Door: Chaim Singerman
Enquête
009- Israël moet een Palestijnse Staat toestaan.
010-De Palestijnen moeten de Staat Israël erkennen.
Een belangrijke bewering van deze beweging is, dat Israël een apartheidsstaat zou zijn. Velen steunen die beweging te snel en herhalen deze slogan hartstochtelijk, zoals de 55 universiteiten rond de wereld die jaarlijks een Israël Apartheidsweek houden, zonder even stil te staan om na te denken over wat ze echt zeggen.
Ik woon met mijn gezin in Israël, en ik wil daarom enkele gedachten met u delen, gebaseerd op mijn ervaringen bij het wonen in dit land, en mijn gesprekken met mijn moslimburen, schrijft Chaim Singerman, die met zijn familie eigenaar en exploitant is van de Jerusalem Hills Inn, gelegen in het pittoreske dorpje Abu Ghosh bij Jeruzalem.
Wat is Apartheid?
Het was een systeem van rassenscheiding in Zuid-Afrika, van 1948 tot 1994, waarin de blanke minderheid regeerde, en de zwarte mensen uiteindelijk hun Zuid-Afrikaanse nationaliteit werd geweigerd. Gedurende deze tijd werden 3,5 miljoen niet-blanke Zuid-Afrikanen met geweld verhuisd en in gescheiden gemeenschappen geplaatst. Ze hadden geen stem in de regering. Alle onderwijs, medische zorg, de stranden en openbare diensten waren gescheiden.
Kent Israël Apartheid?
Het antwoord is duidelijk: nee. Wie ben ik om dit te zeggen? Nou, ik ben Joods, en heb een Joods gezin, wonend in Israël sinds 2008. We wonen in een moslimdorpje genaamd Abu Ghosh. Het is een zeer uniek moslimdorp, doordat de mensen van dit dorp de VN-resolutie 181 op Partion Night, 29 november 1947, aanvaardden. Hierin werd besloten dat het Joodse volk recht had op een thuisland in het historische land van Israël – het enige thuisland dat het Joodse volk ooit heeft gehad, wat teruggaat tot de tijd van Jozua in de Bijbel, ongeveer 1400 v.C.
Zoals ik al zei, de mensen van Abu Ghosh accepteerden dit besluit en verwelkomden de terugkeer van het Joodse volk in het land. Echter, in strijd met de VN-beslissing, verwierpen de overige islamitische dorpen in het land Israël, evenals de omringende islamitische landen, deze beslissing, en vielen aan, in een poging het Joodse volk te vernietigen.
In een Apartheidsstaat hebben de minderheden geen burgerrechten en mogen niet stemmen.
De moslims in mijn dorp hebben volwaardig burgerschap in Israël. Ze kunnen stemmen en doen dit ook. Als Israëlische burgers hebben ze allemaal dezelfde rechten die ook mijn gezin heeft.
In een Apartheidsstaat zijn de minderheden niet vertegenwoordigd in de regering.
Israëlische Arabieren zijn vertegenwoordigd in elke regering in de moderne Staat Israël, vanaf de eerste Knesset in 1949, tot nu toe. Er zijn momenteel 17 Arabische leden in de Knesset.
In een Apartheidsstaat zijn minderheden gedwongen verplaatst en in aparte wijken geplaatst.
De moslims van Aboe Ghosh wonen in hetzelfde dorp waar ze eeuwenlang hebben geleefd, en ze hebben de vrijheid om overal in Israël te reizen en te wonen.
In een Apartheidsstaat zijn onderwijs, gezondheidszorg, stranden, en openbare diensten gescheiden.
In Israël hebben de Arabische Israëli’s toegang tot openbaar onderwijs, gezondheidszorg, en alle openbare diensten. Op elk strand en in elk park ziet u moslimfamilies naast Joodse families, en allen maken gebruik van dezelfde openbare voorzieningen.
Het volgende is een citaat van Benjamin Pogrund, een journalist die 26 jaar lang de apartheid in Zuid-Afrika van dichtbij heeft meegemaakt:
‘Ik woon nu 17 jaar in Israël, en doe wat ik kan om de dialoog over de scheidslijnen van verdeeldheid heen te promoten. Zoals ik met beide samenlevingen bekend ben, komt denk ik niet veel voor. Ik weet hoe Israël vandaag is – en ik ken de apartheid van dichtbij. En eenvoudig gezegd, je kunt Israël en de apartheid niet met elkaar vergelijken.’
