Volgens de theologie professor Rainer Riesner uit Tübingen in Duitsland, bevestigt de ontdekking van het toilet voor de eerste keer de in 2 Koningen 10:27 beschreven ontheiliging van het Baal heiligdom door een latrine. Volgens de bijbel werd een Baal tempel onder Jehu, koning van het noordelijke Koninkrijk Israël, veranderd in een latrine. “Voorts haalden zij de gewijde steen van Baal omver en ook de tempel van Baal haalden zij omver en maakten er beerputten van, tot op de huidige dag.”
Volgens Riesner bevestigt de ontdekking van het vernietigde altaar de bijbelse boodschap over de verwoesting van lokale heiligdommen onder Hizkia, die van 716 tot 687 vóór Christus, koning van het zuidelijke Koninkrijk Juda was. De vernietiging van dergelijke heiligdommen wordt in 2 Koningen 18:4 beschreven. Daar staat: “Hizkia verwijderde de offerhoogten, verbrijzelde de gewijde stenen en hieuw de gewijde palen om.”
Omdat Lachis, en daarmee de stadspoort, in het jaar 701 voor Christus volgens de archeologische vondsten door de Assyrische koning Sanherib in het jaar 701 (zie 2 Koningen 18:13-14) verwoest werd, is het volgens Riesner duidelijk dat de vondsten uit de tijd van Hizkia stammen.
