Gezonde voeding

0
315
Tijdens een wandeling net even buiten de dorpskern zag ik een man met een zeis bezig. Dat zie je niet veel meer. Hij maaide het hoge doorgeschoten gras wat al vergeeld was en propte daarmee zijn fietskarretje vol. Dat zag ik van enige afstand gebeuren en toen ik binnen gehoorbereik was zei ik tegen hem: “Dat kunnen je konijnen toch niet allemaal naar binnen krijgen!” Ik geef toe, we waren allebei volkomen vreemden van elkaar, maar zijn reactie op mijn vraag vond ik zo in een komische film passen. Hij keek mij aan, leunend op zijn zeis, met zijn grijze stoppelbaard en een wollen ijsmuts scheef op zijn hoofd en prevelde voor zich uit: “Kunnen konijnen niet naar binnen krijgen!” Ik kon van zijn gezicht aflezen dat hij dacht, ‘nee maar, daar heb je weer zo’n stadse figuur.’ Ik dacht, ‘oh oh, wat heb ik er nu weer uitgeflapt.’ Maar dat viel gelukkig mee, want ik zag er nou niet bepaald uit als een stadsmens met mijn Australische hoed op. Dat kon hij mij niet verwijten.

Door Peter Bakker

Hij begon tot mijn verbazing een minicollege te geven waarom hij dit verdorde gras maaide en niet het jonge gras ernaast. Hij zei: “Ik heb een paar Shetlanders, je weet wel, van die kleine paardjes. En die mogen geen jong gras want dan krijgen ze teveel eiwitten binnen wat tot gevolg heeft dat ze moeilijk gaan lopen. De pony’s krijgen last van hoefbevangenheid. Dat is een ontsteking aan de hoeven waardoor ze moeite krijgen met lopen. Ja, die wijsheid heb ik ook pas na ondervinding. Ik gaf ze vers gras en na enige tijd heb ik de dierenarts geraadpleegd vanwege hun loopkwaal. Hij adviseerde mij dit soort doorgeschoten gras te geven. In hun eigen omgeving waar ze vandaan komen eten ze vanzelf de goede grassoorten. Dat weten ze gewoon. Begrijp u wel?” Ik knikte en bedankte hem voor deze wijze les. Hij grijnsde wat en maaide voort met zijn zeis.

Is dat bij ons mensen ook niet het geval. Dat als wij iets verkeerds eten wij daar ziek van kunnen worden? Ik dacht het wel. En het mooie is dat God ons daar een mooie handleiding voor heeft achtergelaten in de Bijbel. Daar in de boeken Leviticus 11 en Deuteronomium 14 beschrijft Hij wat goed is voor zijn volk om te eten. Hoe is ons eetgedrag vandaag. Eten we ook als een pony het goede gras, of proppen we ons lichaam maar vol met allerlei junkfood, met suikers en vetten. Met als gevolg: hartkwalen en hartfalen, hoge bloeddruk en suikerziekte. Met etenswaren die veel slechte E-nummers bevatten. Met geur, kleurstoffen en smaakversterkers die tot hartklachten kunnen leiden. Vragen we ons weleens af waar al die vreemde ziekten vandaan komen? Kleurstoffen in snoep die mogelijk naar ADHD verwijzen. Artrose die mogelijk door varkensvlees (onrein vlees) veroorzaakt wordt vanwege de trichineworm die varkensvlees bevat. Er is meer met voedsel aan de hand dan wij beseffen.

God heeft de mens voedselvoorschriften gegeven omdat Hij van hen houdt en dat ze een beter en gezond leven kunnen leven. (Zie Lev. 11 en Deut. 14.) Natuurlijk bestaan er ziekten, maar vele ziekten kunnen voorkomen worden als we ons verstand gebruiken en eens de moeite nemen na te denken wat God ons daarover te melden heeft. Drs. E. Noordermeer heeft een paar jaar geleden een boek op de markt gebracht dat ‘De Hemelse Voedselbank’ heet. Zij weet waar ze het over heeft. Google de titel van het boek maar eens. Ik ben geen reclamemaker voor dit boek maar mag het u van harte aanbevelen. Al is het alleen al om er over na te denken en er nog eens bij stil te staan dat we een Vader hebben die het goede voor heeft met zijn kinderen, die zijn kind geen steen geeft als hij om een brood vraagt, of als hij een vis vraagt, daar geen slang voor terug krijgt. (Matt. 7:9.) Gezond geestelijk voedsel en gezond lichamelijk voedsel gaan hand in hand.