Elk jaar in januari publiceert Open Doors een ranglijst met 50 landen waar christenen het meest worden vervolgd. Noord-Korea staat al geruime tijd op nummer 1. Maar ook in andere Aziatische landen worden steeds meer christenen vervolgd door het nog steeds groeiende extremisme. Ruud Kraan, directeur van Open Doors, geeft tekst en uitleg bij de ranglijst. “Ik leer elke keer weer hoe enorm belangrijk de eenheid van de kerk is.”
Tekst: Jacco Stijkel
Aziatische landen waar christenen steeds meer worden vervolgd zijn Afghanistan, Pakistan en India. Landen met een eigen verhaal. “De taliban is erg machtig in Afghanistan”, vertelt Kraan. “Christenen met bijvoorbeeld een westerse achtergrond kunnen redelijk normaal hun geloof belijden, maar als moslims tot geloof in Christus komen zij direct in de gevarenzone en zijn ze hun leven niet langer zeker. Het gaat dan vooral om bedreigingen vanuit hun eigen familie en stam. Kijk, het gaat om een klein aantal van enkele duizenden christenen. Dat is weinig in vergelijking met een land als Noord-Korea waar 300.000 christenen worden vervolgd en er 50.000 in een strafkamp zitten. Maar het gevaar en de ernst van de bedreigingen zijn hetzelfde. Het is moeilijk om deze mensen te bereiken. Ik kan daar niet veel over zeggen, maar daar hebben wij geheime missies voor. Wij merken dat vervolgde christenen vaak het idee hebben er helemaal alleen voor te staan. Een van onze doelen is dat wij laten weten dat zij er niet alleen voor staan en dat er wereldwijd voor hen gebeden wordt. Dat is al een bemoediging.”
Pakistan is het land waar het geweld tegen christenen het hoogst scoorde in het afgelopen jaar. “De invloed van de taliban en IS is groot in dit land. De radicale extremistische islam tolereert geen enkele groepering die niet aan hun standaard voldoet. Dat geldt voor christenen, maar overigens net zo goed voor moslims. Overigens hebben hier ook juist de moslims die tot bekering zijn gekomen het zwaarst.”
India
Kraan maakt zich over de situatie in India grote zorgen. “Daar zien we de opkomst van fanatiek hindoeïsme gecombineerd met nationalisme. Minister-president Modi zal het nooit zo zeggen, maar het doel is dat India voor 100 procent een hindoestaat wordt. In India wonen 270 miljoen moslims en 65 miljoen christenen. Ik houd mijn hart vast als ik denk hoe ze dit willen bereiken. In India zijn vorig jaar acht christenen vermoord, 635 christenen zijn opgepakt zonder eerlijk proces en we hebben 24.000 aanvallen op gelovigen geteld voor zover wij weten. Het zijn vreselijke verhalen die uit India komen. Pastors die kaal worden geschoren en rijdend op een ezel door het dorp worden gereden. Heel vernederend. Of gelovigen die gedwongen worden om zich terug te bekeren tot het hindoeïsme. Zij moeten hiervoor rituelen ondergaan in de tempel, met onder meer uitwerpselen van beesten. Ik denk dat veel mensen in het westen een beperkt beeld hebben van het hindoeïsme en boeddhisme als een vreedzame godsdienst met glimlachende monniken. Ik ken echter het verhaal dat boeddhistische monniken bijna een voorganger hebben vergiftigd. Hij heeft het ternauwernood overleefd. Afgelopen zomer heeft iedereen kunnen zien hoe er in Myanmar met de Rohingya is omgegaan. Dus het beeld van een vreedzame godsdienst is wel aan het veranderen.”
Kraan vertelt dat het de missie van Open Doors is om juist via de plaatselijke kerken te werken. “De vraag die wij steeds stellen is: wat heb je nodig? Als dat microkredieten zijn, gaan we daarmee aan de slag. Als trauma counseling nodig is, bieden we dat aan. Het belangrijkste is dat de kerk wordt ondersteund of klaargemaakt om stand te houden in de verdrukking. Want in deze landen geldt: als je christen wordt, kom je gelijk in de gevarenzone. Dat beseffen alle bekeerlingen zich echt niet. Ze hebben Christus ontmoet, zijn enthousiast en willen dat dan ook graag vertellen. Maar dat brengt enorme risico’s met zich mee. Daarom investeren wij in de voorgangers en het kader van de kerk. Zodat zij sterk kunnen gaan staan.”
