Lezen: Johannes 11:1-44
Vers voor vandaag: “Ik ben de opstanding en het leven; wie in Mij gelooft zal leven, ook al is hij gestorven.” (Johannes 11:25)
De opwekking van Lazarus
Het tweede bijbelgedeelte, waarin wij Maria en Martha tegenkomen, is de opwekking van Lazarus. We hebben al gezien dat de beide zusters heel verschillend waren. Martha was de harde werkster, de activiste, de praktische vrouw. Maria was heel anders; misschien niet zo praktisch en niet zo actief. Dat wil niet zeggen dat zij lui was, maar zij had andere prioriteiten in haar leven. Zij liet haar hart spreken. Het mooie is nu, dat Jezus beide vrouwen liefhad. Ze waren heel verschillend, maar Jezus hield van hen beiden (Johannes 11:5).
Na een paar dagen kwam Jezus eindelijk in Bethanië aan. Lazarus was toen al enkele dagen dood. Wat gebeurde? “Toen nu Martha hoorde, dat Jezus kwam, ging zij Hem tegemoet.” (vers 20a) Natuurlijk, Martha nam het initiatief. Zij kwam in actie. En Maria, die ongetwijfeld net zo had uitgekeken naar de komst van Jezus, bleef thuis (vers 20b). Het verschil in karakter van deze twee vrouwen is zo goed af te lezen uit hun daden.
Martha ging een gesprek, een discussie aan met Jezus (vers 21-27). Ik kan mij niet onttrekken aan de gedachte dat er verwijt doorklinkt in de woorden van Martha. “Waarom bent u niet eerder gekomen? Ik geloof dat U Lazarus had kunnen genezen. Had U niet wat meer haast kunnen maken?” De pijn over het verlies van haar geliefde broer uitte zich in verdekte verwijten aan het adres van Jezus. Maar onmiddellijk daarna haastte zij zich om haar woorden weer recht te zetten. Zij betuigde haar geloof in Jezus als de komende Messias.
Hoe anders verliep de ontmoeting tussen Jezus en Maria (vers 32-33). Maria begroette Jezus met precies dezelfde woorden als Martha. Waarschijnlijk hadden de twee zusters die gedachte de afgelopen dagen vaak met elkaar gedeeld. Toch klonken de woorden van Maria heel anders. Ze viel neer voor de voeten van Jezus. Er volgde geen discussie. Er klonk geen verwijt in haar stem. Er was alleen verdriet.
En hoe reageerde Jezus op de ontmoeting met Maria? Heel anders dan op de ontmoeting met Martha. Het contact met Martha was rationeel, praktisch, verstandelijk. Het contact met Maria was dieper, emotioneler. De taal van het hart werd gesproken.
“Toen Jezus haar dan zag wenen en ook de Joden, die met haar medegekomen waren, zag wenen, werd Hij verbolgen in de geest en diep ontroerd, en Hij zeide: Waar hebt gij hem gelegd? Zij zeiden tot Hem: Here, kom en zie. Jezus weende.” (Johannes 11:33-35) Jezus weende. Dat is het kortste vers in de Bijbel.
Twee zusters, die beiden Jezus van harte liefhadden en die precies hetzelfde verdriet deelden, gingen naar Jezus toe en begroetten Jezus met precies dezelfde woorden, maar de respons van Jezus was totaal verschillend. Met Martha ging Hij een gesprek aan. Hij probeerde haar te onderwijzen. Tegen Maria zei Hij helemaal niets. Hij deelde eenvoudigweg in haar verdriet. Hij huilde met haar. Maar, Jezus had beide vrouwen lief, zowel de harde werkster, de activiste, de praktische, als ook de vrome, emotionele, liefde-gevende Maria.
Toepassing: Probeer vandaag eens heel bewust een Maria te zijn. Vul zelf in wat dat voor u betekent. Leg de nadruk op wie u bent in uw relatie tot God en niet op wat u doet.
Gebed: Heer, ik wil helemaal open en eerlijk zijn met U. Amen.
© Maximum Life