Vertalen van de Bijbel, oorspronkelijk geschreven in buitenlandse talen, is altijd een worsteling. In het boek ‘De beste vertaling’ gaat P. de Vries hierop in en belicht in het bijzonder hoe de Statenvertaling tot stand kwam. Ook stelt hij dat die vertaling verbeterd moet worden. Hoe deed hij dat?
Buitenlandse talen hebben eigenschappen die nooit volledig kunnen worden overgezet naar de Nederlandse taal. Daar komt bij dat de Bijbel uit klassieke geschriften bestaat van een niet-Westerse cultuur. Een Bijbelvertaling is bedoeld om Gods Woord goed en betrouwbaar aan mensen bekend te maken in hun eigen taal.
Maar taal ontwikkeld zich over tijd. Vooral de laatste jaren heeft het Nederlands een snelle ontwikkeling ondergaan. Eerdere Bijbelvertalingen zijn daardoor steeds meer moeilijker leesbaar of dreigen verkeerd begrepen te worden. De Vries laat enkele voorbeelden zien van Nederlandse woorden die in betekenis zijn veranderd.
Boekanalyse
De Vries is predikant in de Hersteld Hervormd Kerk (HHK – rechterflank protestants) en docent bij de stichting ‘Godsvrucht en wetenschap’. Zijn boek is ontstaan in opdracht van de synode van de HHK. Het richt zich dus op Bijbelvertaalwerk voor de Nederlandstalige doelgroep.
Na een voorwoord behandelt hij in zes hoofdstukken zijn onderwerp. De meeste aandacht gaat naar de geschiedenis van Bijbelvertalen, vertaalprincipes van de Statenbijbel vertalers en ideeën voor de verbetering ervan. Voetnoten geven diepte-informatie en broninformatie. Een literatuurlijst sluit het boek af.
Kritiek op de Statenvertaling
De Vries vindt de Statenvertaling de beste Bijbelvertaling, maar is op sommige punten kritisch. Hij wijst op allerlei inconsequentheden. Zo wordt soms de Septuaginta (Griekse vertaling van het Oude Testament) gevolgd op punten waar die vertaling dubieus is. Ook lieten de vertalers zich door dogma’s leiden.
Hij laat zien dat voor leesbaarheid in het Nederlands logischerwijs woorden zijn toegevoegd of weggelaten. Maar ook dat soms meervouden zijn gebruikt waar in de brontaal enkelvouden staan. Verder dat bepaalde lidwoorden niet zijn vertaald, woorden onvertaald zijn gebleven, de tijden niet altijd juist zijn doorgegeven en dat de woordvolgorde is aangepast. De vertaling van woorden is ook niet volledig concordant (steeds dezelfde Nederlandse vertaling van een bepaald woord uit de brontaal). Dit lijkt echter wel tot een minimum beperkt.
De Statenvertalers wilden zowel recht doen aan de eigenschappen van de brontalen, maar ook taal gebruiken die bij het kerkvolk uit de 17e eeuw bekend was. Vooral de eerder verschenen Gereformeerde Deus-AexBijbelvertaling werd daarom gevolgd.
Evaluatie
Dit is een interessant, maar ook pittig studieboek over de uitdagingen van het Bijbelvertalen. Enige kennis van Bijbels Hebreeuws en Grieks is een pre. Ook wordt soms Latijn en Duits gebruikt.
Specifiek wordt uitgebreid ingegaan op de Statenvertaling, waarbij aan het licht komt dat deze Bijbelvertaling ook de nodige zwakheden kent die aangepast moeten worden.
De literatuurlijst is enigszins gedateerd en een zoekregister ontbreekt. Dit boek wordt aangeraden voor de geïnteresseerden.
Vries, P. de, De beste vertaling. Een onderzoek naar de Statenvertaling en aanbevelingen voor een nieuwe vertaling. 2021, De Banier, Apeldoorn, Labarum Academic, 127 pagina’s, € 11,95, ISBN: 9789087185626.