De lijdensweek – deel 4 van 7

0
334
Woensdag – Een donkere dag – De laatste dag van Jezus’ openbare optreden.

Lezen: Matthéüs 23:1-39

Vers voor vandaag: “Wie de grootste onder u is, zal uw dienaar zijn.” (Matthéüs 23:11)

Woensdag – Een donkere dag
De laatste dag van Jezus’ openbare optreden.
Toen Jezus ’s morgens in de tempel kwam pakte Hij de draad van de vorige dag onmiddellijk weer op. Ten aanhoren van iedereen sprak Hij een achtvoudig ‘wee u’ uit over de geestelijke leiders.

Wee u – Jullie sluiten het Koninkrijk toe voor mensen. Jullie zijn anti-evangelisten (23:13).
Wee uJullie bevoordelen jezelf ten koste van arme mensen (23:14).
Wee uJullie zijn helemaal niet actief in jullie verkondiging. En als jullie dan een bekeerling vinden, verpesten jullie hem helemaal zodat hij nog erger wordt dan jullie zijn (23:15).
Wee uJullie zijn blind en proberen anderen de weg te wijzen (23:16).
Wee u Jullie zijn goed in uiterlijk vertoon, maar jullie vergeten het belangrijkste: het oordeel, de barmhartigheid en de trouw (23:23).
Wee uJullie daden lijken mooi, maar zijn bedorven (23:25).
Wee uNiet alleen zijn jullie werken rot van binnen, jullie zelf zijn levend dood (23:27).
Wee uJullie denken dat jullie goed leven, maar jullie kunnen het oordeel niet ontlopen (23:29).

Ongelooflijk krasse, harde en vlammende woorden in het ‘hol van de leeuw’. Keiharde woorden, gericht tot de geestelijke leiders die trots waren op hun kennis en hun inzicht, maar de Messias niet herkenden. Met deze frontale, openlijke aanval op de geestelijke leiders tekende Jezus Zijn doodvonnis.

Jezus eindigt Zijn toespraak vol verdriet over Jeruzalem en het volk van Israël. Hij spreekt geladen, dramatische woorden over datgene wat de stad en het volk te wachten staat: “Jeruzalem, Jeruzalem, dat de profeten doodt, en stenigt, wie tot u gezonden zijn, hoe dikwijls heb Ik uw kinderen willen vergaderen, gelijk een hen haar kuikens onder haar vleugels vergadert, en gij hebt niet gewild. Zie, uw huis wordt aan u overgelaten. Want Ik zeg u, gij zult Mij van nu aan niet meer zien, totdat gij zegt: Gezegend Hij, die komt in de naam des Heren.” (Matthéüs 23:37-39) Dat waren de laatste publieke woorden van Jezus. “Het licht schijnt in de duisternis en de duisternis heeft het niet gegrepen. Hij was in de wereld, en de wereld is door Hem geworden, en de wereld heeft Hem niet gekend. Hij kwam tot het zijne, en de zijnen hebben Hem niet aangenomen.” (Johannes 1:5,10,11)

Toen Jezus met Zijn discipelen de tempel verliet waren zij zo onder de indruk van Zijn vernietigende woorden over de geestelijke leiders en Zijn dramatische woorden over het volk van Israël, dat zij in verlegenheid wezen op de prachtige gebouwen van de tempel. Jezus maakte hen duidelijk dat de tempel verwoest zou worden. Dat gebeurde ook zo’n veertig jaar later, toen Jeruzalem in een bloedige oorlog met de latere keizer Titus met de grond gelijkgemaakt werd. De tempel werd verwoest; de tempelschatten werden meegenomen naar Rome; het volk van Israël werd over de hele wereld verstrooid. Het was het begin van de Diaspora.

Op de Olijfberg aangekomen vertelt Jezus aan Zijn discipelen over de toekomst. Hij vertelt over vernietiging en groot lijden. Hij belooft Zijn wederkomst; met macht en majesteit.
Daarover in een andere Manna-studie meer.

Toepassing: Het thema van de toespraak van Jezus over de geestelijke leiders is huichelarij. Met andere woorden, zij deden zich (veel) beter voor dan ze waren. Hoe zit dat met ons?

Gebed: Heer, ik wil geen vroom masker dragen, maar oprecht Uw liefde uitstralen. Amen.

© Maximum Life