In zijn boek ‘The Smart Manager’s FAQ Guide’ introduceert Rex. P. Gatto het volgende ‘boosheids-model’.
Situatie
Er ontstaat een situatie die u niet bevalt: uw partner zegt u ‘de waarheid’, tijddruk, een collega die zijn of haar werk niet naar behoren doet, iemand die iets zegt wat niet fair is, teveel werk, uw computer begeeft het, enz.
Versterkende gedachten
De probleemsituatie start een gedachtestroom die het probleem groter maakt: waarom moet mij dit altijd overkomen?; deze collega is eenvoudigweg niet te vertrouwen; waarom luisteren ze nooit; het is niet mijn fout; enz.
Boosheid
De probleemsituatie plus de versterkende gedachten voeren al gauw tot de emotie van boosheid. Dit ongenoegen wordt zichtbaar voor de omgeving: rood gezicht, tandenknarsen, vuisten ballen, huilen, schreeuwen, trillen, slaan of smijten
Uiting en/of reactie
Explosie – de boosheid knalt eruit. Dat lucht op maar lost niets op. Er moet méér gebeuren. Ook is een explosie gevaarlijk. Levens en relaties kunnen voor altijd veranderen door één moment van destructieve explosie.
Slikken – Lucht niet op en lost niets op. Integendeel het probleem woekert verder aan de binnenkant met als gevolg slapeloze nachten, geïrriteerd gedrag, maagzweren, enz.
Oplossen – Boosheid is niet per definitie verkeerd. Als het goed is, is boosheid het begin van een creatief proces in het oplossen van een probleem. Boosheid is als een ingebouwde waarschuwing, een alarmsignaal dat problemen kan voorkomen en kan aanzetten tot de juiste actie.
==========================================================
Boosheid doet vaak meer kwaad dan het probleem dat de boosheid veroorzaakte.
Amerikaans gezegde