Lezen: Richteren 7:1-25
Vers voor vandaag: “De tijd zou mij ontbreken, als ik ging verhalen van Gideon, Barak, Simson, Jefta, David en Samuël en de profeten, die door het geloof koninkrijken onderworpen, gerechtigheid geoefend, de vervulling der belofte verkregen hebben, muilen van leeuwen dichtgesnoerd, de kracht van het vuur gedoofd hebben.” (Hebreeën 11:32-34a)
God gaf Gideon de opdracht om de Midianieten aan te vallen: “Ga heen in deze uw kracht en verlos Israël uit de greep van Midian.” (Richteren 6:14b) Maar Gideon zag dat helemaal niet zitten. Hij had leren tellen. Hij wist dat de Midianieten driehonderdduizend strijders hadden, terwijl Gideon niet meer dan tweeëndertigduizend mannen bij elkaar zou kunnen ronselen. Hij deed dan ook z’n uiterste best om onder deze opdracht uit te komen. God moest hem overtuigen met een paar ‘trucjes’ en eindelijk was Gideon bereid om te gaan. Hij ging met angst in zijn benen. En neem het de man maar eens kwalijk. Wat zouden wij hebben gedaan?
Toen Gideon met zijn legertje op het slagveld aankwam en het grote leger van de vijand zag wilde hij direct zijn biezen pakken. Maar, de Heer zei tegen hem: “Gideon, jij hebt teveel soldaten.” “Wat bedoelt U? Zij hebben er zeker tien keer zoveel als wij. Wilt U alstublieft nog eens tellen?” “Nee Gideon: Er is teveel krijgsvolk bij u dan dat Ik Midian in hun macht zou geven; anders zou Israël zich tegen Mij kunnen beroemen, zeggende: mijn eigen hand heeft mij verlost.” (Richteren 7:2) En zo werd het toch al te kleine leger van Gideon ook nog gereduceerd tot tienduizend soldaten. Later bleven er maar driehonderd over door een selectieproces dat helemaal niets te maken heeft met de manier waarop je normaal gesproken soldaten selecteert. Gideon hield driehonderd mannen over. Niet noodzakelijkerwijs de beste soldaten, maar diegenen die water konden drinken als een hond. Dat helpt niet veel als je een oorlog moet voeren.
Wat ik zo mooi vind is dat Gideon, vlak voordat hij met die driehonderd mannen dat grote en fantastische leger van de Midianieten aanviel, zei: “Staat op, want de Here heeft de legerplaats van Midian in uw macht gegeven.” (Richteren 7:15b) Denkt u daar eens over na. Toen Gideon tweeëndertigduizend soldaten tot zijn beschikking had deed hij het in zijn broek van angst. Hij wilde maar één ding: zo snel mogelijk weg wezen. Maar, toen hij nog maar driehonderd mannen over had gaf hij blijk van een groot en diep vertrouwen in God. Waarom? Omdat hij wist dat God een groot wonder zou moeten doen om met dit handjevol mensen een groot en machtig leger te kunnen overwinnen. Met zijn eigen leger van meer dan dertigduizend soldaten had hij zelf nog iets kunnen beginnen, maar met driehonderd man kon hij niets meer. Hij moest wel op God vertrouwen.
Daarom zijn grote problemen vaak beter voor ons dan kleine problemen. Bij kleine problemen denken wij gemakkelijk dat wij het zelf aankunnen. Vaak vergeten wij zelfs God om hulp te vragen. Wij doen het in eigen kracht. Maar met grote problemen is dat heel anders. Dan weten wij God wel te vinden. Als wij geen keuze meer hebben, dan willen wij God wel vertrouwen.
God gaf op een wonderlijke manier een grote overwinning aan Gideon en zijn kleine legertje. Boven het hoofdstuk staat: Gideon jaagt de vijand uit het land. Dat klinkt haast als een mop. Gideon had helemaal niets gedaan. Behalve dan dat hij – door de nood gedwongen – God vertrouwde voor het onmogelijke. God deed iets wat Gideon nooit had kunnen doen. Zelfs met tweeëndertigduizend soldaten niet. Hij gaf de overwinning.
Toepassing: Hoe groter onze problemen, hoe eerder wij geneigd zullen zijn God te vertrouwen. Kunt u uit uw leven voorbeelden geven van dit principe?
Gebed: Hemelse Vader, dank U dat ik U in grote en kleine problemen mag vertrouwen. Amen.
© Maximum Life