Meer dan driekwart (76%) van de Israëlische Joden gelooft dat de natie zowel Joods als democratisch kan zijn, maar de meerderheid van christenen en moslims spreekt dat tegen. In het rapport komt ook de moeizame relatie tussen Joden en Arabieren in het land aan de orde. Bijna de helft van de Joden (48%) vindt dat Arabieren er uit moeten worden gezet. Overigens bestaan er volgens het onderzoek niet alleen diepe religieuze verschillen in de Israëlische samenleving tussen Joden en Arabieren, maar ook tussen Joden onderling, zegt directeur godsdienstig onderzoek Alan Cooperman van Pew. Terwijl bijna alle Israëlische Joden zeggen Joods te zijn, beschouwt toch de helft zichzelf als seculier, zelfs als zij er sommige religieuze gebruiken op nahouden. Een van de vijf Joden in Israël zegt niet in God te geloven. Er bestaat volgens onderzoeker Neha Sahgal een enorme kloof tussen ultra orthodoxe en seculiere Joden. “Israël is een godsdienstig verdeelde samenleving”, zegt ze. Dat baseert zij op persoonlijke interviews met meet dan 5600 Joden, Moslims, Christenen en Druzen.
Seculiere Israëlische Joden zeggen bijvoorbeeld grotere moeite te hebben met de gedachte dat hun kind met een heel orthodoxe Jood trouwt dan dat zij of hij dat met een christen doet. Over uitzetting van Arabieren werd volgens Cooperman in algemene termen gesproken, omdat de onderzoekers weten dat daartoe geen officieel Israëlisch voorstel op tafel ligt. Maar de kwestie zorgt volgens hem al decennia lang voor een splitsing binnen de Israëlische bevolking. Arabieren zijn overwegend moslim en vormen 14% van de bevolking, de christelijke Arabieren twee procent. Volgens 62% van alle Joden zouden democratische principes de doorslag moeten geven boven de Joodse wet (Halacha) als die twee in conflict met elkaar komen. Maar de ultra orthodoxe Joden denken daar anders over. Van hen vindt 89% dat de Joodse wet boven democratische principes zou moeten gaan.