Panhuise noemt nog meer laffe uitspattingen van bewindslieden en vorstenhuis en breekt ‘als tegenpool van dit zeer beschamende gedrag’ een lans voor Wilders, die “met gevaar voor eigen leven en tegen de huidige antisemitische stroom in, regelmatig waarschuwt voor de eigentijdse jodenhaters.” Hij is volgens de auteur een van de weinigen die het in het parlement geregeld opneemt voor Israël en het Joodse volk. Panhuise roept op tot gebed voor Wilders. Opdat die “de God van Abraham, Izaäk en Jacob mag leren kennen en Jezus zal aannemen als zijn Verlosser.”
Panhuise zegt dat hij hem tien jaar geleden, tijdens opnamen voor een tv-programma, ontmoette. “Het was net bekend geworden dat Wilders ernstig werd bedreigd en er liepen bodyguards om hem heen. Ik sprak met hem en beloofde dat wij regelmatig voor hem zouden bidden dat hij niet gedood zou worden. Ik zag tranen in zijn ogen. Toen ik hem mijn kaartje gaf, van TBN-televisie (een charismatische zender, red.), zei hij: ‘Daar kijk ik vaak naar als ik in Amerika ben.’ Dus hij staat open voor het Evangelie.”