wijzen op demonische (leugen)inspiraties. Enkele voorbeelden. We kunnen allereerst denken aan mensen die denken dat zij Hitler of Napoleon zijn. De Canadese vader en ex-man Stefoknee Wolscht verliet zijn vrouw en 7 kinderen om een ‘nieuw’ leven te beginnen als zesjarig meisje! (32,38). De 22-jarige Vinny Ohh uit Los Angeles denkt dat hij een alien is en heeft meer dan 100 (!) operaties ondergaan (hetgeen vele duizenden dollars heeft gekost) om zijn gezicht en lichaam in overeenstemming te brengen met zijn perceptie van een geslachtsloze alien (9). Sommigen denken dat ze een draak of vampier zijn, en weer anderen denken dat ze een kat zijn (bijv. de Noorse vrouw Nano)(28), en zelfs dat ze dood zijn (syndroom van Cotard) (62). Men leeft in een leugen- of waanwereld.

Er zijn zelfs mensen, die een lichaamsidentiteitsstoornis hebben: ze amputeren perfect gezonde ledematen omdat ze die identificeren als gehandicapt (62). Psychiater Rianne Blom, die promoveerde op dwanggedachten, schrijft over een patiënt in het AMC, die vertelde dat een van zijn benen niet bij zijn lichaam hoorde. Hij kon exact de lijn aanwijzen waar hij geamputeerd zou moeten worden en vertelde dat hij leed aan Body Integrity Identity Disorder (BIID)(4), oftewel het gevoel dat bepaalde ledematen niet bij zijn lichaam horen. In al de genoemde gevallen is sprake van een zelfidentificatie die volkomen in strijd is met de realiteit (62). Er is mogelijk sprake van inspiratie door leugens vanuit het rijk der duisternis, die mede mogelijk zijn geworden door zonden van het voorgeslacht. En zou bijv. de wens van de moeder t.a.v. het geslacht van de baby misschien van invloed kunnen zijn geweest op de foetus?

Heel merkwaardig is dat uit het onderzoek van Rianne Blom blijkt dat de mensen van wie daadwerkelijk het gewraakte lichaamsdeel verwijderd werd, daarna een duidelijk betere kwaliteit van leven ervoeren, en beter in harmonie met zichzelf zijn! (4). Ook een deel van de transgenders die een operatie hebben ondergaan, ervoeren vrede met de nieuwe situatie. De vraag is of dit alles geestelijk gezond is en of medici eraan moeten meewerken. Denk aan de operaties die Vinny Ohh op eigen verzoek onderging (9). We moeten er wel aan denken na te gaan in hoeverre de genoemde voorbeelden met elkaar te vergelijken zijn, maar in elk geval geven ze toch wel te denken.

Opmerkelijk is dat sommige transgenders zo’n spanning ervaren dat ze zo depressief worden dat het onveranderd blijven op den duur kennelijk geen optie is omdat ze eronder bezwijken (37) en soms zelfs zelfmoord gaan plegen. De vraag rijst of dan niet sprake zou kunnen zijn van een demonische gebondenheid, ook al kan dat via de genen zijn doorgegeven.
Dan rijst ook de vraag of het misschien mogelijk is dat, als het christenen betreft die geloven in de kracht van de Heilige Geest, deze transgenders bevrijd kunnen worden, evenals ook mensen met homofiele gevoelens ervan bevrijd zouden kunnen worden, ook al kan dat een (soms zware) geestelijke strijd betekenen.

We leven helaas in een maatschappij waarin velen niet meer in bevrijding en herstel/genezing geloven omdat zij zijn afgedwaald van wat God in Zijn Woord zegt of het helemaal niet kennen. Als aan mensen wordt verteld van Gods grote liefde voor hen en Gods plan met hun leven, dan is het mogelijk dat mensen in Jezus’ Naam en door de kracht van de Heilige Geest kunnen worden bevrijd en hersteld en een normaal en gelukkig leven kunnen leiden. Dit zal vaak een proces zijn en dus niet altijd een instantelijke oplossing. En het vraagt volhardend gebed en geloof in Gods Woord, ook van medechristenen.

