Door Johan Bos
“Hij is voor mij persoonlijk een van mijn christen helden. Een herder die bereid is zijn leven in gevaar te brengen ter wille van zijn kudde”, zegt directeur Boudewijn van Schoonhoven van CAMA-Nederland. Veel christenen ontvluchten Syrië. Edward Awabdeh, hoofd van de CAMA-kerk daar neemt het hen niet kwalijk, al blijft hij zelf op zijn post in het door oorlog verscheurde land. “Wij geloven dat de Heer ons roept om in Syrië te blijven. Het is Zijn recht ons daar te laten zijn. Dat is voor ons nu de juiste plaats.”
Achter de vluchtelingenstromen, waarvoor steeds meer Europese naties de grenzen met hekken sluiten, schuilt een door en door verwoest vaderland, weet hij. De helft ervan ligt volledig in puin, verzucht Awabdeh.
De hoofdstad Damascus, waar eens de apostel Paulus na zijn bekering als een blinde aankwam, is zijn standplaats. Hij leidt er een gemeente, waarvan de diensten wekelijks door zo’n driehonderd mensen wordt bezocht. Het is niet gemakkelijk voor al kerkgangers erheen te komen. “In totaal bereiken wij tweeduizend mensen”, voegt hij er aan toe. Want de spankracht van de gemeente blijkt ook uit talrijke andere activiteiten dan alleen de diensten op zondag, zoals via jeugdwerk, sociale hulpverlening, huiskringen enzovoort. “We proberen als kerk te zorgen voor transport van de mensen naar de diensten”, zegt hij.
Vreselijk
Begin mei was hij samen met zijn vrouw enkele dagen in Nederland, op bezoek bij de zustergemeenten van de CAMA (Christian and Missionary Alliance), die hier – samen met de onafhankelijke baptisten – deel uitmaakt van de koepel van ABC-kerken. Hij sprak ook Arabische geloofsgenoten in hun eigen taal toe. De sterk op zending gerichte CAMA-gemeenten in Nederland steunen hun Syrische broeders en zusters, geestelijk en materieel.
Dat is veel beter dan in iedere vluchteling een bedreiging te zien, vindt Edward Awabdeh blijkbaar, al begrijpt hij de hier bij een deel van de bevolking ontstane vrees wel. Maar hij voegt er aan toe dat de ene vreemdeling de andere niet is. “Elke dag in Syrië is vreselijk”, zegt hij. Zijn drie kinderen vertrokken voor studie naar Amerika. Zij zouden eigenlijk wel willen dat hun ouders ook naar een veiliger oord vertrokken, maar hebben zich er bij neergelegd dat die nu eenmaal doen wat God van hen vraagt.
Jarenlang was Awabdeh tandarts, maar ook toen al actief in het werk van de Heer. Totdat Die hem in full time dienst riep, vertelt hij. Met zijn nieuwe bediening zette hij een oude traditie voort, want ook zijn vader en grootvader waren al voorgangers bij de CAMA. Hij groeide op in een evangelisch christelijk gezin, waarvoor hij nog altijd dankbaar is.
Terwijl sommigen Syrië als de bakermat van het christendom beschouwen, omdat Paulus er zijn zendingswerk begon, maakt dat nu nog maar tien procent van de bevolking uit. In Damascus, waar ook de gemeente van Awabdeh is gevestigd, bevinden zich onder meer de patriarchaten van de Oosters –Orthodoxe, de Oosters- en de Grieks Katholieke en de Syrisch Orthodoxe Kerk. De CAMA-predikant zegt voornamelijk contacten met evangelische leiders te hebben, die overigens onder de kommervolle omstandigheden van de laatste jaren intensiever werden.
Oogsttijd
Het Lichaam van Christus in Syrië groeit, constateert hij met vreugde. Aan de ene kant slaan veel gelovigen op de vlucht, die zich dus aan de gemeenten onttrekken, maar anderzijds is het evident oogsttijd. “Meer mensen dan ooit komen nu tot geloof”, zegt Awabdeh. “Dat komt alleen door Gods genade. De nood in mijn land is enorm groot, maar de Heer brengt mensen naar Zijn huis. Ik geloof dat Hij de situatie gebruikt om mensen tot Zich te trekken.”
De internationale militaire activiteiten in zijn land begrijpt hij niet goed. Voor een buitenstaander is toch min of meer een beeld ontstaan van talloze tegen elkaar strijdende partijen. Moslimgroepen, waaronder de wrede IS, vechten tegen elkaar, rebellen tegen de regering van president Bashar al Assad, die ook weer tegen IS strijdt. Met hulp van Rusland, maar andere landen die legers stuurden vinden dat zowel IS als Assad moet vertrekken. Syrië is in feite een onoverzichtelijk slagveld.
Awabdeh wil zich niet wagen aan politieke uitspraken, maar constateert dat het in elk geval voor christenen allemaal veel beter was toen Assad nog de touwtjes in handen had. Diens vader pleegde in 1970 een coup, waardoor aan jarenlange bloedige politieke instabiliteit een einde kwam, maar het bloed vergieten is nu levensgroot terug. Op grote schaal worden christenen vervolgd door fanatieke islamieten. Miljoenen mensen ontvluchtten het land.
