Wie mag er in jouw sjalom?

0
169
In Genesis 25 tot 35 staat het woelige leven van Jakob beschreven, die later Israël werd genoemd. Na al zijn moeiten vindt hij uiteindelijk rust in het land Kanaän. En dan lezen we in Genesis 37 het volgende:

3 Omdat Israël al oud was toen Jozef werd geboren, hield hij meer van Jozef dan van zijn andere zonen, en hij had een prachtig bovenkleed voor hem laten maken in allerlei kleuren. 4 De broers zagen wel dat hun vader het meest van Jozef hield. Daarom konden ze Jozef niet uitstaan en kon er geen vriendelijk woord voor hem af.

Door: Arie-Jan Mulder

Kleding heeft in die cultuur een veel grotere betekenis dan wij gewend zijn. Kleding laat zien wat iemands plek is in de groep of in de maatschappij. Jakob bekleedt Jozef dus met een soort koninklijke waardigheid die hem verheft boven zijn andere zonen. Daardoor wordt de verhouding met de andere zoons verstoord, en er kan geen vriendelijk woord voor hem af. Als we dat letterlijk vertalen, dan staat er: ze konden niet met hem spreken tot vrede.

Dat is een uitdrukking met een diepe lading. Het bijbelse begrip sjalom (vrede) is geen zaak van gevoel, of van innerlijke vrede, maar van hechte verhoudingen tussen mensen. Het heeft te maken met keuzes die je maakt om je te verbinden met anderen. Geen sjalom spreken betekent: niet je leven met elkaar willen delen. De ander hoort er gewoon niet meer bij. Jozef wordt tot een buitenstaander en een vijand gemaakt. De andere broers hebben hun eigen sjalom met elkaar, en Jozef valt daar buiten.

Ze laten daarmee heel menselijk gedrag zien. We maken eigenlijk allemaal wel onderscheid tussen mensen met wie we ons verbonden voelen, en mensen buiten die kring. Dat kan leiden tot groepsgedrag waarbij de mensen binnen de groep anders worden behandeld dan mensen buiten de groep. Dat zien we op alle terreinen in het leven. Voetbal, bijvoorbeeld, kan op zich een leuk spel zijn, maar de manier waarop voetbalfans een soort stammenoorlog kunnen voeren met supporters van een andere vereniging heeft natuurlijk niets meer met het spel zelf te maken.

Maar laten we ons niet vergissen, want ook onder de navolgers van Christus vinden zulke stammenoorlogen plaats. Bijvoorbeeld: wij hebben de juiste leer, of de juiste manier van aanbidden, en de anderen hebben het helemaal mis. Dan doen we precies hetzelfde als voetbalhooligans en de broers van Jozef: we sluiten de ander buiten onze eigen sjalom, en zijn het uiteraard helemaal met elkaar eens over hoe goed wij zijn en hoe slecht die ander is. En dan kunnen we allerlei lelijke dingen over de ander denken en zeggen en hem zelfs letterlijk kwaad doen. Zo werden bijvoorbeeld tijdens de reformatie medegelovigen met een enigszins afwijkende mening als tegenstanders beschouwd en zelfs vermoord!

God biedt zijn sjalom aan aan alle mensen. Dan past het ons niet om kieskeuriger zijn dan God. Het is niet altijd makkelijk, maar het idee is toch echt dat we niemand buitensluiten uit onze sjalom. Zoals Paulus schrijft: Houdt zo mogelijk, voor zover het van u afhangt, vrede met alle mensen. (Rom. 12:18). Een ander kan jou buitensluiten, maar jij hoort nooit een ander buiten te sluiten. De liefde van God, en dus ook de liefde van Gods kinderen, strekt zich uit naar alle mensen.

Laten we liefhebben.

Arie-Jan Mulder is de auteur van ‘Het evangelie van Jozef’, een verrassend boek over Jozef en zijn broers:
Info: www.delepelaar.org