Voordewind: “Nederland heeft in de stemming over de status van Jeruzalem een anti-Israël-houding aangenomen. Eerder nam de Tweede Kamer een motie aan om voortaan anti-Israël-moties niet meer te steunen. Nu dit wel gebeurd is, vraag ik de minister om opheldering. Het is van cruciaal belang dat Nederland – wat betreft het Israëlbeleid – daarin eigen keuzes maakt. De evenwichtige afspraken in het huidige regeerakkoord moeten de leidraad zijn voor het handelen van Nederland. We moeten inzetten op het versterken van de onderlinge relatie en verzoening van Israëliërs en Palestijnen. Zolang er geen vredesakkoord is, heeft Israël de rechtsmacht over Jeruzalem.”
Voordewind (CU), Ten Broeke (VVD) en Van Helvert (CDA) stellen de volgende vragen:
1. Heeft u kennis genomen van artikel op de website OpinieZ (https://opiniez.com/2017/12/03/over-het-gezag-en-de-geloofwaardigheid-van-ons-parlement/)?
2. Klopt het dat het Nederlandse stemgedrag ten aanzien van de anti-Israëlische moties en ander buitenlands beleid wordt bepaald door EU-beleid?
3. Bent u het met mij eens dat dit stemgedrag is strijd is met de aangenomen motie Van der Staaij c.s. betreffende zulke resoluties?
4. Bent u bereid het stemgedrag in de VN voortaan wel in overeenstemming met deze motie te brengen? Zo nee, waarom niet?