‘Genezing nu niet vanzelfsprekend’

0
187
Dat God bij allerlei rampen in de wereld niet ingrijpt, komt doordat Hij nu in het verborgene werkt. Directeur Ton Stier van Israël en de Bijbel, een stichting die Bijbels onder Joden verspreidt, schrijft dat in een studie in het blad van de organisatie, IB Magazine. Wie het Evangelie predikt kan volgens hem refereren aan de eerste belofte van Petrus’ oproep (‘kom tot inkeer en bekeer u, opdat uw zonden uitgewist worden’), maar niet aan de tweede, die op ‘tijden van verkwikking’ naar de wederkomst van Christus’ wijst.

Door Johan Bos

Tot het zover is zijn Gods werken zowel in het persoonlijke leven van gelovigen als in deze wereld grotendeels verborgen, zegt Stier. “En aangezien Gods werk nu nog verborgen is ‘onder de zon’ luidt het devies: ‘zoek dan de dingen die boven zijn, waar Christus is, Die aan de rechterhand van God zit. Bedenk de dingen die boven zijn en niet die op de aarde zijn’(Kol.3:1,2).”

Gevallen schepping
Hij haalt ook een beetje een streep door de rekening van degenen die denken dat God nu zichtbaar werkt door onder meer genezingen. “Als we menen dat God rechtstreeks zou moeten ingrijpen door bijvoorbeeld genezing, of bewaring voor moeite of verdriet, langs welk beginsel van oorzaak en gevolg zou Hij dan moeten handelen? Zouden dan alleen gelovigen van moeiten en ziekten moeten worden vrijgesteld, terwijl anderen gebukt gaan onder de gebrokenheid van deze gevallen schepping? Dan zou satan inderdaad het gelijk aan zijn kant hebben, toen hij over Job tegen de Heere zei: ‘Is het zonder reden dat Job God vreest? Hebt U niet voor hem en voor zijn huis en alles wat hij heeft, een beschutting gemaakt? Het werk van zijn handen hebt u gezegend en zijn vee breidt zich steeds verder uit in het land. Maar steek toch Uw hand uit en tref alles wat hij heeft. Voorwaar hij zal U in Uw aangezicht vaarwel zeggen.’”

Stier: “Gelukkig mogen wij weten dat dat ‘het lijden van de tegenwoordige tijd niet opweegt tegen de heerlijkheid die ons die aan ons geopenbaard zal worden’ (Rom.8:18). En daarom ambiëren wij geen eeuwig leven in ons vernederd lichaam op deze vergankelijke aarde.”

Komend Rijk
Hij wijst er op dat, hoewel predikers van de genezingsboodschap het daar eigenlijk nooit over hebben, de wonderen die de Heer ooit deed verwezen naar Zijn komende rijk. Ook de discipelen deden nog wonderen van genezing en bevrijding in Gods kracht. “Na verloop van tijd vond een omslag plaats. Petrus mag dan tot twee keer toe op wonderlijke wijze uit de gevangenis zijn verlost, de Heere had ook gezegd: ‘als u oud geworden bent, zult u uw handen uitstreken en een ander zal u omgorden en u brengen waar u niet heen wil’. Met als verklaring: ‘En dit zei Hij om aan te duiden met wat voor dood hij God verheerlijken zou.’ Waren Paulus ’zweetdoeken toereikend om zieken te genezen, later moest hij Trofinus in Milete ziek achterlaten en adviseert hij Timotheus ‘een kleine hoeveelheid wijn te drinken voor uw maag en uw veelvuldige kwalen’.”

De Heer genas nog wel soms, maar niet meer als krachten van de komende eeuw die trendmatig plaatsvonden, schrijft Stier. Hij wijst ook op de onrust in de gemeente over Epafroditus, die overigens wel werd genezen, maar ook Paulus bezorgd maakte. ‘God heeft zich over hem ontfermd en niet alleen over hem, maar ook over mij, opdat ik niet droefheid op droefheid zou hebben’, schreef die.

Stier: “Had Paulus hem dan niet met een zweetdoek of gordeldoek kunnen genezen? Nee, want ook Paulus hield rekening met de mogelijkheid van zijn sterven. Heeft God dat Epafroditus niet genezen? Ja zeker, maar niet als vanzelfsprekendheid.”