We komen deze boodschap echter ook in ons land tegen. Vaak worden mensen geleerd om maar veel geld te offeren, zodat de zegen ook groter zal zijn. Dus, “hoe meer je geeft, hoe meer je terug krijgt”.
Maar is dit wel een Bijbelse boodschap? Een belangrijk onderdeel van de welvaartsleer is: “het is altijd Gods wil dat zijn kinderen hier op aarde al materiële voorspoed en volmaakte gezondheid genieten. En… door het voortdurend positief belijden (of claimen) van die lichamelijke en materiële zegeningen, worden deze ook werkelijkheid”. Welvaartspredikers zeggen dus in het kort: “wat we uitspreken, gebeurt ook, want er zit kracht in onze woorden”.
Wat het zo verwarrend maakt voor sommige mensen, is dat als het gaat om onze woorden, het beslist wel waar is dat er kracht van uit gaat, zowel positief als negatief. In Spreuken 18:21 lezen we: “Dood en leven zijn in de macht der tong, wie aan haar toegeeft zal haar vrucht eten”. Dus … wat we zeggen heeft dus wel degelijk effect. Negatieve woorden hebben zeker ook een negatieve uitwerking, vooral als we mensen zijn die veel klagen, dan zaaien we een negatieve sfeer om ons heen.
Klagen, mag dat wel?
Natuurlijk, er gebeurt van alles om ons heen en er is als mens soms genoeg reden om te klagen. Als alles tegen zit en de problemen stapelen zich op, dan ligt klagen voor de hand. Laten we vooral niet vergeten dat we hier ook over lezen in de Bijbel. Jeremia schreef een heel Bijbelboek vol met klachten, Elia klaagde toen hij moest vluchten voor Izebel, Job deed het toen hij alles kwijt was en onder zweren zat etc. Dat wil niet zeggen dat het goed is om te klagen en vooral niet om te blijven klagen, het helpt ons zeker niet. Maar God begrijpt ons wel, want Hij kan zelfs meevoelen met onze zwakheden (Hebr.2:17) en we hoeven ons voor God ook niet anders voor te doen. “God is niet alleen een God van succesmensen, maar ook een God die zich ontfermt over mensen met wie het helemaal niet goed gaat”
Natuurlijk, het zal ons uiteindelijk veel meer helpen om gefocust te blijven op positieve dingen, op de Heer dus en niet voortdurend alleen maar te klagen over alles wat ons tegen zit. In ieder geval lossen we met klagen niets op en is het altijd beter om met onze problemen naar Jezus te gaan en een oplossing van Hem te verwachten en Hem daarvoor vast te bedanken (Lees Filippenzen 4:6). En er zit ook een geweldige kracht in het brengen van lofoffers aan de Heer, d.w.z. Jezus aanbidden en prijzen ondanks dat het pijn doet van binnen (Psalm 50:23).
Maar … aan de andere kant zit de oplossing ook niet in het ontkennen van onze tegenslagen en vervolgens als een soort mantra, positieve dingen te gaan belijden. Het is erg onwaarschijnlijk dat het op die manier zou werken. Tegenslagen horen bij dit leven en het heeft geen zin om dat te gaan ontkennen. Ze zijn zelfs nodig om ons sterk te maken, zodat we samen met God een weg vinden om er door heen te gaan. We lezen bijvoorbeeld in Jesaja 43:2 “Wanneer je door het water trekt, ben Ik met je; ga je door rivieren, zij zullen je niet wegspoelen; als je door het vuur gaat, zul je niet verteerd worden en zal de vlam je niet verbranden. Want Ik, de Heer, ben jou God, jou Verlosser.” Hier geeft de Bijbel duidelijk aan dat onze weg wel degelijk door rivieren en zelfs vuur kan gaan. God belooft ons dus niet dat Hij ons dat allemaal zal besparen, maar wel dat Hij ons nooit in de steek zal laten.
