Tiang, een gelovige in het dorp Huey, in de provincie Savannakhet, leed aan suikerziekte en zijn toestand was volgens Human Rights Watcher for Lao Religious Freedom (HRWLRF) door gebrek aan behandeling en medicatie in de gevangenis ernstig verergerd. Maar de gevangenis autoriteiten lieten geen medische hulp toe, hoewel hij daar wel om had gevraagd.
Tiang behoorde tot de vijf christenen die de christelijke vrouw Chansee bezochten, omdat zij om gebed had gevraagd. Zij had van haar dochter en een ander familielid gehoord dat God genezing kon brengen. Maar zij overleed later toch. De plaatselijke autoriteiten waren volgens de organisatie kwaad omdat de vrouw kort tevoren tot geloof was gekomen. Daarna namen ook al haar acht kinderen de Here Jezus Christus als Heer en Verlosser aan.
Voor kerkelijke activiteiten, ook openlijk gebed, is toestemming van de communistische regering nodig, maar die wordt volgens christenen zelden gegeven. Alleen een zeer beperkt aantal geregistreerde geloofsgemeenschappen krijgen die in het overwegend Boeddhistische land. Tiang, pastor Kaithong, Puphet, Muk en Hasadee – de vijf mannen – werden eerst van moord beschuldigd, later van het onbevoegd uitoefenen van de geneeskunst. Een rechtbank veroordeelde hen tot negen maanden cel en een boete (per persoon) van $62. Ook moesten zij $2,450 aan de familie van de overledene betalen, in het arme Laos een enorm bedrag.
De mannen werden eerder dit jaar wel vrijgegelaten in verband met een hoger beroep, maar Tiang, een zestiger, was toen al zo ziek dat het nu tot zijn dood leidde. Hij laat een vrouw en zes kinderen achter. Ook had hij een oudere zuster.
Verscheidene landen, waaronder de VS, hebben aangedrongen op verbetering van de schrijnende situaties in de gevangenissen in Laos.