Dat de overheid religieuze vrijheid erkent, wil volgens sommige geestelijke leiders overigens niet zeggen dat er ook kerken mogen worden gebouwd. Er werden er de laatste jaren enkele gesloopt. Met zichtbaarheid van de vrijheid lijkt het regime nog moeite te hebben. Dat meldt onder meer de organisatie Christian Solidarity Worldwide (CSW), maar in kerkelijke kring wordt dat soms weer tegen gesproken.
Werkkamp
In de zestiger jaren stuurde het regime van Fidel Castro dominee Juan Francisco Naranjo nog twee jaar naar een werkkamp wegens prediking van het Evangelie. Atheïsme was wet en gelovigen werden als verdachten beschouwd. De door de in 2000 overleden Naranjo gestichte baptistenkerk heeft nu volle diensten en doet medisch en maatschappelijk werk. “In de jaren zestig kwamen hier een paar broeders en zusters hier bijeen, die hun Bijbels moesten verstoppen”, vertelde de voor de kerk werkende dokter Esther Zulueta (57) aan Associated Press.
De Rooms Katholieke Kerk is de dominante denominatie (60% van de bevolking is katholiek gedoopt), maar overal in het land komen ook protestanten ongehinderd bijeen. De evangelische beweging breidt zich sterk uit.
Volgens de Raad van Kerken doet zich een opleving van het geloof voor in de meeste kerken, die allemaal groeien in zowel het aantal leden als de impact in de maatschappij. Tot de elf miljoen Cubanen behoren nu ongeveer 40 duizend methodisten, 100 duizend baptisten en 120 duizend leden van de Assemblies of God (pinkster) gemeenten, die alles bij elkaar in de vroege negentiger jaren nog maar 10.000 leden telden. Volgens de Raad van Kerken zijn er zo’n 25.000 evangelische en protestantse huisgemeenten.
Werkloos
Volgens AP was het in de tijd van de vervolgde Naranjo anders. Toen werden gelovigen uit zijn kerk geweerd van staatsbanen. De situatie begon voor christenen te ontdooien toen in 1984 de Amerikaanse activist Jesse Jackson naar Cuba kwam en Fidel Castro in een protestantse kerkdienst uitnodigde. Naranjo behoorde in 1990 tot een groep voorgangers die bij Castro tijdens een ontmoeting met hem op meer vrijheid aandrongen. De banden tussen religieuze groepen en de Communistische Partij werden aangehaald. Ook het bezoek van paus Johannes Paulus II aan Cuba verbeterde de vrijheid van zowel katholieken als protestanten. In de grondwet is nu vrijheid van religie vastgelegd, maar de wet zwijgt over kerkbouw. In sommige delen van het land hebben autoriteiten het bouwen van nieuwe kerken verboden, hoewel zij het samenkomen van christenen in voor de revolutie van 1959 gebouwde kerken wel toestaan.
Het Engelse CSW meldt in een rapport dat zich in 2016 ruim 2300 incidenten tegen de vrijheid van Godsdienst voordeden, voornamelijk gericht tegen Pinkstergemeenten, waarvan onder meer kerken in beslag zouden zijn genomen. Die informatieve schijnt van insiders in Cuba te komen. Maar dat word door christenen in Cuba weer tegengesproken. Ook het hoofdkantoor van de Assemblies of God in de VS zegt niets te weten van geconfisqueerde kerken.