De waarheid maakt vrij (Joh. 8:32). Bevrijding is beter dan bijv. een psychiatrische patiënt ‘platspuiten’ om de agressieve neigingen maar wat te dempen, want dat is geen wezenlijke oplossing. Zo is ook bijv. het bezoek aan een prostitué geen wezenlijke oplossing van seksuele nood, want de bezoeker zou mogen worden bevrijd van onreine geesten, net zoals bijv. een pedofiel, een pyromaan en een lijder aan anorexia of borderline van hun gebondenheid bevrijd mogen (en kunnen) worden in de Naam van Jezus Christus en door de kracht van de Heilige Geest.   

Uiteraard moeten we bidden om wijsheid om te weten hoe we mensen in nood kunnen helpen, en om openbaring van wat Gods wil en oplossing is in die concrete situatie. Een voorbeeld is Sy Rogers, die worstelde met homoseksuele gevoelens en besloten had zich te laten ombouwen tot vrouw, maar die door zijn geloof in Jezus Christus Gods liefde leerde kennen en daardoor afzag van een geslacht-veranderende operatie. Hij is nu een normaal functionerende en gelukkig getrouwde man en vader (76).

13. Pastorale aspecten
Hoewel er al in de jaren negentig studies verschenen waarin de nood van transseksuelen werd erkend, is de afwijzing soms nog steeds aanwezig in christelijke kringen (11). Dat betekent dat er behoefte zal zijn aan pastorale hulp. Denk alleen al aan getrouwde transgenders. Moet de transgender wel of niet er voor komen? In elk geval zal het huwelijk in een crisis komen en is het van belang om open en eerlijk te zijn (37). Uiteraard is het van belang dat de huwelijkspartners de nood in gebed bij God brengen en om wijsheid bidden. Niet alleen voor de transgender zelf zijn er vragen, maar ook voor de kerkgemeenschap. Het besef dat er transgenders in de kerk zijn, kan “onze christelijke traditie bevragen over wat het betekent om samen het lichaam van Christus te zijn” (33). We mogen onze medebroeder en -zuster omringen met aandacht, ontferming en liefde.

Een belangrijke vraag is: wat maakt iemands wezenlijke identiteit uit? Of je man of vrouw bent? “Voor God ben je niet allereerst man of vrouw, maar mens, een geliefd schepsel van Hem” (25,62). In hoeverre vindt de transgender zijn/haar identiteit in Christus? Het belangrijkste is dat een mens door geloof in Jezus Christus een kind van God is (geworden). Daarin vind je je ware identiteit!

In 2013 is een landelijke gespreks- en zelfhulpgroep voor christelijke transgenders opgericht (49), die voorziet in een behoefte. De zelfhulpgroep ‘Transgender en geloof’ valt onder Transvisie, een patiëntenvereniging voor transgenders, transseksuelen, genderzoekers en hun naasten (26). Ook is er een magazine voor partners van transgenders om “duidelijk te maken dat het allemaal ‘niet zo erg hoeft te zijn’. Zo kunnen relatiebreuken voorkomen worden. Het hoeft niet mis te gaan” (18).

Sinds november 2017 is er een handreiking voor kerken over het omgaan met transgenders. Onderdeel daarvan is een pleidooi voor een kerkelijke viering na geslachtsverandering (29). Op 6 augustus 2017 was er een zgn. Trans Pride dienst, een speciaal aan transgenders gewijde dienst, met als thema ‘Een nieuwe naam’. Centraal stond daarbij Genesis 32, waarin Jakob bij de Jabbok worstelt en daarna van God een nieuwe naam krijgt (11,14,29,41). Opgemerkt moet worden dat het bij deze tekst (en ook bij de naamsverandering van bijv. Abraham en Paulus, en wat wordt bedoeld in Openb. 2:17) om geheel iets anders gaat dan wat gebeurt in het proces van de verandering van geslacht.

