Door Don Zeeman
“Dat Europa ooit christelijk was, is een mythe”, begint Evert van de Poll. “De kerk was er wel stevig gevestigd: je werd er in geboren en je was er lid van, maar dat wilde nog niet zeggen dat er een persoonlijke geloofsovertuiging was. Het was gewoon de jas die iedereen aanhad. Nu is dat heel anders en zijn er wellicht nu meer christenen dan op een vroeger moment.”
In veel culturen is het ondenkbaar dat je nergens in gelooft, maar in Europa lijkt het vaak vanzelfsprekend. In andere landen kun je bij evangelisatie inhaken op het religieuze wereldbeeld, hier lukt dat vaak niet meer: Van de Poll: “Toch is het daarmee nog niet gemakkelijker om het evangelie te brengen, want er zijn veel andere overtuigingen en mensen vermengen het geloof in Christus heel gemakkelijk met andere religieuze praktijken. In Europa heb je te maken met veel mensen voor wie God niet ter zake doet. Die begrijpen dus ook niet waarom het evangelie voor hen zo belangrijk is.”
Evangelisatie
Als missioloog bestudeert de oorspronkelijk uit Nederland afkomstige Van de Poll de tendensen op het vlak van evangelisatie, maar hij wil niet alleen een theoreticus zijn. Daarom is hij naast zijn functie aan de ETF ook betrokken bij gemeenteopbouw en evangelisatiewerk in Zuid-Frankrijk. “De universiteit is dienstverlenend en doet wetenschappelijk onderzoek, maar dat moet ten dienste van de samenleving en de kerk staan. Je moet dus ook met één been in de praktijk blijven staan om te weten wat daar speelt. Een echte academicus wil weten wat er op het terrein gebeurt.”
Van de Poll stelt vast dat er zowel in theorie als praktijk verschillende benaderingswijzen mogelijk zijn. Als je vertrekt vanuit de secularisatie en de vaststelling dat het christendom steeds minder dominant is geworden, dan moet je aan de toehoorders duidelijk maken dat God nog wel degelijk relevant is voor de wereld van vandaag – ook al heeft een mens weinig of geen problemen en denkt hij Hem niet nodig te hebben. Ga je uit van het postmodernisme, dan moet je je focussen op de (absolute) waarheid. Immers, de discussie of er een God is, is voor de postmoderne mens van minder belang: ieder beslist voor zichzelf. Wie in deze context de blijde boodschap aan de man wil brengen, moet aantonen dat er wel degelijk een algemene, absolute waarheid bestaat.
Tegenstellingen
Evert van de Poll ziet grote tegenstellingen in Europa: “Zonder de impact van de Bijbel en de invloed van de kerk zou Europa nooit kunnen zijn wat het nu is. Tegelijk hebben hier veel mensen het christelijk geloof vaarwel gezegd. In de evangelisatie kun je wijzen op het rijke christelijke erfgoed. Tegenwoordig wordt er veel gesproken over de identiteit van onze maatschappij en heeft men het over de algemeen aanvaarde waarden. Echter, de meeste daarvan zijn toch gebaseerd op de Bijbel en het is interessant om de mensen daar op te wijzen.”
Is het eigenlijk wel nodig om veel ingewikkelde discussies rond het geloof te voeren? Kun je niet beter gewoon het goede voorbeeld aan je naaste tonen? “Ja, maar dan nog: de boodschap die er achter zit, die jou motiveert, hoe kun je die bekend maken aan iemand voor wie God niet relevant is en die daar allemaal geen behoefte aan heeft? Die zal denken dat je een goed mens bent en je heel aardig vinden, maar hij snapt waarschijnlijk niet waarom je zo bent. Je kunt dus wel zeggen: je moet christen zijn voor je naaste, maar daarmee weet die naaste nog niet wat christen-zijn is.”
Het verkondigen van het evangelie is – ondanks het christelijk verleden van Europa – niet gemakkelijk. Een methode die altijd en overal werkt, is er niet. Tegelijk blijft de opdracht om het goede nieuws aan iedereen te brengen nog altijd gelden. Die taak is moeilijk maar niet onmogelijk, en je hoeft er ook geen academicus voor te zijn. Er is ook geen reden om pessimistisch te zijn: nog altijd komen er mensen tot Christus en zijn er nog kerken die groeien. Van het persoonlijke getuigenis gaat een grote kracht uit.