Afrikaan aanvaardt Christus kort voor onthoofding

0
181
Een Afrikaanse man heeft Jezus Christus erkend als zijn Verlossen kort voordat hij in Libië door strijders van de Islamitische Staat werd onthoofd. Mathew Ayairga (21), afkomstig uit Ghana, werd gedwongen zich te voegen bij twintig in oranje overalls geklede, op een strand geknielde mannen, die door achter hen staande in het zwart geklede beulen ter dood zouden worden gebracht. Hij was zelf nog geen christen, maar weigerde de Islam te omarmen, wat kort voor zijn dood van hem werd gevraagd. Op vrijgegeven videobeelden is dat te zien.
Naar verluidt zou hij door het indringende geloofsgetuigenis van de andere gelovigen, die alle uit Egypte kwamen, hebben besloten zelf een volgeling van Christus te worden. Iedereen bad in zijn laatste minuten hardop tot de ‘Heer Jezus Christus’. Voor de camera vroeg een van de terroristen aan Ayairga: “Verwerp je Christus?” Hij antwoordde vrijmoedig: ‘Hun God is mijn God.”

Vervolgens werd hij één van de 21 mannen die hun leven aflegden voor hun geloof in Christus, meldt de organisatie Stem der Martelaren. Ayairga’s dood lijkt op die van Johannes de Doper.

Evangelische christelijke leiders hebben gezegd dat het nooit te laat is in een aards leven om tot Christus te komen, verwijzend naar onder meer de misdadiger die tegelijk met de Here Jezus werd gekruisigd en Hem vroeg: “Gedenk mij als U in Uw koninkrijk komt.” De Here Jezus antwoordde: “Heden zult u met Mij in het paradijs zijn.”
 
Ayairga, officieel Samuel A. Wilson genaamd, werd door vrienden herkend op de door IS uitgebrachte videobeelden. Hij werd volgens christenen sinds januari vermist. Nieuwe onthullingen over zijn dood kwamen er na de drie dagen van nationale rouw wegens de tientallen Ethiopische christenen die zichtbaar werden gedood door IS in Libië, omdat zij weigerden zich te bekeren tot de Islam.

De dit weekend uitgebrachte video toont IS strijders, die christenen ‘kruisvaarders’ noemen, die er op uit zijn moslims te doden. Ook werd geroepen dat de slachtoffers ‘volgelingen van het kruis van de vijand de Ethiopische Kerk’ waren.

Johan Bos