14. Conclusies
We hebben twee lijnen gezien: enerzijds een maatschappelijke ontkoppeling van geslacht en persoon vanwege een zelfbeschikkingsideaal. Dat is het kader waarin het transgenderfenomeen wordt geplaatst. We zien een duidelijke anti-christelijke tendens in de maatschappij, die van de uitzonderingen een regel wil maken. Frappant is dat het COC en dergelijke organisaties er direct bij zijn om de goddelijke scheppingsorde als achterhaald te beschouwen. In bepaalde opzichten is het wel begrijpelijk dat men bijv. geslachtsregistratie wil beperken. Maar bedacht moet worden dat we als maatschappij steeds verder af komen van wat en hoe God het bedoeld heeft. Men vergeet dat gebrokenheid van de schepping het gevolg is van de zonden van de mensheid, en men wil het afwijkende als normaal beschouwen.

Anderzijds is sprake van een grote en serieus te nemen persoonlijke nood van de transgender (zowel christen als niet-christen) vanwege het zich soms voordoen van een genetisch afwijking, nl. de genderdysforie, die met de gebrokenheid van de schepping te maken heeft, en waarvoor een oplossing moet worden gevonden. We hebben enkele oplossingsrichtingen (acceptatie, ombouw, [proces van] bevrijding) genoemd en besproken. Er bestaat een grote diversiteit aan meningen erover. Welke richting voor een oplossing zal worden gekozen is afhankelijk van de oorzaak en ernst van het probleem, en van iemands levensbeschouwing en geloof. Ieder is daar vrij in, maar van belang is rekening te houden met de niet-fysieke geestelijke werkelijkheid.

Tenslotte merken we op dat, gezien de toenemende problemen in de wereld, het steeds noodzakelijker wordt om het reddend evangelie van Jezus Christus te verkondigen! Want alleen dat geeft een ware oplossing voor de nood waarmee de mensheid worstelt, ook wat betreft seksualiteit en geslacht.

