Xi Jinping zei dat het land zich moet wapenen tegen buitenlandse infiltratie via godsdienst en voorkomen dat ‘extremisten’ hun ideologie verspreiden. De partij zegt vrijheid van godsdienst te beschermen, maar beteugelt godsdienstige activiteiten en staat die alleen toe aan door de staat erkende instellingen.
De regering is bezorgd over wat zij ziet als groeiende invloed van islamieten in de regio waar honderden mensen de laatste jaren werden gedood in de strijd tussen leden van is islamitische Uighur gemeenschap en Han Chinese. Daarnaast zeggen Chinese christenen dat autoriteiten hun activiteiten beperken en kruizen op kerkgebouwen neerhalen, zoals in de provincie Zhejiang. In 2014 braken protesten uit in de christelijke stad Wenzhou, ook in Zhejiang, over het vernietigen van kruizen door de regering. In januari liep een onderzoek tegen een pastor die fondsen zou hebben verduisterd, maar toevallig wel een campagne aanvoerde tegen het verwijderen van kruizen. Volgens Xi Jinping moeten leden van de communistische partij zich houden aan marxistische principes en trouwe atheïsten blijven.