Colombiaanse kerk vreest meer vervolging

0
173
Op 23 juni 2016 werd historie geschreven in Colombia. Vier jaren van vredesonderhandelingen, na vijftig jaar geweld met 220.000 doden, eindigden in een staakt-het- vuren. Kerkleiders vrezen echter dat dit christenen meer in de problemen gaat brengen. Criminele bendes, lokale leiders en guerrillagroeperingen oefenen in toenemende mate druk uit op de kerk, meldt Open Doors, een organisatie die vervolgde christenen ondersteunt.

De regering en rebellenbeweging FARC sloten deze overeenkomst, maar besprekingen met ELN, een andere guerrillabeweging, zijn nog niet gestart. Vanaf 1981 zijn er in totaal elf vredesbesprekingen gestrand. Tijdens de recente onderhandelingen ging FARC door met het plegen van misdaden onder de naam ELN. Met name in het zuiden en noordoosten werden kinderen gerekruteerd en pastors bedreigd. In het noordwesten nam de drugshandel van FARC toe. Er bestaat grote twijfel of deze handelaren zich willen laten ontwapenen.

Dennis Petri, Latijns-Amerika analist van Open Doors: “Sinds haar oprichting heeft FARC pastors vermoord, kerken vernietigd, kerken en christenen afgeperst, zendelingen en kerkleiders ontvoerd en jongeren uit kerken onder dwang gerekruteerd.”

Petri verwacht niet dat het geweld zal stoppen. “Geweld in Colombia zal blijven, ondanks de wapenstilstand. In de gebieden waar de overheid geen veiligheid meer kan bieden, opereren drugskartels en illegale bewapende groepen ongestraft.”

De kerk in Colombia reageert verdeeld. Aan de ene kant is de kerk, die al vele jaren heeft te lijden onder geweld en vervolging, sceptisch en aan de andere kant gematigd positief.

Ovidio Gomez, pastor van een kerk in het noordoosten van het land: “We verlangen naar vrede, maar we hebben geen vertrouwen in de criminelen met wie afspraken zijn gemaakt.”

Dertig pastors lieten Open Doors weten dat ze niet bereid zijn om te rapporteren over de voortgang van het vredesproces in hun regio. Ze vrezen dat het hen in problemen gaat brengen. Een van hen, die door FARC werd weggejaagd uit zijn woonplaats, zei: “In de bergen zijn we kwetsbaar en alles wat we doorgeven aan de overheid kan tegen ons gebruikt worden vooral nu FARC door de gemaakte afspraken toegang tot officiële informatie krijgt.” Een andere kerkleider: “Het einde van FARC is niet het begin van vrede; het is slechts één partij in deze oorlog. De vervolging van de kerk neemt toe door criminele bendes, lokale leiders en andere guerrilla’s.”

Christenen in de steden reageren positiever. “Dit is het antwoord op de gebeden van vele kerken voor een einde aan de oorlog in Colombia”, zegt Rolando, een vertegenwoordiger van Christ for the City Church in Bogota.

Aartsbisschop Quiroga, voorzitter van de Episcopaalse Kerk, verwoordde zijn zorgen: “We hebben duidelijk bewijs nodig dat de handtekening onder de overeenkomst niet alleen een symbolische daad is. De rebellen moeten hun wapens inleveren en deze publiekelijk vernietigen. Het volk wil direct de effecten van de overeenkomst zien.”

Een onderzoek van de Externado University in Colombia in 2014 wijst uit dat niet alle leden van FARC zich gaan overgeven. De leiders van FARC willen politieke macht, maar degenen die actief zijn in drugshandel en afpersing willen hun inkomsten niet opgeven. Een aantal van hen weten ook niet hoe ze moeten integreren in de maatschappij en gaan door met hun criminele activiteiten.

Colombia staat, bij het wegvallen van FARC, voor een grote uitdaging om 15.700 FARC-strijders en 7.000 kind-rekruten te laten integreren in de samenleving. Het land staat op plek 46 van de Ranglijst Christenvervolging 2016.