Drs. Piet Guijt
Zoetermeer, november 2017

Literatuurlijst
1. Andere tijden, Transgender Pioniers. VPRO-uitzending, 8 december 2013. Bron: https://anderetijden.nl/aflevering/90/Transgender-Pioniers
2. ANP, NS gaat reiziger voortaan genderneutraal aanspreken. Bron: https://www.nu.nl/binnenland/4859631/ns-gaat-reiziger-voortaan-genderneutraal-aanspreken.html
3. Fran Bambust, Nederlandse studie schat aantal transgenders op één op de twintig. Bron: https://zizo-online.be/nederlandse-studie-schat-aantal-transgenders-op-een-op-de-twintig (21-06-2012)
4. Rien van de Berg, Dwanggedachten bij vijf procent Nederlanders, Nederlands Dagblad, 17 oktober 2017
5. Gerard Beverdam, Sekseregistratie mogelijk niet langer verplicht. Nederlands Dagblad, 18 juni 2015
6. Gerard Beverdam, ‘Transgender in wet extra beschermen’. Nederlands Dagblad, 17 januari 2017
7. Th. A. Boer, Transsexualiteit  en een Schriftuurlijke mensvisie en ethiek. Bron: https://www.pthu.nl/Over_PThU/Organisatie/Medewerkers/boer/Boer-Transsexualiteit.pdf
8. Theo Boer, Wacht even bij verkeer lichaam. In: Nederlands Dagblad, 14 februari 2015
9. Suzanne Borgdorff, Vinny (22) laat zich ombouwen tot genderneutrale alien. AD, 2 maart 2017. Bron: https://www.ad.nl/bizar/vinny-22-laat-zich-ombouwen-tot-genderneutrale-alien~ad6154ac/
10. Hugo de Bruijne, Mannelijk noch vrouwelijk. Nederlands Dagblad, 17 juni 2017
11. Gerald Bruins, Jolanda Molenaar: ‘God gaf mij een nieuwe naam’. Nederlands Dagblad, 5 augustus 2017
12. Joe Dallas, Of bathroom bills and basic beliefs. In: Christian Research Journal, volume 39, number 03 (2016).  
13. De oorzaak van transseksualiteit. Bron: https://mens-en-gezondheid.infonu.nl/leven/19281-de-oorzaak-van-transseksualiteit.html
14. De opkomst van de transgendertheologie. Transgenders zijn verrassingen van God. In: Continuüm, digitaal tijdschrift over genderdiversiteit en transgender. Bron: http://www.continuum.nl/persoonlijk/opinie/transgenders_zijn_verrassing_van_god
15. Martie Dieperink, Man en vrouw gelijk? In: Promise, oktober 2009. Bron: https://stichting-promise.nl/bijbelstudie-geestelijke-kennis/man-en-vrouw-gelijk.htm
16. Martie Dieperink, Man en vrouw in bijbels perspectief. In: Promise, april 2010. Bron: https://stichting-promise.nl/specifieke-pastorale-onderwerpen/man-en-vrouw-in-bijbels-perspectief.htm
17. J. Douma, Seksualiteit en huwelijk, Kampen 1993, p.12-19. Bron: http://www.christengenderdysforie.nl/j-douma-over-transseksualiteit/
18. Auke van Eijsden, Online magazine voor partners transgenders. Nederlands Dagblad, 8 september 2016
19. Auke van Eijsden, Viral: Van dames tot heren. Wat trekt de aandacht op sociale media? Vandaag: ophef over genderneutraliteit. In Nederlands Dagblad van 27 juli 2017
20. Patrick Evje, Genderneutraal taalgebruik hot en waanzinnig. In: Metro van 28 juli 2017. Bron: https://www.metronieuws.nl/lezerscolumn/pevje/actueel/2017/07/genderneutraal-taalgebruik-hot-en-waanzinnig
21. Genderneutraal taalgebruik draagt niets bij aan acceptatie transgenders. In: OpinieZ van 27 juli 2017. Bron: https://opiniez.com/2017/07/27/genderneutraal-taalgebruik-draagt-niets-bij-aan-acceptatie-transgenders/
22. Hermafroditisme. Bron: http://artikelen.foobie.nl/gezondheid/2815-hermafroditisme/
23. Hoe denken christenen over transgender zijn? Bron: http://www.iedereenisanders.nl/286/religie/christendom/#.Wc42u7puJzl
24. Maurice Hoogendoorn, Geboren in een verkeerd lijf. Nederlands Dagblad, 7 januari 2014
25. Gerard ter Horst, De geloofsstrijd van transgenders. Nederlands Dagblad, 13 april 2013
26. Gerard ter Horst, Groei verrast zelfhulpgroep christelijke transgenders. Nederlands Dagblad, 25 september 2015
27. Gerard ter Horst, In de gedoogzone. Nederlands Dagblad, 26 september 2015
28. Helena Horton, Woman says she is a cat trapped in the wrong body. Bron: http://www.telegraph.co.uk/news/newstopics/howaboutthat/12127067/woman-says-she-is-a-cat-trapped-in-the-wrong-body.html
