Tijdens de zwangerschap van hun jongste zoon, Matthias, traden er complicaties op en moest Ingeborg naar het ziekenhuis. De placenta had losgelaten en langzaam voelde ze het leven uit haar vloeien. In plaats van een zuster te bellen, schreef ze een afscheidsbrief aan haar man en daarna gaf ze zich over aan God, die haar in Zijn armen thuishaalde. Maar na korte tijd stuurde God haar terug. Wat ze heeft meegemaakt, vergeet ze nooit meer.
“Ik was 19 toen ik met Karel trouwde”, begint Ingeborg haar verhaal. “Na ons trouwen raakte ik gelijk zwanger en binnen negen jaar hadden we vier zoons gekregen. Ik genoot met volle teugen van onze jongens en was enorm trots op ons jongensgezin. Het verlangen naar nog een kind kwam toch weer in ons hart. Na 4 jaar raakte ik weer zwanger, een zwangerschap die gelijk begon met problemen. Ik vloeide heel erg en in het ziekenhuis maakte ze een echo. Daarop was een gezonde baby te zien in een enorme hoeveelheid bloed en vruchtwater. De artsen wisten niet goed waar dit vandaan kwam en vertelden dat het zorgelijk was. Ik bleef onder strenge controle en elke week was de echo goed maar het vloeien bleef. Toen ik 16 weken zwanger was kreeg ik pijn in mijn buik. Ik ben direct opgenomen in het ziekenhuis en daar constateerden ze dat ons kindje overleden was. De gynaecoloog in het ziekenhuis vroeg of ik nog een laatste echo wilde voordat het kindje los zou komen. Dat was zo mooi. Het kindje lag met zijn handjes gevouwen. Een soort afscheid. Tegelijk sprak God: ´Ik heb u bij u naam geroepen. Gij zijt mijn´. Ik moest mijn kindje los laten en tegelijk ontfermde God zich over dit kind. Hoewel het niet gebruikelijk is om zo’n jong kindje te begraven heeft onze toenmalige predikant er alles voor gedaan om een begrafenis te regelen zodat ik het beter zou verwerken.
Weer in verwachting
Tot mijn verrassing en blijdschap raakte ik vrij snel weer zwanger. Maar al gauw deden zich dezelfde problemen voor als met ons andere kindje. Ik moest mij voorbereiden op afscheid nemen, maar tot ieders verbazing (ik kreeg elke week een echo) groeide ons kindje goed. Onze wijkouderling kwam op bezoek om ons te bemoedigen. Hij las de tekst uit Johannes 9: ´En Zijn discipelen vroegen Hem: Rabbi, wie heeft er gezondigd, hij of zijn ouders, dat hij blind geboren zou worden? Jezus antwoordde: Hij heeft niet gezondigd en zijn ouders ook niet, maar dit is gebeurd, opdat de werken van God in hem geopenbaard zouden worden.´ Dit gaf hoop. Wat er ook zou gebeuren: Gods grote werken zouden openbaar worden. Deze woorden werden mijn houvast. Met 25 weken braken de vliezen en kwam ik in het ziekenhuis te liggen. Ons kindje groeide door, tot verwondering van de artsen. Inmiddels lag ik al 5 weken in het ziekenhuis, ik was 30 weken zwanger en kreeg heimwee naar mijn gezin. Ik mocht een middagje naar huis, maar thuis gekomen ging ik zo vreselijk vloeien dat ik met spoed weer terug gebracht ben naar het ziekenhuis. De weeënremmers werden op een hogere dosering gezet en zo ben ik de nacht ingegaan. De volgende morgen ging het niet meer. Ik had persweeën en de gynaecoloog zag ook wel dat de baby geboren zou worden. Ik ging vreselijk vloeien en de weeën werden zo heftig dat ze de geboorte niet meer tegen konden houden. Ik ben met spoed naar een Academisch ziekenhuis in Zwolle overgebracht omdat ze daar een afdeling neonatologie hebben voor te vroeg geboren baby’s die beademd moeten worden. In Zwolle besloten ze om het nog een paar weken te rekken en ik kreeg andere weeënremmers. Na een poosje was het stabiel en konden we rustig de nacht in. Elk uur werd ik wakker gemaakt om te kijken of ik nog helder was.”
Afscheidsbrief
Rond half drie voelde ik dat het niet goed ging. Ik heb een afscheidsbrief geschreven aan Karel en de kinderen, ze bedankt voor hun liefde en dat ze een groot geschenk voor mij waren. Ik had voor hen de belofte van God gekregen dat Hij voor ze zou zorgen. Ik heb ook dingen opgeschreven over de begrafenis en hoe mijn man die moest regelen. Dit was de moeilijkste brief die ik ooit heb geschreven.
Ik had geen angst en onrust, alleen het diepe besef dat God bij mij was. Ik was zo bezig met mijn sterven dat ik er niet aan dacht om een zuster te bellen. Ik had afscheid genomen en had vrede met God. Ik ben toen rustig gaan liggen en heb mijzelf aan God toevertrouwd. Ik wist dat ik naar Vader ging en dat was goed. Jezus had voor mij betaald en ik kon mezelf zonder schroom overgeven. Toen ik mijzelf overgaf aan God kwam er zo’n diepe warme vrede in mijn hart en God nam mij in Zijn armen en droeg mij naar de Hemel.
