Matthéüs 5:23,24 / Wanneer gij dan uw gave brengt

0
340
Wanneer gij dan uw gave brengt naar het altaar en u daar herinnert, dat uw broeder iets tegen u heeft, laat uw gave daar vóór het altaar, en ga eerst heen, verzoen u met uw broeder en kom en offer daarna uw gave. Matthéüs 5:23,24

Hemelse Vader, de boodschap is duidelijk: als ik iets voor U wil doen terwijl iemand anders iets tegen mij heeft, moet ik mij eerst met die ander verzoenen voordat ik iets voor U kan doen. Of om het anders te formuleren: U wilt dat niets mijn relatie met U in de weg staat als ik U wil dienen.
Dus als ik weet dat iemand iets tegen mij heeft (niet alleen wanneer ik iets tegen iemand anders heb) moet ik dat eerst in orde maken.

Vandaag wil ik hierover nadenken.
Is er iemand die terecht of ten onrechte iets tegen mij heeft?
Heb ik iemand gekwetst?
Vernederd?
Links laten liggen?
Bedrogen?
Heb ik gelasterd of veroordeeld?
Heb ik iemand anders op een andere manier pijn gedaan?

Als dat zo is wil ik U vragen mij te helpen eerlijk te zijn met mijzelf om mijn tekortkomingen te willen zien. Daarnaast wil ik U vragen mij de moed, de wijsheid en de fijngevoeligheid te geven de eerste stap te zetten om dit probleem op te lossen. Help mij Heer om de minste te zijn en de hand uit te steken naar die ander die iets tegen mij heeft. Want Heer, ik wil dat U mij gebruiken kunt. Ik wil zo leven dat niets mijn relatie met U in de weg staat.

Amen