29. Wim Houtman, Pleidooi om geslachtsverandering te vieren in de kerk. Nederlands Dagblad, 1 juni 2017
30. Piet H. de Jong, Je inleven in de ander. In Nederlands Dagblad, 27 juli 2017
31. Saskia Keuzenkamp, Worden wie je bent – Het leven van transgenders in Nederland.
Sociaal en Cultureel Planbureau. Den Haag, november 2012
32. Kinderartsen organisatie: Transgender onderwijs is kindermisbruik door de staat. Xandernieuws van 29-5-2017. Bron: http://xandernieuws.punt.nl/content/2016/05/Kinderartsen-organisatie-Transgender-onderwijs-is-kindermisbruik-door-de-staat
33. Eline Kuiper, Zeven vragen; Verhalen van transgenders. In Nederlands Dagblad, 3 december 2016
34. Lisette Kuyper, Transgenders in Nederland: prevalentie en attitudes. In Tijdschrift voor Seksuologie (2012) 36-2, pp. 129-135
35. Lisette Kuiper, Transgender personen in Nederland, Sociaal Cultureel Planbureau, 2017
36. Els Launspach, Niet scoren ten koste van je lijf. Trouw, 20 januari 1999
37. C. van der Leest, Kritische stellingen over genderdysforie, 2015. Bron: http://www.christengenderdysforie.nl/wp-content/uploads/2016/02/Kritische_stellingen_over_genderdysforie.pdf
38. Mail online, Husband and father-of-seven, 52, leaves his wife and kids to live as a transgender SIX-YEAR-OLD girl. Bron: http://www.dailymail.co.uk/femail/article-3356084/I-ve-gone-child-Husband-father-seven-52-leaves-wife-kids-live-transgender-SIX-YEAR-OLD-girl-named-Stefonknee.html
39. Mijn lijf past niet bij mij. Bron: http://www.iedereenisanders.nl/216/alles-over-transgender/mijn-lijf-past-niet-bij-mij/#.Wc44k7puJzk
40. Rick Moeliker, ‘Spreek gemeente aan als broeders en zusters’. Nederlands Dagblad, 29 juli 2017
41. Remco van Mulligen, Kerkdienst voor transgenders tijdens Gay Pride in Amsterdam. Nederlands Dagblad, 12 juli 2017
42. ND-lezers: Moeten we stoppen met de aanduiding m/v? Nederlands Dagblad, 29 juli 2017
43. Sommige jongens geven aan dat ze zich buitengesloten voelen, omdat ze niet handig zijn in sport. Zij voelen zich niet passen bij de verwachtingen van hun leeftijdsgenoten over geslacht-gerelateerde gedragingen of activiteiten; anderen worden door hetzelfde geslacht aangetrokken en willen niet gezien worden als homo, en zien het veranderen van geslacht als de oplossing. Sommige jonge meisjes die gediagnosticeerd zijn, beweren dat ze mannen willen zijn vanwege het als vrouw worden behandeld als lustobject of vanwege de verseksing van de maatschappij (62). Een jongen begreep al snel dat hij pas geaccepteerd zou worden als hij eruit zou zien als meisje. Al snel werd dat een wens en kreeg hij een afkeer van zijn eigen lichaam (21).
44. Hanne Obbink, Forse toename van het aantal transgenders. Bron: https://www.trouw.nl/home/forse-toename-van-het-aantal-transgenders~a744689c/
45. J.P. Oudshoorn, Boekbespreking van Macy Brunels boek ‘Mistloop; Mijn onmogelijke liefde voor een man die vrouw wilde zijn’. Bijbel & Onderwijs, september 2005
46. Over hormonen, stereotypen en verwachtingen. Genderverschil ontsluierd. Bron: http://www.continuum.nl/het_lichaam/genderverschil_ontsluierd
47. Nancy Pearcey, Seksualiteit, leugens en secularisme. Promise, april 2014
48. Geart van der Pol, Verzuim nekt transgender op arbeidsmarkt. Nederlands Dagblad, 9 mei 2017
49. Redactie Kerk en Religie, Zelfhulpgroep christelijke transgenders. Nederlands Dagblad, 13 april 2013
50. Redactie Geloof, Themadag transgender en geloof. Nederlands Dagblad, 14 maart 2014
51. Redactie Geloof, Baptisten VS gekant tegen verandering van geslacht. In: Nederlands Dagblad, 13 juni 2014
52. Redactie Geloof, Kerkdienst voor transgenders. Nederlands Dagblad, 2 augustus 2017
53. Jeffrey Schipper, Ds. Wim de Bruin: “In de kerk doet genderidentiteit er niet toe”, CIP-Nieuws, 21-09-2017