Hemel
Waar ik toen terecht kwam is met geen pen te beschrijven. Bij Vader op schoot en het was er vol van rust en vrede, zoveel intense liefde. Zo geliefd ben ik nog nooit geweest. Er was enorm veel licht en veel prachtige kleuren die ik niet goed omschrijven kan omdat elke beschrijving mank gaat. Zo intens was het licht samen met die kleuren. Ik ervoer een diepe vrede en rust. Ik was omgeven door de armen van Vader. Vol liefde ontfermde Hij zich over mij. Dit is ook zo slecht in woorden uit te drukken omdat er geen woorden voor zijn. Alles wat ik woorden zou willen geven komt niet eens in de buurt van de intens beleving bij God op schoot in de Hemel. Maar ik was Thuis. Ik wilde hier nooit meer weg.
Terug
Toch kwam het moment dat God mij weer terug naar de aarde liet gaan. Ik begreep het niet en wilde ook niet terug. Ik werd hier op aarde weer wakker en was er niet al te best aan toe. Van heup tot heup opengemaakt vanwege de spoedkeizersnee en het vele bloedverlies eisten hun tol. Na 16 bloedtransfusies ging het iets beter en bleef het bloed in mijn lichaam. Matthias, onze zoon, was ernstig ziek vanwege bloed in de longen en ernstig zuurstoftekort. Ik had zoveel emoties waar ik geen raad mee wist. Ik kon het niet rijmen; de heerlijkheid in de hemel en de zorgen, de pijn en het verdriet hier op aarde. Je kan wel zeggen dat ik volledig gedesoriënteerd was.
Mijn man was zo intens dankbaar en blij dat ik er nog was en dat we Matthias hadden gekregen. Het had er voor hem zo anders uit kunnen zien. Helemaal begrijpen kon hij niet wat ik had meegemaakt en dat is logisch. Hij was blij dat ik er nog was, maar ik miste de hemel en Gods tastbare liefde.
Onbegrip
In het begin vertelde ik er veel over maar na een poosje zweeg ik omdat er zoveel onbegrip was. Ik kon niet overbrengen hoe groot en intens ik Gods liefde heb ervaren. Ik sloot mijzelf steeds meer op en zweeg over mijn hemelervaring, totdat ik bij een christengemeente in Barneveld terecht kwam en naar een @home ging. Daar is mijn cocon opengegaan en heb ik geleerd dat ik er mag zijn en uit mag delen van mijn ervaring met God.
Vertrouwen
Ik ben nu niet meer bang om te sterven. Mijn relatie met Hem is zo hecht geworden dat er niets tussen kan komen. In welke situatie dan ook. Afgelopen voorjaar werd ik heel erg ziek. Heftige hoofdpijn, slecht zien en steeds buiten bewustzijn raken. Vele onderzoeken later bleek ik een tumor op mijn rechterslaap te hebben. Het slechte nieuws drong niet echt door en er overheerste dankbaarheid dat er wat gedaan kon worden aan die vreselijke hoofdpijn. Eenmaal buiten het ziekenhuis sprak God tot mij Psalm 118:17: ‘Ik zal niet sterven, maar leven en de daden van de HEER vertellen.’ Dit dal (Psalm 23) ga ik door met God en ik ervaar Zijn gunst op mij. Ik ben gezegend, en in dit alles weet ik hoe God voor 100 procent te vertrouwen is. Hij laat mij niet alleen. God is goed en zo dichtbij. Dat vertrouwen tilde mij er boven uit als de hoofdpijn bijna ondragelijk was en ik mij zo vreselijk ziek voelde.
Getuigen
Gods taak voor mij is nog niet klaar. Ik moest terug nadat ik Zijn intense liefde mocht ervaren in de hemel en ik mag daar van getuigen. Ik heb het lang niet begrepen maar nu wel. Ik ben weer op weg naar Huis en ik wil zoveel mogelijk mensen meenemen. Naar aanleiding van mijn ervaring heb ik een schilderij gemaakt, omdat ik zo slecht woorden kan geven aan mijn hemelervaring. Het plaatje op dit schilderij vertaalde mijn gevoel en beleving. God omarmt mij op zo’n liefdevolle manier, zo intens en dat raakte mij op dit plaatje. Dat moment van die innige omhelzing staat op mijn netvlies en in mijn hart, maar ik wilde er toch ook een tastbare herinnering van hebben. Het bemoedigt mij als ik het zwaar heb. De kleuren staan symbool voor de kleurensymfonie in de hemel. Ik heb geprobeerd de paradijselijke sfeer weer te geven. Bij God is het perfect en zeer goed.
Boodschap
Als ik iets zou willen meegeven, dan is dat dit. We zijn vrijgekocht, vrijgemaakt en vergeven. God is groot en liefdevol. God heeft jou zo lief dat Hij zelfs Zijn enige geliefde Zoon heeft gegeven, zodat jij in vrijheid met Hem kan leven. Hij wil jou op schoot hebben zodat we tot rust kunnen komen en je Zijn liefde voor jou kan ervaren. Ik heb bij tijden intens heimwee naar Huis, maar kan nu ook ten volle genieten van wat ik hier op aarde heb. Jij en ik zijn onderweg naar ons Hemels Huis. Ik heb een groot verlangen dat jij de liefde van God ervaart en het je sterk maakt om je levensreis te vervolgen.
God wil dat we met zoveel mogelijk mensen Thuis komen!”
Tekst: Rineke Peterson