‘Plotseling riep de stewardess via de luidsprekers om: “Passagiers voor vlucht 816 naar Palestina worden verzocht naar uitgang C3 te gaan”. En ze deed deze oproep tweemaal,’ aldus een van de Israëli’s. ‘Ik kon mijn oren niet geloven. Ik vroeg verschillende mensen of ik de oproep goed had verstaan. Ikzelf en nog een andere Israëli gingen naar de balie en eisten dat ze de vlucht aankondigen als naar Israël, en niet naar Palestina.’
De dienstdoende stewardess benadrukte, dat de vlucht naar Tel Aviv zou gaan, en niet naar Israël. De passagier zei verder: ‘Ik zei tegen haar dat het ook geen vlucht naar Palestina was, en ik stond erop dat de aankondiging gecorrigeerd zou worden, anders zouden we niet instappen voor een vlucht naar “Palestina”.’ Na een verhit gesprek met collega’s kondigde de manager uiteindelijk de vlucht naar Tel Aviv aan, en bood de Israëli’s excuses aan.
Emmanuel Nachshon, de woordvoerder van het Israëlische Ministerie van Buitenlandse Zaken, noemde het incident ‘zeer storend’. Hij beloofde de zaak onder de aandacht te brengen van de Servische autoriteiten en van Air Serbia, en zei: ‘Het is ondenkbaar dat een medewerker van een luchthaven die een microfoon in handen heeft, op zo’n tartende en bedrieglijke manier kan proberen de werkelijkheid te veranderen.’
De Israëlische ambassadeur in Servië, Alona Fisher-Kamm, nam later contact op met de president-directeur van Air Serbia, die naar verluidt geschokt en verbijsterd was over het incident. ‘Dit politieke standpunt geeft niet het standpunt van het bedrijf weer,’ benadrukte hij, en hij bood uitgebreid excuses aan Fisher-Kamm aan.
De dag erna bleek uit een onderzoek door Air Serbia, dat het een medewerkster van de luchthaven was, en dus niet van de luchtvaartmaatschappij, die de beledigende aankondiging had gedaan. Air Serbia heeft geëist dat de luchthavenautoriteiten in Belgrado de medewerkster disciplinair straffen voor het schaden van de reputatie van de luchtvaartmaatschappij.
