Prediking aangetast door humanisme

0
167
De prediking van het Evangelie wordt steeds meer aangetast door het humanisme. Dat schrijft Oscar Lohuis in Het Zoeklicht. Volgens hem staat God steeds meer in dienst van de mens, in plaats van het omgekeerde. Dat past helemaal bij de trend in de samenleving, maar de vraag blijft of men Jezus uitnodigt in de auto te stappen (omdat het wel handig is) of dat Hij achter het stuur mag zitten.

Er lijkt, signaleert Lohuis, een prediking en geloofsbeleving te ontstaan waarin wordt benadrukt hoeveel God van de mens houdt, die waardeert, erkent en van waarde acht. Helemaal onwaar is dat niet, maar er ontbreekt iets veel belangrijkers in. Luisterend naar een tv-evangelist, die overigens veel opbouwends vertelde, maar op een gegeven moment zei: Jij bent goed. Toen haakte Lohuis af. “Jezus zei: Niemand is goed, behalve God. Dat lijkt me meer realistisch als we kijken naar de geschiedenis van de mensheid. Op deze manier doet het humanisme zijn intrede in de prediking in kerken en gemeenten. Het draait dan allemaal om onze eerbaarheid, hoe waardevol wij zijn en dat God ons zoveel wil geven. Je bent wel gek als je dat allemaal zou afslaan. Kijk nou toch eens wat er ook voor jou allemaal voor het grijpen ligt. De boodschap van zonde en genade, met daarbij een oproep tot bekering, klinkt dan niet meer. Het is alleen maar de boodschap dat God van je houdt en jou geweldig vindt. Ik ben OK, jij bent OK. Opnieuw horen we om ons heen over een hype op het gebied van gebedsgenezing. De gaven van de Heilige Geest staan in dat soort bewegingen op de voorgrond. Er is meer, zeggen ze dan, ja, maar wat is dan de grondtoon? Om wie draait het allemaal?”

God heeft wel het geluk van de mens op het oog, maar alleen door Hem te gaan liefhebben boven al het andere zal die het echte geluk leren kennen. Geluk, zegt Lohuis, is niet het hoofddoel van alles, maar een bijproduct van het aansluiten bij het enige hoofddoel dat God met Zijn schepping heeft. “Het hoofddoel van alle dingen is dat Hij verheerlijkt wordt. Dat we zicht krijgen op Zijn heerlijkheid en dat Zijn glorie openbaar wordt, voor ons en door ons heen. Hijzelf is het doel van ons leven.”

Zolang gelovigen hem blijven gebruiken voor hun eigen paradijs op aarde, hangt geluk af van hoezeer men er hier een paradijsje van kan maken, zegt Lohuis. “Ook met hulp van God worden niet alle problemen opgelost. Ook gelovigen krijgen te maken met ziekte, verlies van dierbaren, financiële noden, onrecht en andere teleurstellingen. We zijn sterfelijk en leven nog in een heel onvolmaakte wereld. Wat blijft er dan over van ons geluk als dat van die dingen afhangt.” Tegenover het humanisme en de tijdgeest waarin de mens centraal staat, moeten gelovigen zich radicaal op God richten, schrijft Lohuis.