54. Ar Sikking, Johan: Eindelijk kan mijn masker af. Visie, 25 april –1 mei 1999
55. Ar Sikking, Aanpassing is geen oplossing. Visie, 2-8 mei 1999
56. Ar Sikking, Nogmaals transseksualiteit. Visie 13-19 juni 1999
57. Spijt van geslachtsverandering, wat nu? Bron: https://mens-en-gezondheid.infonu.nl/diversen/149913-spijt-van-geslachtsverandering-wat-nu.html
58. Transgenderinfopunt, Cijfers. Bron: http://transgenderinfo.be/f/pers/cijfers/
59. H. Veldhuizen, Als christen omgaan met transeksualiteit. Refoweb, 16 januari 2006. Bron: http://www.refoweb.nl/vragenrubriek/2780/als-christen-omgaan-met-transseksualiteit/
60. Adrian Verbree, Gender, identiteit en Bijbel, In Nederlands Dagblad van 7 oktober 2107
61. (Animatie)video van geslacht-veranderende operatie. Bron: http://www.womenshealthmag.nl/Love-Life/Deze-video-laat-geweldig-zien-hoe-een-van-man-tot-vrouw-operatie-in-zijn-werk-gaat
62. Anthony Weber, National Geographic’s Gender Revolution. Bron: http://empiresandmangers.blogspot.nl/2016/12/national-geographics-gender-revolution.html
63. Wikipedia, Genderneutraal taalgebruik. Bron: https://nl.wikipedia.org/wiki/Genderneutraal_taalgebruik
64. Wikipedia, Transseksualiteit. Bron: https://nl.wikipedia.org/wiki/Transseksualiteit
65. Gerhard Wilts, Ophef over ‘toiletwet’ in VS nog niet over. Nederlands Dagblad, 13 april 2016
66. Gerhard Wilts, North Carolina botst met Witte Huis over wc-wet. Nederlands Dagblad, 11 mei 2016
67. Gerhard Wilts, lezers weert bus met antireclame transgenders. Nederlands Dagblad, 1 maart 2017
68. Reina Wiskerke, Johan Ellen: leven zonder masker. Nederlands Dagblad, 9 maart 2013
69. Bert Woudstra, Acceptatie binnen het christendom. Bron: http://www.bertsgeschiedenissite.nl/TGNH/Transgenders%20en%20religie/christendom.html
70. Hans-Lukas Zuurman, Ziekenhuizen doen meer geslachtsveranderende operaties. Nederlands Dagblad, 17 mei 2017
71. René en Margriet Millenaar, Gender-identiteitsproblemen. Afstudeerscriptie Bijbelschool Heverlee
72. Transgenderinfopunt, Transseksualiteit. Bron: https://transgenderinfo.be/m/identiteit/variaties/transseksualiteit-2/
73. Hoeveel procent van de bevolking is transgender? Bron: https://www.startpagina.nl/v/gezondheid/seksualiteit/vraag/595614/procent-bevolking-transgender-transseksueel
74. Macey Brunel, Mistloop – Mijn onmogelijke liefde voor een man die vrouw wilde zijn. Oogstpublicaties, 2005
75. Jos Punt, Ik verdraag het. Nederlands Dagblad, 30 oktober 2017
76. Sy Rogers testimony. Bron: https://www.youtube.com/watch?v=6gbVgcKZQtg;
Sy Rogers. Bron: http://ex-gaytruth.com/encyclopedia/sy-rogers/
77. Transseksuelen in Nederland. Bron: file:///C:/Users/pietg/AppData/Local/Packages/Microsoft.MicrosoftEdge_8wekyb3d8bbwe/TempState/Downloads/13U646transseksueleninnederland.pdf
78. Jeffrey Schipper, Christelijk stel weigert opnieuw om taart te bakken voor homokoppel. CIP-nieuws, 8 mei 2017
79. Sietze Bergsma, Interview – dr. Jordan Peterson: ‘We vertellen studenten leugens, universiteiten doen meer kwaad dan goed’. The Post online 10-12-2016. Bron: http://politiek.tpo.nl/2016/12/10/interview-dr-jordan-peterson-we-vertellen-studenten-leugens/
80. Jurriaan Mulder, Jordan Peterson en de genderdiscussie: de genderdiscussie verdient bezinning. ‘Geforceerde spraak, een voorwaarde voor totalitarisme’. The Post online 30-7-2017. Bron: http://politiek.tpo.nl/2017/07/30/jordan-peterson-en-genderdiscussie-genderdiscussie-verdient-bezinning/
81. Evangelische Omroep, Televisieserie ‘Love me gender’ over vijf transgenders op zoek naar liefde. September/oktober 2016. Bron: o.a. https://www.npo.nl/love-me-gender/13-09-2016/VPWON_1259523; https://www.npo.nl/love-me-gender/20-09-2016/VPWON_1259524; https://www.npo.nl/love-me-gender/27-09-2016/VPWON_1259525; https://www.npo.nl/love-me-gender/18-10
82. Gabriele Kuby, Die Gender Revolution, FE-Medienverlag Kislegg, 2007