Pastorale adviezen – deel 2 van 8

0
200
Goede rentmeesters zijn!

Lezen: Matthéüs 7:7-12

Vers voor vandaag: “Wat gij van mij gehoord hebt onder vele getuigen, vertrouw dat toe aan vertrouwde mensen, die bekwaam zullen zijn om ook anderen te onderrichten.” (2 Timótheüs 2:2)

We zijn bezig met een studie over de pastorale adviezen van Paulus aan zijn discipel Timótheüs.

2. Bid voor anderen
“Ik vermaan u dan allereerst smekingen, gebeden, voorbeden en dankzeggingen te doen voor alle mensen, voor koningen en alle hooggeplaatsten, opdat wij een stil en rustig leven mogen leiden in alle godsvrucht en waardigheid. Dit is goed en aangenaam voor God, onze Heiland, die wil, dat alle mensen behouden worden en tot erkentenis der waarheid komen.” (1 Timótheüs 2:1,2)

Volgens zijn eigen woorden bad Paulus dagelijks voor Timótheüs (2 Timótheüs 1:3). Ook weten wij dat hij regelmatig bad voor de gemeenten en voor veel christenen persoonlijk. Paulus moet heel wat tijd in gebed hebben doorgebracht.

In bovenstaande verzen moedigt hij zijn discipel aan hetzelfde te doen. Hij schrijft aan Timótheüs: “allereerst”, dat wil zeggen voordat je iets anders doet moet je bidden, smeken en danken voor alle mensen, de leiders en de ongelovigen.
Dat is immers Gods wil.
Het is goed en aangenaam voor Hem.

Dan dringt zich natuurlijk de vraag op: Hoe zit dat met ons? Als bidden zó belangrijk was voor de apostel Paulus en als hij het nodig vond om Timótheüs met zóveel nadruk op het hart te binden om tijd te nemen om te bidden, zouden wij dan daaruit niet de conclusie moeten trekken om zelf meer te bidden? Als we echt geloven wat de Bijbel heeft te zeggen over gebed, dan weten wij dat gebed bergen kan verzetten. Ook in ons leven en in het leven van diegenen die ons dierbaar zijn.

3. Wees een goed rentmeester
“Bewaar … het goede, dat u is toevertrouwd.” (2 Timótheüs 1:14)
“Blijf gij echter bij wat u geleerd en toevertrouwd is.” (2 Timótheüs 3:14)

Als wij geld op een bank zetten heeft de bankier de plicht om na verloop van tijd dat geld met rente terug te betalen. De boodschap van Paulus aan Timótheüs volgt eenzelfde gedachtegang. Hij zegt tegen hem: God heeft als het ware geld belegd op jouw ‘bank’ door jou allerlei gaven, talenten en mogelijkheden te geven. Hij verwacht van jou dat je dat alles ‘bewaart’ en dat je er iets mee doet, zodat Zijn investering in jou rente zal opbrengen voor Hem.

Wees een goed rentmeester. Gebruik de kennis, inzichten talenten en geestelijke gaven die God jou gegeven heeft. Verdedig het geloof. Word niet zo tolerant dat daardoor het Evangelie wordt afgezwakt. Doe geen water bij de wijn. Onderwijs anderen. Vertrouw hun toe wat je van mij gehoord hebt, zodat zij het op hun beurt weer kunnen doorgeven aan anderen, die het weer kunnen doorgeven aan anderen.
Dat is geestelijke vermenigvuldiging en dat is rentmeesterschap.

Toepassing: Hebt u een gebedslijstje? Probeer eens op die manier uw gebedsleven te stimuleren. Schrijf op waar u regelmatig voor wilt bidden en neem iedere dag tijd om dat ook te doen.

Gebed: Heer, help mij om een goed rentmeester te zijn van alles wat U mij hebt toevertrouwd.

© Maximum Life