Lezen: Psalm 131
Vers voor vandaag: “Komt hier en gaat (met Mij) alleen naar een eenzame plaats en rust een weinig.” (Marcus 6:31a)
Hij geeft rust
“Hij doet mij nederliggen in grazige weiden; Hij voert mij aan rustige wateren” (Psalm 23:2)
Een schaap dat tot de kudde van een goede herder behoort, heeft een goed en hoopvol bestaan. Zijn meester kent hem bij name. Zijn heer zorgt voor hem, voedt hem en beschermt hem. Zijn herder zal niet toestaan dat het hem aan iets ontbreekt. En ondanks het feit dat het schaap dit alles niet kan beredeneren en begrijpen, ervaart het wel de uitwerking daarvan. Behoren tot de kudde van een goede herder geeft een diepe en innerlijke rust.
In het Zwarte Woud in Zuid-Duitsland kom je nog echte ‘ouderwetse’ herders tegen. Gehuld in een lange mantel en begeleid door een pientere hond trekken deze herders met honderden schapen door de omgeving. Langzaam schuifelen zij door de heuvels en de bergen op zoek naar voedsel. Wat mij altijd opvalt, is de rust die van zo’n tafereel uitgaat. De herder is een geduldig man die zijn tempo aanpast aan dat van de schapen. Hij jaagt de schapen niet op en voert ze met een duidelijke, maar liefdevolle hand. Onder de leiding en de bescherming van de herder voelen de schapen zich goed en veilig. Ze ervaren innerlijke rust in hun vertrouwen op de herder. Hij brengt hen naar grazige weiden, die zij zelf nooit hadden kunnen vinden. Hij leidt hen naar beekjes waar zij hun dorst kunnen lessen. Hij geeft hen de tijd en de rust om zich neer te leggen en bij te komen van de dagelijkse inspanningen. Onder de hoede van hun herder hebben de schapen echt een goed leven.
Wat een prachtig beeld van Gods omgang met ons. Hij is ook heel geduldig met ons. Hij past Zijn tempo aan bij onze snelheid. Bij Hem kunnen wij ons veilig voelen. Hij zorgt ervoor dat wij het juiste voedsel krijgen. Hij geeft innerlijke rust. Onder Zijn leiding hebben wij, als Zijn schapen, een goed leven. Voorwaarde is natuurlijk dat wij ons ook daadwerkelijk door Hem laten leiden. Als wij van Hem afdwalen en onze eigen weg gaan, kunnen wij natuurlijk niet meer rekenen op Zijn leiding en Zijn zorg. Dan verandert de rust die Hij geven wil in onrust. Daarover in de volgende overdenking meer.
David, de schrijver van Psalm 23, gebruikt een ander beeld in Psalm 131 om de rust te omschrijven die hij ervoer in zijn relatie met zijn God. In vers 2 schrijft hij: “Ik heb mijn ziel tot rust en stilte gebracht, als een gespeend kind bij zijn moeder; als een gespeend kind is mijn ziel in mij.”
Hebt u wel eens naar een gespeend kind gekeken?
Een kind dat net gevoed is?
Nou, ik wel. Vaak heb ik na de voeding van onze drie dochters naar hen gekeken. Ze waren dan een toonbeeld van vrede, rust en overvloed. En zoals een baby bij zijn moeder is, zoals een schaap bij de goede herder is, zo mogen wij bij de Heer zijn. Tevreden, rustig, dankbaar en genietend van het leven.
In Matthéüs 11:28 zegt de Heer Jezus: “Komt tot Mij, allen, die vermoeid en belast zijt, en Ik zal u rust geven.” God wil dat wij vrede, rust, zekerheid, bescherming en overvloed vinden bij Hem. Als ons hart onrustig is; als wij ons zorgen maken; als het leven ons aanvliegt; dan kunnen wij eigenlijk alleen maar rust zoeken bij Hem.
Toepassing: Af en toe trek ik mij een aantal dagen terug om te rusten en alleen te zijn met Hem. Dat is de uitnodiging in de ‘warme’ woorden van het vers van vandaag. Misschien moet u ook eens proberen om er even tussenuit te gaan om rust te zoeken bij uw Herder.
Gebed: Heer, ik verlang ernaar dat U mij Uw innerlijke rust geeft. Amen.
© Maximum Life