Niet alleen succes
God is niet alleen een God van succesmensen, maar ook een God die zich ontfermt over mensen met wie het helemaal niet goed gaat. Vooral op het vlak van genezing en gezondheid vindt deze welvaartsboodschap bij veel mensen ingang. Men leert onder andere “Genezing is gewoon beschikbaar voor iedere gelovige, je hebt recht op genezing van God”. En als het dan toch niet gebeurt, wordt de conclusie al gauw getrokken dat het met jou niet goed zit. Wee degene die het overkomt. Hebben we dan wel genoeg geloof, belijden we wel genoeg ‘gezondheid’ ondanks dat we nog ziek zijn.
Dat belijden wordt in de welvaartsleer, ‘geloof’ genoemd. Maar de Bijbelse betekenis van ‘geloof’ is heel anders. Het is namelijk veel meer een volkomen vertrouwen op God in alle omstandigheden, dus in voorspoed, maar ook in tegenspoed. Geloof durft op God te vertrouwen voor alles wat we dagelijks nodig hebben – zoals God de Israëlieten in de woestijn dagelijks het manna gaf – maar dit heeft niets met het verkrijgen van rijkdom te maken. Echt geloof is zelfs tevreden met ‘onderhoud en onderdak’ (1 Tim. 6:7). Gods Woord waarschuwt tegen het streven naar veel geld (1 Tim. 6:9) en zegt dat dit een weg is die naar veel schadelijke en zondige begeerten kan leiden. “God wil ons zegenen als wij bereid zijn om te offeren. Maar, dat doet God niet voor het vergroten van onze rijkdom”
Voorspoed of succes in de Bijbel
Voorspoed heeft in de Bijbel een andere betekenis dan de westerse mens eraan geeft. Het hangt er ook sterk vanaf in welk deel van de wereld je geboren bent. Mensen die toch al weinig hebben zullen sneller denken succes te hebben als het ze iets beter gaat, dan mensen die al een redelijk bestaan hebben. God gunt ons beslist voorspoed en wil ook dat het goed met ons gaat, maar … het gaat de Heer nooit om een luxueus leven en een overvloed aan materiële genoegens. Voor God is het veel belangrijker dat Hij Zijn doel met ons leven zal bereiken, dat we dus veranderen zullen naar het voorbeeld van Jezus.
Geld zaaien, de weg tot financiële voorspoed?
Het basisprincipe van deze lering is echter dat, als iemand maar genoeg geloof heeft, dan zegent de Heer deze persoon met een goede gezondheid en geld in overvloed. Specifiek wordt onderwezen, dat als iemand in geloof een financiële gift geeft, dan is dat als zaaien. Hij of zij ‘zaait’ als het ware in een christelijke kerk of bediening en die persoon heeft dan de zekerheid dat hij een fors bedrag voor hemzelf zal kunnen ‘oogsten’.
Men redeneert ook de andere kant op namelijk, als iemand ziek is of arm, komt dit bijna altijd door een gebrek aan geloof bij deze persoon. Geen van deze ideeën wordt echter ondersteund door de Bijbel. Iedereen die eerlijk is moet toegeven dat God armoede gewoon toelaat in de wereld. We vergeten het vaak, maar twee derde van de wereldbevolking leeft nog steeds in armoede en de helft daarvan leeft zodanig in armoede dat men direct in het bestaan bedreigd wordt. We beseffen het meestal niet, maar het is een groot voorrecht dat we geboren zijn in het meest welvarende deel van de wereld. Want geboren worden in een krottenwijk (en er zijn er heel wat in de wereld), geeft direct al een achterstand in mogelijkheden om vooruit te komen in het leven.
Nu weet ik wel, de oorzaak van armoede is zeer verschillend en armoede in dit rijke westerse deel van de wereld, kan soms de natuurlijke gevolgen van luiheid zijn of door het verwaarlozen van verantwoordelijkheden die God ons geeft. We roepen dit soort armoede dan over onszelf af. Maar dat geldt zeker niet voor elke vorm van armoede. Armoede in het arme deel van de wereld, heeft juist niets met gedrag te maken, het overkomt mensen gewoon en ik denk dan met name aan de erbarmelijke toestand van miljoenen mensen in derde wereldlanden. De Bijbel leert, “De Heer maakt arm en maakt rijk; Hij vernedert, ook verhoogt Hij” (1 Samuël 2:7) met andere woorden hoe moeilijk dat voor ons ook te begrijpen is, rijk of arm, het is allemaal onder Gods toelating. Zelfs als we geen goede reden aan kunnen wijzen waarom mensen in armoede leven, weten we dat er ook in de Bijbel staat, dat Jezus op een dag al deze ongerechtigheden (armoede) zal herstellen. Het komt dus goed, Jezus gaat terug komen. Hij zal straks over de wereld regeren en alle lijden zal dan verdwijnen.
