Vaak kom ik de uitdrukking tegen ‘ik heb keihard gewerkt’. Dat is weer zo’n ingeslopen uitdrukking die men graag hanteert. Vooral de mannen onder ons willen graag opscheppen over hun harde werken. Ik kan er me even vaak weer aan storen als ik die uitdrukking tegenkom. Waarschijnlijk komt dat voort uit ons Calvinistische denken. Dat de mens op de wereld is gezet om hard, ja keihard te moeten werken. Een verkeerde Bijbeltekst helpt daar ook nog eens bij. Zo van: ‘in het zweet uws aanschijns zult gij uw brood verdienen’. (Genesis 3:19) Nee, dat staat er niet. Er staat: ‘in het zweet uws aanschijns zult gij brood eten’. Mannen vinden zichzelf geweldenaren als ze zeggen, ‘Ik maak weken van 80 uur!’ Ja, ja, denk ik dan. En dan vraag ik wat voor werk ze dan wel doen, dan zijn het meestal wat ik noem de hobby werkers. Dat moet ik even uitleggen. Dat is werk dat ook je hobby zou kunnen zijn, alleen word je er nu voor betaald. Bijvoorbeeld: Praatwerkers, dat zijn mannen die het met hun mond verdienen. Dat zijn politici, docenten, kantoormedewerkers, bankiers, radio en televisie presentatoren. Daar kun je dan aan het eind van de dag wel eens moe van in je hoofd zijn, maar fysiek gezien moet je het compenseren met wat hardlopen of de sportschool induiken. En deze categorie werkers zitten meestal in een behoorlijke salarisschaal. En die mensen roepen het hardst dat ze keihard gewerkt hebben. Oké, ik chargeer wat!
De andere categorie werkers noem ik de echte werkers. Dat zijn bouwvakkers, straatwerkers, vuilnismannen, landbouwers, boeren, productiemedewerkers, schoonmakers. Deze mensen ploffen ’s avonds vaak als een dood vogeltje thuis in de stoel neer en hoeven echt niet ter compensatie naar de sportschool. Ik heb beide categorieën werk in mijn werkzame leven uitgeoefend. Daar moest ik vandaag allemaal aan denken terwijl ik de ene kruiwagen na de andere volschep en steunend en kreunend de tuin ophoog met het zweet op mijn aangezicht. Af en toe mopperend dat het zoveel werk is schiet mij ineens een tekst te binnen die mijn zwoegen in een ander perspectief plaatste. ‘En al wat gij doet met woord of werk, doet het alles in de naam des Heren Jezus, God, de Vader, dankende door Hem!’ Welk werk je ook doet, leuk of niet leuk, bedenk dan dat je het doet als voor de Here. En het hoeft echt niet keihard.
Peter