‘De Arabieren van Israël zijn volwaardige burgers. Cruciaal is dat ze stemrecht hebben en dat er Israëlisch-Arabische parlementsleden in het parlement zitten. Een Arabische rechter is lid van de hoogste rechtbank van het land, een Arabier is hoofdchirurg in een toonaangevend ziekenhuis, een Arabier is bevelhebber van een brigade van het Israëlische leger, anderen leiden universitaire vakgroepen, Arabische en Joodse baby’s worden in dezelfde verloskamers geboren, verzorgd door dezelfde artsen en verpleegkundigen, en hun moeders herstellen in aangrenzende bedden. Joden en Arabieren rijden in dezelfde treinen, taxi’s en – jawel – bussen. Universiteiten, theaters, bioscopen, stranden en restaurants staan open voor iedereen.’
Het moslimdorp waar ik woon is rustig en heeft nooit enig geweld tussen de bevolkingsgroepen gekend! Dit feit over Abu Ghosh is bekend bij het Joodse volk, en omdat het dorp bekend staat als een rustige plaats, wordt het elk weekeinde overspoeld met Joodse mensen die de restaurants hier bezoeken.
Het is een duidelijk bewijs dat een moslimgemeenschap vreedzaam kan leven in het land Israël en volledig wordt geaccepteerd, en de voordelen geniet van vreedzaam leven in de democratische Staat Israël.
De moslims die in Israël wonen hebben meer vrijheid dan de moslims in enig buurland (en dat zijn allemaal islamitische landen).
Zijn de Palestijnen een Apartheidsstaat aan het vormen?
De verbazingwekkende ironie is, dat als iemand een apartheidsstaat wil zoeken, hij niet verder hoeft te kijken dan de Palestijnen, juist degenen die Israël hiervan beschuldigen! Hoe ik dit kan zeggen? Laten we naar de feiten kijken:
In een Apartheidsstaat hebben de minderheden geen burgerrechten en ze mogen niet stemmen.
Op de ‘Westbank’ worden de Joodse inwoners (ongeveer 600.000) niet als burgers aanvaard, ze hebben geen stem in de Palestijnse Autoriteit, en mogen niet stemmen voor de Palestijnse regering.
In een Apartheidsstaat zijn de minderheden niet vertegenwoordigd in de regering.
Op de ‘Westbank’ hebben de Joodse inwoners absoluut geen vertegenwoordiging in de Palestijnse regering.
In een Apartheidsstaat worden minderheden gedwongen verplaatst en in aparte wijken gehuisvest.
Dat is precies wat er in augustus 2005 gebeurde. Onder internationale druk werden 21 hele Joodse gemeenschappen in Gaza en 4 in Samaria (de ‘West Bank’) met geweld uit hun huizen gezet en gedwongen te verhuizen. Er werden meer dan 8.600 Joden uit hun huis gezet, en vervolgens werden hun huizen gesloopt, samen met 26 synagogen, die werden verwoest door Arabische bendes.
Overigens heeft dit Gaza tot een ‘judenfreie’ zone gemaakt. (Judenfrei is een nazi-term, die aangaf dat een bepaald gebied was ‘gezuiverd van alle Joodse aanwezigheid’ tijdens de Holocaust). Dit is nu een realiteit in Gaza, en het is ook de bedoeling van degenen die een tweestatenoplossing willen door het oprichten van een autonome Palestijnse Staat op de ‘Westbank’, die ‘judenfrei’ is.
Je kunt nu stellen, dat de Palestijnen niet degenen zijn die de Joden hebben verdreven uit de Gazastrook. Maar het is duidelijk, dat dit is gebeurd in reactie op internationale druk. En deze internationale druk is duidelijk een resultaat van de eisen van de Palestijnen. Dat is elke keer het probleem, wanneer een Joods huis wordt gebouwd in de Joodse gemeenschappen op de Westbank en de Palestijnen roepen dat dit een struikelblok is voor alle vredespogingen in Israël.
Er wordt verondersteld, dat deze tweestatenoplossing een Palestijnse Staat zal opleveren waarin geen Joden zijn – net zoals Gaza, waaruit de Joden zijn verdreven. En daarom wordt alle verdere bouwactiviteit (bijvoorbeeld een appartement bouwen voor je kinderen wanneer die trouwen) veroordeeld, omdat dit tegen de voorgestelde Jodenvrije Staat ingaat.
Dus wanneer de Palestijnen Israël verketteren als een Apartheidsstaat geldt het spreekwoord ‘de pot verwijt de ketel dat hij zwart ziet’. Of misschien zou je beter kunnen zeggen ‘de pot verwijt de ketel dat hij zwartwit geblokt is!’
Met toestemming overgenomen uit het maandblad Israel Today (www.israeltoday.nl)