Lezen: 2 Samuël 11:1-27
Vers voor vandaag: “De zaak, die David gedaan had, was kwaad in de ogen des Heren.” (2 Samuël 11:27b)
Kent u die kleine Russische ‘Matrosjka’ poppetjes die je kunt opendraaien? In zo’n poppetje zit dan precies een zelfde figuurtje, maar dan iets kleiner. Draai je dit poppetje open, dan kom je weer een kleinere versie van hetzelfde mannetje of vrouwtje tegen. Dat gaat dan nog even zo door.
Door Leo Habets
Daaraan moest ik denken bij het verhaal van David en Bathséba. David begint met een ‘kleine’ fout. In plaats van die zonde te belijden bedekt hij die echter met een grotere fout. Je kunt dan de eerste fout niet meer zien, maar de situatie is wel erger geworden. Vervolgens bedekt David de nieuwe zonde met een nog grotere zonde. Zo gaat hij enige tijd door. In plaats van af te rekenen met zijn zonden vervalt hij van kwaad tot erger.
Een spiraal van zonden
1. David verzaakte zijn plicht (11:1)
Ik geloof dat de eerste (relatief kleine) fout van David te vinden is in het eerste vers. Daar staat dat David thuis bleef in het ‘strijdseizoen’. Het klinkt ons natuurlijk een beetje gek in de oren dat er voor het voeren van oorlogen een bepaald seizoen was, zoals je dat bijvoorbeeld ook hebt voor de druivenoogst. Kennelijk was dat zo. Ongetwijfeld had dat met het weer te maken. Hoe dan ook, David bleef thuis. Hij was te lui. Hij had er geen zin in. Hij verzaakte zijn plicht. Hij zond Joab op pad om de klus voor hem te klaren.
2. David voedde verkeerde interesses (11:2,3)
Op een nacht kon hij niet slapen. Vanaf zijn dakterras zag hij een naakte vrouw. Daar kon hij niets aan doen. Hij had het niet opgezocht. Waar hij wel iets aan kon doen was de manier waarop hij met deze verleiding omging. Kennelijk bleef het beeld van de vrouw hem achtervolgen. Hij liet zijn fantasie de vrije loop. Hij wilde weten wie die vrouw was.
3. David werd zijn vriend ontrouw (11:3)
Uria was één van de 37 helden van David (2 Samuël 23:8-39). Dit was een man die met en voor David door dik en dun was gegaan. Een makker. Een trouwe vriend.
4. David pleegde overspel (11:4)
Natuurlijk wist David dat hij niet goed handelde. Ongetwijfeld heeft hij de stem in zijn binnenste genegeerd. Waarschijnlijk heeft hij zijn daad gerationaliseerd.
5. David zocht een uitweg in bedrog (11:5-13)
Bathséba werd zwanger. Toen was David echt in de problemen. Overspel kun je mogelijk geheim houden, maar de gevolgen van overspel niet. David werd ineens heel creatief. Hij ging van alles verzinnen om zijn schande te ontlopen. Uria was echter een goed man. Hij hield zich als soldaat aan de geldende regels.
6. David werd een moordenaar (11:14-21)
De kleine fout van luiheid was via verkeerde interesses, overspel, ontrouw en bedrog uitgegroeid tot moord.
7. David verhardde in de zonde (11:25-27)
Waarschijnlijk was hij knap trots op de manier waarop hij zijn probleem had opgelost. Nadat de voorgeschreven tijd van rouw voorbij was (hypocriet!) liet hij Bathséba bij zich intrekken.
Toepassing: Herkent u het ‘Matrosjka’ effect?
Gebed: Heer, help mij om direct af te rekenen met zonden zonder die een kans te geven te groeien in mijn leven. Amen.
© Maximum Life