“Tegenslagen horen bij dit leven en het heeft geen zin om dat te gaan ontkennen. Ze zijn zelfs nodig om ons sterk te maken”
Leidt het geven van financiële offers tot zegen?
Het antwoord van de Bijbel is ja, maar wel met een belangrijk voorbehoud, we oogsten geen financiële zegeningen om rijk te worden. In tegendeel, Jezus nodigt de rijke jongeling juist uit om zijn rijkdom op te geven, ter wille van het evangelie. Want zijn vele goederen stonden hem in de weg om Jezus volkomen te volgen, laat het u dus niet overkomen (Mat. 19:16-26). Het is juist zeer de vraag of het wel Gods wil is dat sommige mensen in deze wereld, in enorme weelde leven, terwijl anderen weinig of niets hebben.
Maar natuurlijk, er is wel degelijk een waarneembaar en Bijbelse overeenkomst tussen financieel zaaien en financieel oogsten. God wil ons zegenen als wij bereid zijn om te offeren. Maar, dat doet God niet voor het vergroten van onze rijkdom, maar opdat we in staat zullen zijn om nog meer te offeren om Zijn werk te steunen. God geeft ons meer, maar als Hij ons meer geeft, is dat zaad dat bedoeld is om opnieuw te zaaien.
Lees 2 Kor.9:6-10: “Bedenkt dit: wie karig zaait, zal ook karig oogsten, en wie mildelijk zaait, zal ook mildelijk oogsten. Hij nu, die zaad verschaft aan de zaaier en brood tot spijze, zal u uw zaaisel verschaffen en vermeerderen”. Als we echter proberen Gods belofte te vervormen om er zelf beter van te worden, komt er kortsluiting in het Bijbelse proces en is de belofte niet langer op ons van toepassing. Dit is waar de Bijbelse boodschap anders is dan die van het zogenaamde ‘welvaarts evangelie’, want dan zijn we alleen op eigen winst uit.
Het lijden van Job
Welvaartspredikers gebruiken altijd dezelfde verzen als bewijs voor hun leer. Bijvoorbeeld de uitspraak van Job in Job 3:25; “dat waarvoor ik vrees, overvalt mij”. Deze tekst wordt door bijna iedere welvaartsevangelist gebruikt als bewijs voor de leer van het positief (of negatief) belijden. Volgens hen had Job met deze uitspraak zelf alle ellende over zichzelf afgeroepen. Maar dit is een misleidende manier van Bijbeluitleg. Er staat nergens dat deze uitspraak, die hij deed ná de vele rampen die hem waren overkomen, de aanleiding was van zijn ellende. Integendeel, God getuigt dat Jobs verderf ‘zonder oorzaak’ was (Job 2:3). Dit bewijst eerder de onzin van de leer van het ‘positief belijden’.
Glans van succes
Het welvaartsevangelie heeft een sterke aantrekkingskracht op veel christenen juist in onze rijke, materialistische samenleving. Het geeft hen een rechtvaardiging om naar grote rijkdom te streven, in tegenstelling tot het ware onderwijs van de Bijbel. Het belooft een hemel op aarde, in plaats van een weg van vreemdelingschap en lijden. Het geeft het gevoel dat we ‘recht’ hebben op ons ‘comfort’. Het voert weg van het Bijbelse principe van zelfverloochening en kruisdragen. Men zegt: ‘Christus heeft immers het kruis al voor ons gedragen!’ Maar het staat haaks op het Evangelie van de Bijbel. Er kan niet genoeg tegen gewaarschuwd worden, onze rijkdom is in Jezus en niet in aardse goederen.