Intolerantie
Kraan benoemt ook een andere kant van de vervolging. “Vervolging en lijden hoort bij het christen-zijn. Vervolgde christenen geven aan niet met ons als westerlingen te willen ruilen. Hoe erg hun situatie ook is, zij hebben wel een manier gevonden om ermee om te gaan met God. ‘Wij bidden voor jullie’, hoor ik steeds. ‘Jullie ervaren een andere soort verdrukking met alle verleiding en losbandigheid waar men in het westen mee te maken heeft.’ Verder zie ik dat de vervolging steeds meer onze kant opschuift. Daar bedoel ik geen Noord-Koreaanse toestanden mee, maar wel dat seculiere intolerantie steeds meer opkomt. In het zogenaamde vrije westen is het minder mogelijk om een kruisje te dragen op je werk of op straat over het geloof te praten. Het geloof wordt steeds meer in de privésfeer geduwd. Bij Open Doors doen we momenteel onderzoek naar seculiere intolerantie. We mogen als christenen niet blind zijn voor deze ontwikkeling.”
Gepassioneerd
Kraan ontmoet veel christenen die vervolgd worden. “Overal zie ik gepassioneerde christenen die in vuur en vlam voor Hem staan. Ik denk bijvoorbeeld nu aan een broeder die ik ontmoette in Noord-Irak. Een katholieke priester, in het zwart gekleed met een kruis op zijn borst en een hoofddeksel op. Zo anders dan ik ben. Maar we ontmoetten elkaar in Christus. En dat is wat ik telkens weer ontdek: hoe belangrijk de éénheid in Christus is en dat op vele manieren en in alle veelkleurigheid gelovigen wereldwijd laten zien wie de Heer is. En dan vallen alle kerkmuren weg. In Nederland denk ik wel eens dat we veel te veel bezig zijn met onze eigen clubjes. Ik heb echt geleerd om anders de Bijbel te lezen. Meer zoals een vluchteling in Irak doet. Dan leer dat we radicaal voor Christus moeten gaan. Toen ik drie jaar geleden bij Open Doors begon dacht ik altijd: als ik in Nigeria in handen van Boko Haram zou vallen en een extremist mij een pistool op mijn hoofd zet en vraagt of ik christen ben, kan ik echt nu niet zeggen, dan zou ik echt niet weten wat ik zou antwoorden. Nu, en dat zeg ik echt niet om mijzelf op de borst te kloppen, kan ik vertellen zeggen dat ik meer de overtuiging heb dat ik ‘ja’ zou zeggen. Ook omdat ik heb gezien wat het betekent om te geloven als het er echt op aan komt.”
Complexe problemen
Wat opvalt aan de wereldkaart waar de ranglijst is op geprojecteerd, is dat veel landen waar christenvervolging het zwaarst is zich bevinden in Azië en het noordelijke deel van Afrika. Maar ook landen in Midden-Amerika staan erop. “Wel veel lager dan de landen waarover we het hebben gehad. Maar in een land als Mexico is er veel criminaliteit en aan drugs gerelateerd geweld. Als je uit die wereld stapt en christen wordt, heb je wel een probleem. Kijk, in een land als Mexico hebben kerken het imago dat ze rijk zijn. Er wordt gecollecteerd, dus er is geld, en dus is een kerk het doelwit van een aanslag. Wat ik steeds weer ontdek is dat de christenvervolging onderdeel is van de grote problemen die er in een land zijn. Neem Irak. Christenvervolging staat niet op zichzelf en heeft ook niet alleen te maken met IS, waar de focus nu op is. Alles maakt onderdeel uit van een complex geheel van verschillende groeperingen mensen, land, olie, politiek, cultuur noem maar op. ‘Nu is het IS, maar moslimfundamentalisme was er ook voor IS en de volgende groep staat alweer klaar’, stellen ze in Irak. Kortom: elke situatie is complex en anders, maar onze missie is dezelfde. Wakker en waakzaam zijn om de vervolgde kerk wereldwijd te versterken.”