De eerste steen

0
333
Ze bleven stil, onaangeraakt ter aarde
De stenen, omdat Hij haar leven spaarde
Wetweters waren in verwarring heen gegaan
Alleen met Hem bleef zij in Zijn ontferming staan
Hij had wie wisten laten weten dat Hij wist
Van wat zij, ondanks aanzien, heimelijk bedreven
En traag een aanklacht in het zand geschreven
Geen antwoord kwam op de van God gegeven vraag:
Wiens oordeel over haar treft niet uzelf vandaag,
Zodat u met de worp der wet de waarheid mist?

Zij lagen daar, als zwijgende getuigen
De wet had voor genade moeten buigen
De stenen hoop tot straf ten dode haar gemaakt
Wees ongewild nu naar de Hoop; onaangeraakt
Bleef zij van de vergelding die geeist was vrij
Toen hebben beiden even om zich heen gekeken
Niemand van wie zo zelfverzekerd leken
Stond nog met oordeel dat henzelf zou treffen daar
Zij zag alleen nog Hem, terwijl Hij keek naar haar,
En wist voor altijd: mijn Verlosser, Die is Hij

Johan Th. Bos

============================================================
Stuur een e-mail naar redactie@uitdaging.nl om zelf een gedicht te plaatsen
================================================================