Tijdens hun straatwerk op de Amsterdamse Wallen, dat de organisatie sinds 1987 doet, komen de medewerkers daar steeds meer sekswerksters uit Oost-Europa tegen. Volgens haar is minstens zestig procent van hen afkomstig uit Roemenië, Bulgarije en Hongarije. “We horen veel verhalen van dwang en uitbuiting. Voor vrouwen uit Roemenië en Bulgarije die graag terug willen naar hun eigen land, heeft Scharlaken Koord diverse contacten waarnaar zij hen kunnen doorverwijzen. Voor Hongarije ligt dat anders. In dit land ontbreekt een goede zorgketen, passende hulp en / of opvang. Wij kunnen hen daardoor niet de hulp bieden die nodig is”, schrijft De Wit in een brief aan de achterban van ‘Het Heil’, waaraan zijn steun in de vorm van geld en gebed vraagt.
Er zijn gesprekken het diverse Hongaarse hulpinstanties geweest en daar is een goed contact met een lokale hulporganisatie uitgerold, die volgens De Wit de hulp en begeleiding in het land kan regelen. Een Nederlands echtpaar heeft een huis ter beschikking gesteld waarvan eventueel een opvanghuis kan worden gemaakt.
“Achter elk Hongaars meisje zit een persoonlijk verhaal”, meldt een medewerker van de Hongaarse instantie. Een delegatie ervan kwam in maart naar Nederland voor een werkbezoek. “Wij kennen de situatie waar de vrouwen uitkomen en spreken hun taal”, zegt de medewerker. “War zou het mooi zijn als we hen in hun eigen land weer een stap verder kunnen helpen.”