Awabdeh: “President Assad is een moslim, een alawiet, maar de regering seculier. Hij bemoeit zich niet met religie. Dat was voor ons als christenen beter.” Volgens de soenitische meerderheid in het land is dat niet juist. De Arabische lente in de regio bleek een ijskoude winter. “Die lente begon in Tunesië”, brengt Awabdeh in herinnering. Maar voor zijn land bracht die weinig goeds. Hij raamt het aantal doden op een half miljoen. En dan is er nog de enorme materiële schade. In Aleppo werden onlangs vier ziekenhuizen verwoest door bommen, maar ook talloze woningen in het land zijn met de grond gelijk gemaakt.
Flat onder vuur
Ook het flatgebouw waarin Awabdeh een appartement heeft, lag zwaar onder vuur. Dat hij levend uit het met bommen bestookte complex kwam, beschouwt hij als genade om wat hij als opdracht van de Heer ziet verder uit te voeren. “Het is een voorrecht in Zij dienst te mogen staan. Ik praat liever niet over de politiek in deze wereld. Wij zijn ambassadeurs van de hemel.”
Hij hoopt vurig dat de verschrikkingen uiteindelijk iets uitwerken voor het land, maar vooral voor de Gemeente van Christus. Wat nu om hem heen gebeurt, is ook vervulling van Bijbelse profetieën over de eindtijd, denkt hij. Net als de talloze aardbevingen. “Wij vertrouwen op Gods wijsheid en Zijn plan met de wereld. En we hopen dat het achteraf allemaal iets goeds brengt voor Zijn Gemeente en voor de mensen rondom ons.”
Dat veel christenen nu vluchtten, neemt hij hen niet kwalijk. Zegt dat ook in zijn preken. “Wij respecteren vluchtelingen, maar ook degenen die, ondanks deze grote nood, toch blijven. Tegen gelovigen zeggen we: ‘Voel je niet schuldig als je vertrekt’. Wie blijft is niet beter dan wie vlucht. We bidden voor beide en vragen onze broeders en zusters dat ook te doen. Onze visie is dat wij volkomen trouw moeten zijn aan Christus en al leven in het Koninkrijk der hemelen. En dat we ons uitstrekken naar Zijn Woord.”
Het christelijke geloof breidt zich in Syrië onstuimig uit. Maar ook in buurlanden, weet hij. “De Heer bezoekt de regio. Wij ervaren zowel oordeel als heel sterk Zijn zegen. Hij volvoert Zijn plan in Zijn wijsheid. Wij kunnen nog niet het einde zien van wat ons land treft, maar Hij wel. Hij doet alles op Zijn manier, niet op de onze. Ik ben bevoorrecht Hem te mogen dienen en zie uit naar de komst van de Heer. En wij vragen Hem: Geef ons Uw woorden.”
==========================================================
Zowel internationaal als in Nederland kwamen CAMA-gemeenten voort uit de zendingsbeweging Christian and Missionary Alliance. De gemeenten in Nederland behoren sinds 2006 samen met de organisatie van vrije baptisten tot de koepel ABC (Alliantie van Baptisten en Cama), een in Nederland 63 gemeenten tellende denominatie, met in totaal ongeveer 5000 leden. ABC bemoeit zich overigens niet met het beleid in de aangesloten gemeenten, maar is alleen samenwerkingsverband.
De wereldwijde zendingsbeweging CAMA ontstond in 1887 door samenvoeging van de Christian Alliance en de Evangelical Missionary Alliance in de VS. De fusie-organisatie werd geleid door de presbyteriaanse ds. A.B. Simpson in New York, maar toen die later intensief betrokken raakte bij de opkomende Pinksterbeweging, kwam er een crisis binnen de CAMA, die zich vervolgens distantieerde van radicale uitingen als tongentaal. Pas in 1965 werd CAMA, die heel veel zendelingen had, in de VS een (sterk zendingsgericht) kerkgenootschap.
Ook in Nederland bestond eerst het zendingsgenootschap, destijds gevestigd in gebouw ‘Parousia’ te Wassenaar en geleid door ds. Willem Könemann, die als zendeling in Nederlands-Indië had gewerkt. Hij was met zijn gezin naar Nederland gekomen. Op verzoek van de CAMA gingen de Könemanns hier zendingskandidaten werven. Onder meer meldden zich als zodanig leden van de bekende familie Stringer (Adriaan Stringer werd later directeur van de CAMA Zending) en Johan Companjen, die na uit Vietnam te zijn verdreven bij Open Doors ging werken. Uit het zendingswerk ontstonden later in Nederland de gemeenten. De eerste ervan in 1975 in Den Bosch (Evangelische Gemeente Parousia).
Kerkgenootschap en zendingsorganisatie zijn gescheiden organisaties.
Tegenwoordig is het hoofdkantoor van de CAMA zending gevestigd in Driebergen. De CAMA gemeenten voeren intensief actie voor de geloofsgenoten in Syrië, verdeeld over 17 gemeenten.