Orgaandonatie, een moeilijke keus

0
290
Wie ernstige ziekte van dichtbij meemaakt en besef heeft dat het ontvangen van bepaalde organen tot verbetering van levenskwaliteit of mogelijk zelfs tot levensredding voert, zal wellicht snel geneigd zijn tot het doneren dan wel accepteren van bepaalde organen van medemensen. Situaties kunnen zeer schrijnend zijn en dan hebben we veel begrip voor inzet van alle middelen om het onmenselijke proces van afbraak te keren.

Veel mensen hebben zich gemeld en zijn bereid hun organen na overlijden vrijwillig af te staan. De vrijwilligheid is door de wet van Pia Dijkstra omgekeerd. Onze organen kunnen nu uitgenomen worden, tenzij we voor 2020 hebben aangegeven dat niet te willen. Er is best wel sympathie op te brengen voor zo’n uitgangspunt, ons leven en onze levenskwaliteit is waardevol, toch wil ik wat kanttekeningen plaatsen.

Door Henk Schouten

Levende donoren
Dikwijls kan het leven van iemand gered worden, b.v. door het ontvangen van een nier van iemand anders. Ik weet van twee echtparen, waarvan de nier van respectievelijk de vrouw het leven van de man gered heeft en omgekeerd. In deze zin denk ik dat we ook naar bloedtransfusie mogen kijken, bloed immers is in principe ook een orgaan en bij leven gedoneerd wordt. Wie zou in een zorgvolle situatie voor een geliefde, een kind of familielid niet bereid zijn tot een dergelijk offer?

Overleden donoren
Hier betreden we een ander terrein en ik vraag me af of we daar niet dikwijls te lichtvaardig over denken. Allereerst de vraag: wanneer ben je overleden? Dat was vroeger tamelijk eenvoudig, wanneer het hart stopte was het leven beëindigd. Onze moderne medische kennis is in staat om het hart door te laten functioneren, terwijl dat zonder de medische techniek niet het geval zou zijn. Ben je dan overleden of leef je nog?

Het in standhouden van de bloedcirculatie is noodzakelijk voor het vitaal houden van te transporteren/uit te nemen organen. Er werd een nieuw doodscriterium gekozen: ‘hersendood’. Bij een hersendode wordt gesproken van een ‘beademd stoffelijk overschot’. Feitelijk leef je nog, je temperatuur blijft op peil, wonden genezen nog en de media hebben ons geleerd dat zelfs na enkele maanden een baby geboren werd, terwijl moeder ‘hersendood’ was. Ook zijn ons de berichten bekend dat ‘hersendode’ patiënten ontwaakten en nu normaal functioneren.

De uitneem-operatie
Wanneer ik het volgende beschrijf besef ik dat ons onderwerp teer en gevoelig is. De uitneem operatie gebeurt zonder anesthesie, dat is zonder verdoving. Wanneer iemand echt is overleden, het hart is gestopt, dan lijkt dat voor de hand liggend. Ik herinner me van professor Bob Smalhout, anesthesist, dat hij in geval van hersendood daar tegenstander van was en zelfs nog enkele dagen nadat het hart was gestopt nog narcose voorschreef bij een dergelijke ingreep. Het leven is meer dan het lichamelijk functioneren. Zou het kunnen zijn dat iemand wel pijn voelt maar dat niet meer kan uiten? Hersendode patiënten worden tijdens de uitneem operatie vastgebonden, dat is om reflexen te voorkomen. Waardoor worden die reflexen veroorzaakt en waarom juist tijdens de uitneem operatie en niet bij anesthesie? Zou het kunnen zijn dat de hersendode hevige pijn voelt en afscherm-bewegingen maakt. Ieder zal deze dingen moeten overwegen wanneer hij of zij besluit tot bereidheid tot doneren of juist niet.

Bijbel
De medische kennis was in Bijbelse tijd niet tot orgaandonatie in staat, daarom kunnen we lastig uit de Bijbel een klaar antwoord destilleren. Paulus schrijft aan de Galaten (4:15) over hun bereidheid om zo mogelijk hun ogen voor hem uit te rukken. Hier gaat het m.i. om de instelling en toewijding van de Galaten en kun je niet direct zeggen dat Bijbel positief spreekt over transplantatie. Als het mogelijk was zouden ze dat gedaan hebben, maar ieder wist: dat is niet mogelijk. De Heere Jezus heeft daadwerkelijk Zijn lichaam voor ons gegeven, zonder verdoving was Hij tot het laatst volkomen helder en toegewijd. Toch kunnen we ook hier moeilijk een transplantatie in lezen. Zijn bloed bracht verzoening en reinigt van alle zonden en dit is moeilijk te vergelijken met een stamcel- of beenmergtransplantatie.

Een andere invalshoek vinden we in Prediker. Op magnifieke wijze beschrijft de Prediker het proces van ouder worden in het 12e hoofdstuk, daar schrijft hij van het zilveren koord en de gouden oliebeker. Volgens veel uitleggers moet gedacht worden aan de wervelkolom en het hersenvlies of de schedel. Juist in dat verband wordt de hersendood nog meer een discutabele.

Doordenking
Wanneer we bovenstaand lezen, daarbij beseffend dat dit natuurlijk allemaal summier moet zijn vanwege de beschikbare ruimte, moeten we pleiten voor diepere doordenking, los van emoties, die begrijpelijkerwijs heftig kunnen meespreken, zowel voor de donor als de ontvanger en hun dierbaren. Juist die emoties leren ons hoe kostbaar het aan ons gegeven leven is en mag ik het schrijven? Het leven is zo kostbaar dat God Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een ieder die in Hem gelooft niet verloren ga maar eeuwig leven heeft. Dat vergaat nimmermeer.